Trouw – Paul Blanca gaat bezwaard door het leven na beschuldiging moordaanslag op Scholte

Van een onzer verslaggeefsters AMSTERDAM – Zijn foto van een blote man die in zijn gestrekte armen een baby houdt, is beroemd. Maar bekender is de Amsterdamse kunstfotograaf Paul Blanca (36) tegenwoordig vanwege iets minder onschuldigs. Kunstschilder Rob Scholte heeft onlangs Paul Blanca aangewezen als de waarschijnlijke dader van de bomaanslag die Scholte bijna het leven kostte.

Niet dat Scholte over concrete aanwijzingen beschikt, maar Blanca voldoet nu eenmaal het beste aan het signalement. Hij is volgens Scholte gestoord, crimineel en wraakzuchtig genoeg om handgranaten onder auto’s te plaatsen. Sinds de beschuldiging kan Blanca niet meer rustig over straat. Rob Scholte noemde weliswaar zijn naam niet, maar in de beschrijving herkende al snel de hele stad de persoon van Paul Blanca. “Als ik een halfje brood koop, zie ik de caissière angstig kijken of ik geen handgranaat op de toonbank leg”, zegt de fotograaf.

Hij ontkent ook maar iets met de aanslag op Rob Scholte te maken te hebben. “Ik heb het niet gedaan, maar omdat Rob mij heeft aangewezen ben ik voor velen voorlopig toch de dader. Dat is zwaar, omdat het om een afschuwelijke bomaanslag gaat.” Ook de politie gaat zijn gangen nog steeds na, merkt hij.

In een sfeer waarin al snel elke beweging verdacht is, moest Blanca gisteren voor de Amsterdamse politierechter verschijnen. Niet in verband met de bomaanslag op Scholte, maar voor een akkefietje dat normaal gesproken de publiciteit niet zou halen: verboden wapenbezit.

Op 21 december vorig jaar, vier weken na de moordaanslag op Rob Scholte en diens vrouw Micky, werd Blanca aangehouden door de politie, omdat hij op een metrostation in Amsterdam-Zuidoost in gezelschap van twee bevriende junks met een (verboden) gasalarmpistool stond te zwaaien. Blanca had het pistool gekocht voor een artikel in Nieuwe Revu. Hij schrijft af en toe voor het weekblad. Het artikel moest aantonen hoe makkelijk het is om aan verboden wapens te komen. Gebruiken wilde hij het niet.

Voor hetzelfde artikel ging Blanca ook over tot de ‘semi-aankoop’ van een doosje handgranaten. Scholtes auto werd ook opgeblazen met een handgranaat. Toeval of niet? Zo wordt de aanklacht bij de politierechter vanzelf een smeuïg zaakje. Hordes journalisten wachten de in opspraak geraakte fotograaf op. Maar hij laat zich aanvankelijk niet zien.

Blanca maakt van zijn entrée in de rechtszaal – gewild of ongewild – bijna een stripverhaal, zoals het conflict tussen hem en Rob Scholte ook iets heeft van een groteske cartoon. Tweemaal stelt hij zijn binnenkomst uit. Wegens ‘autopech’ is de fotograaf eerst te laat voor de zitting. De bode meldt het bericht juist op het moment dat de rechter voortvarend een vonnis bij verstek wil uitspreken.

Het telefoontje scheelt Blanca 250 gulden boete. Want als hij even later toch verschijnt – na eerst bij het zien van de cameraploeg van AT 5 de taxi rechtsomkeert te hebben laten maken – heeft de officier van justitie plots de eis verlaagd. Blanca vindt het allang best. “Een zeer sympathieke straf, mevrouw de officier”, zegt de kunstenaar, met zijn door langdurig drugsgebruik uitgesleten stem. “Ik ga daar wel mee akkoord.” Hij ontkent het verboden wapenbezit niet.

Na afloop is zijn vrees voor tv-camera’s verdwenen. Paul Blanca, de zonderling die uit de snelle kunst-scene werd verstoten wegens gebrek aan blijvend succes, en omdat velen zich door hem bedreigd voelen, staat geduldig de pers te woord. Nee, de verhalen die over zijn geweldsuitbarstingen worden verteld zijn niet waar. Ja, hij baalt van de beschuldigingen. Ach, hij begrijpt Rob Scholte wel. “Rob moet een dader hebben, dat geeft hem rust.”

De kunstenaar is al eens eerder veroordeeld door de rechtbank. Drie jaar geleden wegens mishandeling, vorig jaar wegens diefstal. “Maar dat was een zakelijk conflict met een dronken galeriehouder.” Dat hij ooit een galeriehouder probeerde te vermoorden, een scène die in Joost Zwagermans sleutelroman Gimmick staat beschreven, is volgens Blanca ook klinkklare onzin.

Zowel Scholte als Blanca horen tot de groep kunstenaars die in de jaren tachtig vanuit het krakers-milieu de kunstwereld met ‘postmoderne’ kunst veroverden. Scholte werd wereldberoemd, Blanca niet. Rob Scholte ziet daarin een mogelijk motief voor de bomaanslag.

In Het Parool schetste Scholte onlangs hoe het kringetje van jonge, snel rijk geworden postmoderne kunstenaars steeds inniger banden kreeg met de onderwereld. Mafiosi stelden ateliers beschikbaar in ruil voor kunst en afname van drugs. Kunstenaar Paul Blanca zou allengs het criminele milieu zijn ingezogen, en tegenwoordig vooral zijn dagen slijten met klusjes voor criminelen. Blanca zou zelf ook rondbazuinen, dat hij voor de mafia mensen ‘voor de kop schiet’.

Foto’s maakt Blanca ook nog. Over drie weken is er in een galerie aan het Max Euweplein in Amsterdam een expositie van hem te zien.

De vijanden en tegenpolen Scholte en Blanca spreken niet met elkaar, hoewel Blanca zegt dat hij na de aanslag op Scholte en na de beschuldigingen gepoogd heeft contact te zoeken.

Trouw, 01/03/95, 00:00

http://www.trouw.nl/tr/nl/5009/Archief/article/detail/2467647/1995/03/01/Paul-Blanca-gaat-bezwaard-door-het-leven-na-beschuldiging-moordaanslag-op-Scholte.dhtml