Trouw – Geen breed vertrouwen + Hans Ouwerkerk – Hollands dagboek: Koen Schuiling heeft de schaar in zijn hand + groninganus – ‘Zalf op wonde’ + RTVOOG – Portret Ouwerkerk onthuld
Burgemeester Groningen krijgt geen breed vertrouwen
Groningen – De Groningse burgemeester H. Ouwerkerk stapt op. Alleen van de drie collegepartijen in de gemeenteraad (PvdA, D66, CDA) kreeg hij gisteravond steun, een meerderheid van slechts twee zetels.
Ouwerkerk had van tevoren gezegd, dat hij alleen zou blijven als een ruime meerderheid het vertrouwen in hem zou uitspreken. “Ik ben er trots op, dat ik me zo opstel. Ik maak het mijzelf en u daarmee ontzettend moeilijk. Maar het is wel hartstikke zuiver”, zei de aangeslagen burgemeester vlak voor hij aankondigde, dat hij zijn functie beschikbaar stelt.
Hij vindt, dat de oppositie (VVD, GroenLinks, GPV, SP, Student en Stad, totaal achttien zetels) de verkeerde afweging heeft gemaakt. “Ik vind, dat ik het vertrouwen verdien. Ik ben met hart en ziel aan deze stad verbonden, bij nacht en ontij aan het werk, voor iedereen bereikbaar, heb alleen even een keer iets niet direct adequaat gezien.”
Een paar zinnen eerder liet hij merken wel degelijk te vinden, dat er ernstige fouten zijn gemaakt in de nacht van 30 op 31 december, toen een groep jongeren rellend door de Oosterparkwijk trok, terwijl de politie niet durfde in te grijpen en hijzelf niet naar het bureau ging. “Maar wie heeft de volgende dag als eerste de toon gezet, door te zeggen, dat het onbestaanbaar was, dat de politie niets deed?”
In de afgelopen weken, waarin Ouwerkerk het extra zwaar kreeg door de in het uitgelekte rapport Bakkenist geuite kritiek op het functioneren van hemzelf en de regiopolitie, wees de burgemeester er ook herhaaldelijk op, dat de gemeenteraad kort geleden nog positief adviseerde over zijn herbenoeming. Zijn toespraak, een week geleden in de raadscommissie veiligheid, werd door vrijwel alle fracties ‘indrukwekkend’ genoemd. Maar het was niet genoeg voor de oppositie.
“De burgemeester is in zijn verdediging niet geslaagd”, zei VVD fractievoorzitter K. Schuiling. Zoals verwacht – nadat GroenLinks, het GPV en de SP vorige week al hadden gezegd geen vertrouwen meer te hebben in Ouwerkerk – gaf het standpunt van zijn partij (zes zetels) de doorslag. De bestuurskundige Schuiling citeerde uit het Handboek voor staatsrecht: “Het wegsturen van een bewindsman lost niets op, maar dramatiseert de ernst van het falen van het ambtelijk apparaat. Dat is voor bestuurders een prikkel om voortaan op hun qui vive te zijn.”
Schuiling merkte op, dat ‘de portefeuille orde en veiligheid niet voor niets in handen is van de burgemeester. Er mag geen spoor van twijfel zijn, dat deze portefeuille in goede handen is. Op dit moment heeft de burgemeester niet ons volle vertrouwen.” Hij vond dat ‘niets beschamend’. “Het is een bijzonderheid”, zei hij, “maar naarmate het ambt democratiseert zal het vaker voorkomen, dat een gemeenteraad het vertrouwen in de burgemeester op zegt”.
De VVD leider was niet onder de indruk van het maandag gepresenteerde plan van aanpak voor de regiopolitie, dat Ouwerkerk en hoofdofficier Daverschot voor het eind van de maand moesten inleveren bij de beide politieministers. “Van veel zaken, die daarin worden voorgesteld, dachten wij, dat er al lang in was voorzien. Dat plan had er al veel eerder moeten liggen.”
Schuiling zei verder, dat bij de burgemeester niets te merken is geweest van ‘bezinning op zijn taak’. Datzelfde kritiekpunt was voor GroenLinks reden vorige week al stelling te nemen. “Hij trekt geen lering uit zijn fouten”, herhaalde fractievoorzitter K. Dekker gisteren. “Tijdens zijn verdediging vorige week zei hij in feite: dit zijn mijn tekortkomingen, take it or leave it. Die houding past een burgemeester van de zevende stad van het land niet.” De partij vindt verder, dat Ouwerkerk in de zes en een half jaar, dat hij burgemeester van Groningen is, “te vaak op cruciale momenten de verkeerde afweging heeft gemaakt”.
Ouwerkerk’s partijgenoot A. Timmerman, prees het ‘lef’ en ‘bestuurlijk’ inzicht van Ouwerkerk om zijn aanblijven “los te koppelen van elke toevallige coalitie of vriendjespolitiek”. D66 fractievoorzitter Bron sloot zich daarbij aan. “Hij heeft zich kwetsbaar opgesteld”, zei hij.
Volgens Bron, die net als het CDA enkele voorwaarden verbond aan het steunen van de burgemeester, heeft Ouwerkerk vorige week “het beeld van Bakkenist over de regiopolitie behoorlijk genuanceerd. Hij heeft voldoende aannemelijk gemaakt, dat hij zich als korpsbeheerder actief heeft opgesteld.” En, zei hij verder: “We moeten het wangedrag van zestig jongeren niet bekronen met het wegsturen van de burgemeester.”
Over het rapport Bakkenist zei Ouwerkerk zelf verbitterd, dat dat onderzoek er nooit was gekomen als minister Sorgdrager op een goede manier verantwoording had afgelegd over de zaak Lancée. “Ik had er dan niet de klappen van gekregen”, aldus de burgemeester, die de aanbevelingen van Bakkenist wel als uitgangspunt nam voor zijn plan van aanpak.
Alle partijen zeiden ‘geworsteld’ te hebben met de vertrouwensvraag. Van diverse kanten werden zijn bevlogenheid, enthousiasme, interesse voor het politieke debat en aandacht voor de zwakkeren in de samenleving geroemd. Maar, zo zeiden verschillende fracties, het gaat niet om ‘de persoon Hans Ouwerkerk’.
D66-er Bron liet na afloop weten woedend te zijn op de VVD. Hij noemde het optreden van Schuiling ‘bloedeloos, onhoffelijk en schandalig’. Volgens hem had de VVD de burgemeester moeten inlichten over haar voornemen hem te laten vallen. “Schuiling heeft Ouwerkerk langzaam opgeknoopt”, aldus Bron.
Ouwerkerk zelf leek daar ook op te doelen, toen hij tegen de raad zei: “Als u ooit nog eens zo’n afweging moet maken in de gemeenteraad, dan raad ik u aan menselijkheid te verkiezen boven geheimzinnigheid”. Het waren zijn laatste woorden in de bomvolle raadszaal van het stadhuis. Kort erna wachtte buiten zijn chauffeur met ronkende motor.
In een verklaring deelde Ouwerkerk mee, dat hij zich beschouwt als eerste slachtoffer van een crisis in de hele Nederlandse rechtsstaat.
De opgestapte burgemeester legt een direct verband tussen de zaak Lancée, de botsing van minister Sorgdrager met de procureurs-generaal en zijn besluit om het burgemeestersambt neer te leggen. “Aan de gezagscrisis kan alleen een einde komen als de volksvertegenwoordiging oordeelt.”
Trouw, 29 januari 1998
https://www.trouw.nl/home/burgemeester-groningen-krijgt-geen-breed-vertrouwen~a638b764/
Hollands Dagboek: Koen Schuiling heeft de schaar in zijn hand
De PvdA’er Hans Ouwerkerk (56) werd in 1991 burgemeester van Groningen. Rond de jaarwisseling raakte hij in opspraak, toen de politie verzuimde op te treden bij rellen in de stad en de burgemeester terug naar bed ging in plaats van poolshoogte te nemen. Hij is getrouwd met Gerry van Steenacker en heeft twee kinderen en een kleinkind: Karin (30), Ivo (28) en Jesse (0).
Donderdag 15 januari
Vanavond hoorzitting in de Oosterparkwijk. Dat wordt spitsroeden lopen, maar ook dat hoort bij het prachtige vak van burgemeester. Dat ben je in goede, maar ook in slechte tijden. En slechte tijden zijn het nu al ruim veertien dagen lang. Vooral het mediageweld doet heel erg pijn. Gaat er dan echt niets boven Groningen?
Henk van Gaans, mijn perfecte chauffeur, rijdt me om half negen naar het stadhuis. Om kwart over tien begint het debat in de Tweede Kamer. Ik luister via de Kamer lijn, maar voel me niet op mijn gemak. Commissaris der Koningin Hans Alders heeft aangeboden zijn agenda schoon te zullen vegen om samen te luisteren. Ik besluit van dat aanbod gebruik te maken en loop naar het Provinciehuis. Bij de trap van het stadhuis roepen een paar jongens me na: “Ha, Ouwerkerk, dat duurt niet lang meer!”
De eerste termijn van de Kamer is van dik hout zaagt men planken. GroenLinks eist mijn aftreden. Ook het CDA zet de zaak op scherp. De coalitiepartijen en het GPV zijn uiterst kritisch, maar leggen de primaire verantwoordelijkheid, waar hij hoort: bij de gemeenteraad van Groningen. Van de Kamerleden heeft niemand de moeite genomen mij eens te bellen.
De Kamer neemt de tijd om de strop om mijn nek aan te brengen. Het debat duurt meer dan vijf uur. De uitkomst is, dat de minister van Binnenlandse Zaken nog over mij zal oordelen als korpsbeheerder, nadat de Gemeenteraad mij als burgemeester heeft beoordeeld. Als men van de korpsbeheerder af wil, en ik ben op dat moment nog burgemeester, ontstaat een interessant juridisch probleem, want dan moet ook de burgemeester ontslagen worden!
Aan het eind van de middag ga ik even naar huis. Gerry heeft het heel zwaar, eigenlijk zwaarder dan ik. Ze steunt me geweldig, ook haar doen de tientallen bossen bloemen, faxen, brieven en telefoontjes heel goed. Om half acht vertrek ik naar de vip room van het FC Groningen stadion voor de hoorzitting. “Jouw smoel staat me niet aan”, zegt iemand bij de ingang. Binnen word ik opgevangen door een heel leger journalisten. Ik tel een stuk of vijftien televisiecamera’s, waarvan tien binnen een straal van drie meter van mijn zitplaats. Annie Tak, een prachtvrouw uit de wijk, voert als eerste het woord. Ze houdt een goed, genuanceerd verhaal. Daarna komt een soort volksgericht los. Dieptepunt is een mevrouw – ik weet, dat ze niet eens meer in Groningen woont – die gilt: “Jas aantrekken en oprotten!” Dan te bedenken, dat ik haar in het verleden op mijn spreekuur aan een woning in de stad had weten te helpen. Ik kook van woede, maar houd het gezicht in de plooi, denkend aan de vijftien camera’s die iedere beweging registreren. Na afloop breng ik mijn woordvoerster Erika Hoekstra naar huis en praten we het interview voor, dat ik morgenochtend aan het Nieuwsblad van het Noorden zal geven.
Op de televisie zie ik, dat juist het fragment met de hysterische vrouw breed wordt uitgemeten. Het lukt niet meteen om de slaap te vatten. Een lekker stukje ijstaart helpt.
Vrijdag 16 januari
Half zeven, de Volkskrant en Radio Noord berichten uitvoerig over de hoorzitting. Gerry slaapt nog, de slaappil doet zijn werk. Op het stadhuis zit Erika al klaar als Nieuwsblad journalist Rob Zijlstra binnen komt voor het interview. Ik ben ontspannen, weet mijn inzet, een last is van mij afgevallen. Ik zal de gemeenteraad zeggen, dat ik als burgemeester meer ben dan alleen ordehandhaver en dat ik daarop dan ook beoordeeld wens te worden. Ik vráág niet om vertrouwen, maar heb dat wel nodig.
In het regionaal college merken veel collega’s, dat ik opgelucht ben. Dat is mijn ‘KNMI gezicht’. Ze laten merken, dat ze pal achter me staan. We leggen gezamenlijk de basis voor het plan van aanpak, dat de beide ministers van ons verwachten en waarop we beoordeeld zullen gaan worden. De benoeming van Jan Brand als tijdelijk korpschef wordt zeer goed ontvangen.
Het blijft wrang, dat Jaap Veenstra zich vorige week heeft moeten terugtrekken, na het uitlekken van het rapport van Bakkenist Management Consultants. Afspraak was dat hij zelf het moment zou bepalen, waarop hij zijn functie neerlegde. Dat zou eind februari zijn. Alle collega’s wisten hoe omzichtig ik daarin altijd heb geopereerd. Aansluitend bijgepraat met de naaste collega’s van Marco ter Harmsel, chef van het politiedistrict Groningen / Haren, die ook onder vuur ligt. Later op de middag een interview met de Volkskrant.
Als ik om kwart over zes thuis kom staat het huis vol met bloemen. Veel nieuwe brieven en faxen. Een kaart met zonnebloemen van mijn dochter Karin en haar man Peter: blijf het zonnig zien. Dat lukt me zeker als ik aan onze tien maanden jonge kleinzoon Jesse denk. Een kaartje voor Gerry, met op de voorkant een grote, dikke beer (ik dus), die zijn arm om een klein meisje heeft heengeslagen. Een kaart met een pispot – “laat ze de pot op gaan” – en een briefje met de woorden “je bent een pracht bestuurder en blijf dat vooral”. Als ik lees: “Soms zie ik U op tv ergens rond lopen, terwijl mensen U gewoon aanspreken, alsof U hun buurman bent en U gedraagt zich ook als één van hen” biggelen de tranen over mijn wangen. De spanning is gebroken, samen huilen we de ellende van ons af, schelden op de media en dat lucht op.
Later op de avond telefoon van Koen Schuiling, fractievoorzitter van de VVD. Hij begrijpt, waar het mij om gaat. Jaap Veenstra belt en vraagt hoe het is. We hebben het even over de bijbaan van Dato Steenhuis, de procureur-generaal. Niets lijkt te dol in deze soap. Ik lees het stenogram nog eens na van het Kamerdebat. Ik wilde al nooit Tweede Kamer lid worden en nu weet ik het zeker.
Zaterdag 17 januari
Gezond weer op met de Volkskrant. Het interview geeft goed weer, wat ik bedoelde. Ik lees tijdens mijn dagelijkse fietstocht op de home trainer; dat gaat prima samen. Weer enorm veel post. We krijgen zelfs taarten – ik ben een notoire snoeper – en wijn. En steeds meer bloemen en fijne telefoontjes.
Klaas Swaak komt langs. Hij is begin deze week als wethouder afgetreden, omdat zijn gezondheid echt in gevaar kwam. Niet wegens de gebeurtenissen in de Oosterparkwijk, zoals deze krant met grote stelligheid schreef. Klaas is een gouden kerel, de meest pure sociaal democraat, die ik ken. Ik heb heel veel respect voor hem en weet, dat hij het heel erg vindt juist nu niet meer naast me te kunnen staan in het college van B&W. Collega Cor de Vos uit Veendam, actief in de AbvaKabo, wijst me op mijn rechtspositie.
Karin, Peter en Jesse, zoon Ivo en zijn vriendin Patricia komen thuis. Ik wil ze graag om mij heen. Jesse, de oogappel van Gerry, zorgt voor veel afleiding. Ik doe de kinderen het hele verhaal en zeg, dat ze er rekening mee moeten houden, dat het wel eens niet goed zal kunnen aflopen. Als Karin naar huis gaat is ze heel geëmotioneerd. Tranen van woede. Patricia zie ik denken: ik nooit de politiek in. Ik kan het begrijpen, maar ik heb er zelf wel altijd veel plezier aan beleefd. Ik heb de pest in, dat ik het partijcongres heb moeten laten lopen. Het is mijn club, ik hoor daar bij. Ik heb nog nooit eerder een congres gemist.
Wim Kok ’s avonds op tv gezien, ook hij was geëmotioneerd. We moeten zorgen, dat we straks als grootste partij uit de bus komen. NOVA meldt, dat Maurice de Hondt nu de VVD weer op kop heeft liggen. Verder lui geweest en wat in de weekendkranten zitten lezen.
Zondag 18 januari
Eerst maar eens de stukken voor de collegevergadering van dinsdag zitten lezen. Rustig aan gedaan.
’s Avonds bij Jan Brand thuis de klokken gelijk gezet. Op de terugweg in de auto hoor ik, dat de volgende publiciteitsgolf weer door het land rolt, naar aanleiding van het verschijnen van het rapport van jhr. Beelaerts van Blokland, de voormalige Commissaris der Koningin van Utrecht. Ik vind het een evenwichtig en afgewogen rapport, maar in de berichtgeving er over ontbreekt iedere nuance.
Maandag 19 januari
Het liep de hele dag niet lekker, hoewel ik mijn best deed om mij de adviezen van mijn assistent Luuk Hajema eigen te maken. Niet terug meppen, maar woensdag een sterk betoog neerzetten, houdt hij me voor.
In de kou en in de regen ’s middags de ingebruikneming van de tippelzone. Jarenlang een zeer omstreden onderwerp in de stad, waar ik hard aan heb getrokken om binnenstadsbewoners te ontlasten en vrouwen te beschermen, maar nu gaat het bijna onopgemerkt voorbij.
Dinsdag 20 januari
Even naar de collegevergadering, om de temperatuur van het water te voelen. De fracties hebben nog geen eindoordeel geformuleerd, ondanks de druk van de media. Daarna thuis gewerkt aan de voorbereiding van mijn verhaal voor woensdag. Gerry opgehaald in Emmen, waar ze iedere dinsdag op Jesse past. Misschien heb ik straks ook wat meer tijd voor hem!
Woensdag 21 januari
De grote dag. ’s Morgens eerst overleg in de regionale driehoek, op het politiebureau. Aansluitend spoedoverleg met de driehoek van het district Groningen. Tegen twaalf uur naar het stadhuis, om de laatste hand te leggen aan mijn betoog van vanavond. Ik had graag willen openen, maar zelfs dat mag niet van commissievoorzitter Piet Hazekamp (GPV).
Aan het begin van de middag hebben ik een ‘doorloop’ met mijn naaste adviseurs: gemeentesecretaris Arie Wink, loco secretaris Jan Felten, Erika en Luuk. De laatste schaaft daarna verder aan mijn tekst. We hebben bijna permanent contact. Ieder woord moet raak zijn en ik wil op voorhand openhartig en nauwkeurig antwoord geven op alle vragen, die te verwachten zijn. Om half zes naar huis om me even op te frissen. Ik ben er klaar voor. Snel eten bij de Chinees, met Gerry en chauffeur Henk, en dan weer terug.
De ontvangst in de raadszaal is vertrouwd: tientallen journalisten storten zich op mij en op elkaar om een uniek plaatje te schieten of het verlossende woord op te tekenen. Ik neem plaats naast Hazekamp en korpschef Jan Brand. Dan is het woord aan de fracties. Veel vragen, forse kritiek, maar ook, zo lijkt het, de bereidheid mijn betoog serieus te nemen.
Om kwart over tien ben ik dan eindelijk zelf aan het woord. De rode lampjes van de televisiecamera’s gaan weer aan. Het wordt stil. In twintig minuten verwoord ik mijn kijk op de zaak. Ik geef alles wat ik heb, of zoals ik het in mijn toespraak verwoord: beter dan dit kan ik niet. Zelf vind ik het een overtuigend verhaal, met een uitgebreid verslag van mijn activiteiten als korpsbeheerder en een schets van onze toekomstplannen, die maandag in Den Haag moeten liggen. Als ik heb afgerond, klinkt een bescheiden applaus. Daarna ga ik nog apart in op de vragen, die ik nog niet heb beantwoord.
Tijdens de schorsing van de vergadering willen journalisten weten, of ik denk dat ik er al ben. Zij lijken te vinden van wel. Ik hoor achteraf, dat die toon overheerst in de berichtgeving op radio en televisie. Zelf denk ik daar anders over. De prijzen worden pas in de volgende ronde verdeeld.
De fracties van PvdA en D66 openen de tweede termijn. Zij uiten gemeende waardering voor mijn beantwoording en maken duidelijk, dat hun vertrouwen is toegenomen. Journalisten zien hun vermoedens bevestigd.
Dan komt GroenLinks. ’s Middags heeft een van de fractieleden mij nog gebeld en gezegd dat de fractie verdeeld is. Twee leden zullen mij zeker steunen. Maar fractievoorzitter Karin Dekker windt er geen doekjes om. Ze heeft gezegd me de kans te geven mijn positie “op te plussen”, maar ik heb sterk de indruk, dat ze haar tweede termijn al op papier had staan. Geheel in de lijn van Kamer woordvoerder Rabbae kondigt ze aan een motie van wantrouwen te zullen indienen namens de gehele fractie. Democratisch centralisme, heette dat toen de CPN nog bestond. Ik heb respect voor de politieke inhoud van Dekkers betoog, maar ik voel me electoraal geslacht. Dit is een mokerslag.
De SP is er als de kippen bij om de motie van GroenLinks te steunen. Verkiezingstijd! Toch heeft de SP ’s middags verklaard niet uit te zijn op mijn aftreden en mij op mijn plannen te zullen beoordelen. Niet dat ik mij daar veel illusies over had gemaakt, maar teleurstellend is het wel.
Het CDA maakt duidelijk, dat ik veel twijfel heb kunnen wegnemen. Maar het GPV kent geen genade. Voorzitter Hazekamp legt zijn voorzittershamer even neer, zegt aan het spreekgestoelte het vertrouwen in me op en komt weer naast me zitten om verder te gaan als voorzitter.
Het kost moeite, maar ik blijf op de been in mijn tweede termijn. Het resultaat? VVD en Student en Stad schorten hun oordeel op tot volgende week. Ik bengel aan een zijden draadje en VVD fractievoorzitter Koen Schuiling heeft de schaar in zijn hand.
Na afloop, om één uur de ontlading op mijn kamer, niet gestoord door journalisten. Met Gerry, de wethouders Willem Smink, Henk Pijlman, René Paas, Joan Pieters en Tjerk Bruinsma en mijn vaste adviseurs huilen, lachen en schreeuwen we de spanning van ons af. Joan en René halen kroketten en patatjes oorlog bij de Febo. Bode Jan Roeters schenkt bier, frisdrank en wijn. Willem haalt een fles jenever te voorschijn, merk JOS.
“Heeft Jos laten staan”, zegt hij met een uitgestreken gezicht, duidend op mijn voorganger Staatsen.
“We gaan iets nieuws doen”, flap ik er uit.
NRC, 24 januari 1998
https://www.nrc.nl/nieuws/1998/01/24/hollands-dagboek-hans-ouwerkerk-7384646-a334564
‘Zalf op een wonde’
Ik stond vanmiddag in het Stadhuis even oog in oog met oud burgemeester Hans Ouwerkerk. Prachtig portret van de jonge kunstenaar Milan Smidt, dat iets laat zien van een verbittering, die vervaagd is opgegaan in berusting. Ouwerkerk ervoer het portret zelf als soort van een rehabilitatie, hoorde ik, sprak op RTV Noord zelfs van zalf op een wond. Het doek hangt er wat donker bij, mijn foto zonder flits doet de kwaliteit er van absoluut geen recht.
Ouwerkerk was nog niet zo lang burgemeester van Groningen, toen hij op bezoek kwam bij het Buurtoverleg Oosterpoort. In 1992 of 1993 moet dat geweest zijn, ik had net voor het eerst het Jaarverslag van deze wijkorganisatie geschreven. Meteen na binnenkomst in ons Wijkpand nam hij het woord, Hij had dat jaarverslag gelezen en ergerde zich bovenmatig aan de toon. Dit klopte niet, dat klopte niet in zijn ogen. Of we soms dachten, dat het bij de gemeente allemaal van die ‘lulletjes lampekatoen’ waren. Nadat hij zijn donderspeech afgeleverd had, wachtte hij ons weerwoord niet af. Daar had hij geen tijd voor. Hij beende de deur uit en liet ons verbijsterd achter. Maar, zoals dat dan gaat, naderhand namen we al zijn punten een voor een door en inderdaad: dit klopte niet en dat klopte niet, van zijn kant dan.
Ik was dus geen groot liefhebber van Ouwerkerk en zijn overdonderingstactiek, maar de manier waarop hij afgeserveerd werd na de Oosterparkwijk rellen, vond ik evenmin zuiver. Hij vond weliswaar zijn nieuwjaarsspeech belangrijker dan het feit, dat voor het eerst sinds 1945 woningen in de gemeente Groningen werden geplunderd, maar de partij, die hem daarop liet struikelen, GroenLinks, bagatelliseerde in de gemeenteraad al jaren de jongerenoverlast op diverse locaties in de stad, o.a. in de Oosterparkwijk, maar ook bij ons in de buurt. Ik vond de handelwijze van GroenLinks ten opzichte van Ouwerkerk hypocriet, en heb mijn lidmaatschap van de partij toen maar opgezegd. Was toch al niet meer actief als lid.
Sindsdien ben ik überhaupt geen lid van een politieke partij meer geweest. Ik denk ook niet, dat ik dat nog gauw weer zal worden.
groninganus, 14 juli 2017
Portret oud burgemeester Ouwerkerk onthuld
Gepubliceerd op 18 dec. 2014
Burgemeester Ruud Vreeman onthulde donderdagmiddag in het stadhuis een schilderij van oud burgemeester Hans Ouwerkerk. Ouwerkerk was zelf bij die gelegenheid aanwezig. Ouwerkerk vond zijn portret sprekend en hij was trots dat hij zo permanent een plek in Groningen heeft. Ondanks dat hij opstapte na de zogeheten Oosterparkwijk rellen kijkt hij met plezier terug op zijn periode in Groningen.Het initiatief om schilderijen van Groninger burgemeesters te laten te maken komt van Vreeman. Vreeman is bescheiden en vindt voor zichzelf een kleine zwart wit foto voldoende, omdat hij slechts tijdelijk burgemeester is. Het portret van Ouwerkerk is gemaakt door kunstenaar Milan Schmidt.
Recties:
https://youtu.be/ImMZ1LvQ0bM
Plaats een reactie