Schriftelijke beantwoording door Wethouder Pieter Kos van de vragen van de Commissie Stadsontwikkeling en -Beheer van 02-02-2015

Datum: 9 februari 2015
Aan: Leden van de raad en commissie stadsontwikkeling en beheer
Van: College van burgemeester en wethouders
Onderwerp: Beantwoording van de openstaande vragen uit de commissie stadsontwikkeling en -beheer van 2 februari

Geachte leden van de raad en de commissie stadsontwikkeling en –beheer,

De door u gestelde vragen in de commissie van maandag 2 februari zijn door de fractie VVD verzameld en aan ons gemaild. Hieronder vindt u de beantwoording hiervan. Aansluitend doen wij u een procesvoorstel toekomen voor de behandeling van dit dossier.

Tijdens de commissievergadering Stadsontwikkeling en -beheer van 2 februari 2015 is door wethouder Kos toegezegd de vragen die aan de orde zijn geweest bij het onderwerp “Ontwikkeling stationslocatie en gebruik postkantoor” schriftelijk te beantwoorden. Daarbij gaat het na onze inventarisatie nog om de volgende vragen:

Afspraken met Rob Scholte Museum / gebruik postkantoor
1. Welke afspraken zijn er nu precies gemaakt met het Rob Scholte Museum en met welk mandaat zijn er handtekeningen gezet?
2. Klopt het dat er met de heer Scholte andere afspraken zijn gemaakt dan die het college ons heeft doen toekomen?
3. Hoe verhoudt zich de formele besluitvorming van het college met de afspraken die door wethouder Kos met het Rob Scholte Museum zijn gemaakt?
4. Welke afspraken met het Rob Scholte Museum moeten er worden bekrachtigd?
5. Wat zijn de gevolgen van gedane toezeggingen door de wethouder en de financiële afwikkeling daarvan?
6. Wanneer was wethouder Kos voornemens geweest de toezeggingen die hij gedaan naar het Rob Scholte Museum met de commissie te delen als het nu niet via het agendavoorstel van de VVD op de agenda had gestaan?
7. Wat is de positie van de gemeente in juridisch en financieel opzicht gezien de elkaar tegensprekende berichten van wethouder Kos en het Rob Scholte Museum?
8. Hoe staan wij er als gemeente nu voor? Wat is onze positie en wat is ons vertrekpunt?
9. Zijn er onomkeerbare afspraken gemaakt, zowel in juridische als in financiële zin?
10. Zijn de mede-gebruikers van het postkantoor door de gemeente op de hoogte gesteld dat zij moeten vertrekken?
11. Wat vindt de wethouder zelf van de startnotitie?

Antwoord:
1. De volgende afspraken zijn door ons college vastgesteld ; de opzegging per 1 januari 2015 van de gebruiksovereenkomst is ingetrokken, de voorstellen met betrekking tot wegwerken achterstallig onderhoud is ingetrokken en er wordt ruimte gegeven aan een traject tot verkenning van de mogelijke realisatie van een Rob Scholte Museum in het voormalig postkantoor. De afspraken met het Rob Scholte Museum zijn verwoord in AU14.14275, deze brief heeft u bij de stukken ontvangen. Dit zijn collegebesluiten: er is geen mandaat vereist. .
2. Nee, dit klopt niet.
3. Zie het antwoord op vraag 1..
4. Er zijn momenteel geen afspraken gemaakt die nader bekrachtigd moeten worden, aangezien deze al adequaat zijn vastgelegd bij voornoemde brief van ons college. We zijn voornemens de gesprekken met de overige gebruikers binnenkort te starten om meer expositieruimte te creëren voor het Rob Scholte museum.
5. De afspraken hebben tot gevolg dat de mogelijkheid van een Rob Scholte Museum als toekomstige invulling van het voormalig postkantoor wordt onderzocht. Anders dan de sowieso te maken kosten voor de verkenningen van de toekomstige gebruiksmogelijkheden van het gebouw, heeft dit voor de gemeente vooralsnog geen financiële gevolgen.
6. Het college is bezig met, onder meer, de voorbereidingen voor een visie op de stationsomgeving en in dat kader met de verkenningen van de mogelijkheid van het Rob Scholte Museum in het voormalig postkantoor. Dit is onderdeel van de voorbereidingen van de herijking van de Strategische Visie Den Helder 2020, in het kader waarvan op 9 februari met de gemeenteraad een startbijeenkomst wordt gehouden. Het agenderingsverzoek van de VVD heeft de geplande communicatielijnen met uw raad
doorkruist en op het betreffende onderwerp bespoedigd.
7. In het kader van het bovenstaande zijn met de heer Scholte besprekingen voorzien op basis van de u bekende en op schrift gestelde afspraken (als tussenresultaat). Niet meer en niet minder.
8. Ons vertrekpunt is verwoord in het antwoord op vraag 1. Zie verder het antwoord op vraag 6 en 7.
9. Nee.
10. Ja, maar op basis van advies a14.01552 is door ons besloten om ook de opzegging van de met de andere huurders gesloten overeenkomsten in te trekken totdat meer duidelijk is over het traject tot verkenning van de mogelijke realisatie van een Rob Scholte Museum. Het is wel altijd de bedoeling
gebleven om de gebruiksovereenkomst met de mede-gebruikers op te zeggen.
11. Het college wil in een proces van samenwerking tussen de heer Scholte en het gemeentebestuur tot resultaat komen. In de startnotitie is verwoord welk traject wij daarmee voor ogen hadden. De discussie zoals die in de raadscommissie is gevoerd, duidt op een andere, bredere aanpak. Daarvoor werkt het college nu een voorstel uit ten behoeve van de voortzetting van de discussie in de
commissie.

Bijlage 1 e-mailbericht Rob Scholte
1. Door wie is het besluit in bijlage 1 van Rob Scholte opgesteld?
2. Waarom zat dit niet bij de stukken die we van het college hebben ontvangen?
3. Wanneer heeft het college dit besloten?
4. Is een wethouder individueel bevoegd een dergelijk document te tekenen?
5. Waarom was er bij dat gesprek geen ambtelijke ondersteuning aanwezig?
6. Wat is de rol van de fractievoorzitter van Behoorlijk Bestuur die als getuige in één van de bijlagen
wordt genoemd?
7. Wat is de rol van de beide getuigen?

Antwoord:
1. Ons is niet bekend door wie dit document is opgesteld.
2. Het document als bijlage in de mail van de heer Scholte was niet in het bezit van het college.
3. Het college heeft op 9 december 2014 tot de eerder genoemde insteek ( te weten de intrekking van de opzegging per 1 januari 2015 van de gebruiksovereenkomst en van de voorstellen met betrekking tot wegwerken achterstallig onderhoud, en er wordt ruimte gegeven aan een traject tot verkenning van de mogelijke realisatie van een Rob Scholte Museum in het voormalig postkantoor) besloten en dat nadien schriftelijk, op 19 december 2014, geformaliseerd (nummer 5 van de verzonden documenten).
4. Ondertekening van documenten namens het college door een wethouder kan alleen, wanneer het college daartoe besluit en de wethouder machtigt.
5. Er was bestuurlijk geen verzoek gedaan om ambtelijke ondersteuning.
6. Deze vraag kunnen wij niet beantwoorden.
7. Die rol is ons college onduidelijk en gelet op de status van dit document ook niet relevant.

Businessplan
1. Is er een businessplan en is deze financieel onderbouwd?
2. Hoever staat het met het businessplan?
3. Wat vindt de wethouder zelf van het businessplan?

Antwoord:
1. Ja, er is een door de heer Scholte voorbereid businessplan. Dit is echter niet financieel onderbouwd.
2. Het aan u verzonden businessplan is de aan het college voorgelegde versie.
3. De mening van het college staat verwoord in de brief van ons college AU14.10977, die u bij de stukken heeft ontvangen.

Visie stationslocatie / bestemmingsplan
1. Wat is de visie van dit college op het stationsgebied?
2. Is in deze visie de locatie nog steeds het stadshart en maakt het stadshart nog steeds onderdeel uit van de strategische visie?
3. Wat vindt de wethouder van de visie-ontwikkeling op het stationsgebied?
4. Komt het college met een voorstel voor de planontwikkeling van de stations locatie en de ontwikkeling van het postkantoor?
5. Wat vindt de wethouder van de visie op het bestemmingsplan?
6. Komt er een wijziging van het bestemmingsplan in verband met het wonen van Rob Scholte en zijn gezin?

Antwoord:
1. Onze visie wordt binnenkort geagendeerd voor de commissie en de raad.
2. Ja, de locatie maakt onderdeel uit van het stadshart. Met uw raad hebben we maandagavond 9 februari 2015 een eerste bijeenkomst over de herijking van de strategische visie. Daaruit zal blijken welke positie het stadshart in neemt.
3. Dat zal blijken uit de stukken die ons college aan de raad zal voorleggen.
4. Ja, daar komen wij zeer binnenkort mee.
5. Zie antwoord op vraag 3.
6. Er komt pas een bestemmingsplanwijziging als er overeenstemming is bereikt over de functie en invulling van het postkantoor.

Informeren raad
1. Wat vindt u zelf van de gang van zaken omtrent de stukkenverspreiding in dit dossier?
2. Is de raad juist en volledig geïnformeerd?

Antwoord:
1. Zoals gezegd: het agenderingsverzoek van de VVD heeft de geplande communicatielijnen met uw raad doorkruist en op het betreffende onderwerp bespoedigd. De gang van zaken waarbij de stukken van ons college aan uw raad werden gevolgd door een uitgebreide reactie van de zijde van de heer Scholte inclusief de nodige bijlagen heeft de nodige verwarring veroorzaakt, en niet bijgedragen tot een adequate voorbereiding op de commissievergadering. Dat betreuren wij dan ook.
2. Ja.
Procesvoorstel behandeling dossier ‘invulling postkantoor’

In de commissie stadsontwikkeling en –beheer van maandag 9 maart wordt het ambitiedocument Stadshart Den Helder geagendeerd waarin de ambitie voor de stationsomgeving is meegenomen. Deze stationsomgeving bestaat in dit ambitiedocument uit het stationsplein, het pleintje bij de Boerhaavestraat, de verbinding met het stadspark en de Beatrixstraat en de bestaande gebouwen.
Deze onderdelen samen vormen de stationsomgeving, maar kunnen wel afzonderlijk van elkaar worden uitgewerkt. Immers het geld voor de ontwikkeling van het pleintje bij de Boerhaavestraat heeft uw raad bij het vaststellen van de begroting 2015 reeds beschikbaar gesteld. Het ontwikkelen van de afzonderlijke onderdelen in de stationsomgeving is verantwoord, mits het past in het grotere plaatje.

Voor één van deze gebouwen, het postkantoor, is het uitgangspunt dat eerst ruimte wordt gegeven aan een traject tot verkenning van de mogelijke realisatie van een expositieruimte, zoals letterlijk in het coalitieakkoord verwoord, voordat een mogelijke andere invulling onderzocht wordt. In de brief van 19 december is dit aangevuld met de verkenning van de mogelijke realisatie van een Rob Scholte Museum.
Dit is een traject dat vorig jaar is opgestart en waarvan het college en uw raad benieuwd is naar het eindplaatje.

Voor deze verkenning zal een ander traject worden uitgewerkt dan dat is verwoord in de startnotitie die op 2 februari in uw commissie is behandeld. Hierin zal worden ingegaan op de mogelijke invulling van het postkantoor, wat hiervoor aan budget en planruimte nodig is en welk proces daarnaartoe gevolgd gaat worden.
Dit nieuwe traject kan in dezelfde commissie worden behandeld als het ambitiedocument omdat deze dan past in het door u gevraagde grotere geheel.