Lolke Kuipers – Bericht aan Theo Knippenberg (1)

Op 19 apr. 2015 om 20:22 heeft Lolke Kuipers <l.kuipers@gemeenteraad.denhelder.nl> het volgende geschreven:

Geachte heer Knippenberg,

Dank voor de toezending van de ‘open brief’ aan het College. En ook dank voor uw betrokkenheid met en interesse in het Rob Scholte Museum, tezamen met nog 99 andere – in de pers zo genoemde – bekende Nederlanders.

Nu zijn wel meer initiatieven bekend van groepen zgn. BNers, waarvan achteraf is gebleken dat zij geen enkele betrokkenheid en/of compassie hebben of hadden met de zaak waarvoor zij streden, noch dat zij daar – zelfs zijdelings – maar enigszins mee op de hoogte waren. Maar waarvoor door de BNers wel driftig, meestal op verzoek van collega-BNers, een handtekening werd gezet, waarbij tegelijkertijd de kracht en waarde van diezelfde handtekening dan weer drastisch afneemt; maar dat terzijde.

De brief lezende komen bij mij een aantal vragen op:
1. Hoeveel van de 100 briefondertekenaars hebben, tot op de dag van de briefondertekening, al eens een bezoek gebracht aan Den Helder?
2. Hoeveel van de 100 briefondertekenaars kennen de locatie en staat van het voormalige Postkantoor?
3. Hoeveel van de 100 briefondertekenaars hebben, tot op de dag van de briefondertekening, al eens een bezoek gebracht aan het Rob Scholte Museum?
4. Hoeveel van de 100 briefondertekenaars hebben, tot op de dag van de briefondertekening, zich een indruk gevormd van de huidige staat, inrichting en uitstraling van het voormalig Postkantoor en vinden deze ondertekenaars het gebouw in deze setting ‘museum’-waardig?
5. Hoeveel van de 100 briefondertekenaars hebben, tot op de dag van de briefondertekening, persoonlijk kennis gemaakt met de heer Rob Scholte?
6. Hoeveel van de 100 briefondertekenaars hebben, persoonlijk van de heer Rob Scholte, tekst en uitleg gekregen van diens museuminitiatief en business case?
6. Hoeveel van de 100 briefondertekenaars hebben zich verdiept in de langjarig sluitende business case (inkomsten en uitgaven) van het Rob Scholte Museum, op basis waarvan zij menen te kunnen claimen dat de één (gemeente) aan de ander (Rob Scholte) een pand ter beschikking dient te stellen, op welke rationele of emotionele gronden dan ook?

Zoals u ziet, is het een soort enquête geworden naar de inhoudelijke kennis en wetenschap onder de ondertekenaars inzake locatie en museum. Het zou niet moeilijk moeten zijn hierover enig inzicht te verschaffen en ik zou daarom graag omgaand uw reactie ontvangen.

Wellicht veranderd de houding van velen na onthulling van de uitkomsten van voornoemde vragen/enquête!

In gespannen afwachting van uw reactie!

Met vriendelijke groet,
Lolke Kuipers
D66 Den Helder