Judith Koelemeijer – Inzoomen op de illusie van global village

Het is niet toevallig, dat het idee voor een expositie met als thema ‘de wereld als geheel’ afkomstig is van iemand, die zelf zegt, dat hij ‘op het randje’ woont: Wystan Curnow, professor in de Amerikaanse literatuur, dichter en curator in Auckland, Nieuw-Zeeland…

Amsterdam – De Nederlandse ontdekkingsreiziger Abel Tasman gaf in 1648 Nieuw-Zeeland een verre en vage plek op de kaart. Met de expositie Under Capricorn – The World Over, die tegelijkertijd te zien is in het Stedelijk Museum in Amsterdam, de City Gallery in Wellington èn op Internet, willen Wystan Curnow en co-conservator Dorine Mignot van het Stedelijk laten zien dat Amsterdam nu, bijna 350 jaar later, dichter bij Nieuw-Zeeland ligt dan ooit.
De deelnemende kunstenaars, schrijven zij, laten de wereld ‘als geheel zien’. Zij richten zich niet op de verschillen, maar ‘juist op datgene wat mensen, bijna letterlijk, met elkaar verbindt’.
‘De wereld als geheel’, dat klinkt niet alleen vaag, het ís het ook. De gedachte, dat de wereld door moderne communicatiemiddelen steeds kleiner wordt, mag inmiddels gemeengoed zijn, en begrippen als mondialisering en global village alweer bijna clichés, maar wat dat precies betékent, een wereld waarin iedereen via Internet en satelliet met elkaar kan babbelen, valt minder gemakkelijk te zeggen.
Sterker, het is de vraag, of dat werelddorp wel bestaat, of op zijn minst hoe groot het is. De inwoners van Sarajevo vonden het ook lange tijd vanzelfsprekend, dat ze televisie, telefoon, fax en Internet hadden. Tot de oorlog kwam, de elektriciteit werd afgesloten en zoiets simpels als een telefoongesprek het exclusieve voorrecht werd van de elite met sateliettelefoon.
De bewoners van de global village lijken meer alleen een luxe buitenwijk, dan de ganse wereld te bevolken.
Dat je over ‘mondialisering’ al snel in paradoxen spreekt, weet Curnow ook. Natuurlijk berust de veronderstelling, dat de wereld door de moderne communicatie kleiner is geworden deels op een illusie, zegt hij. Maar het is tegelijkertijd een ‘sterk en onomkeerbaar proces’. En daar wilde hij het in de expositie over hebben. ‘De kunst moet ons helpen over die ontwikkelingen na te denken.
‘Toch is Under Capricorn – The World Over geen geëngageerde tentoonstelling geworden. Curnow en Mignot hebben gezocht naar – meestal bestaand – werk van kunstenaars met een meer poëtische benadering van het thema. Niet in het minst, omdat zij zijn uitgegaan van een drietal veelomvattende ‘beelden,’ die huns inziens ‘de wereld als geheel’ tonen: het panorama of de horizon, de globe of de bol, en stelsels van verbindingen als het Internet.
Het is een benadering, die wel héél veel mogelijkheden biedt. Een ‘wereldbol’: dat is het schilderij van Rob Scholte. waarop een scheepje op de rand van de wereld balanceert; een detail uit zijn schildering voor Huis ten Bosch in Nagasaki (Point of no return, 1996).
Het is ook de interactieve installatie Terravision van Art + Com, waarmee de bezoeker als vanuit de ruimte naar de aarde kan kijken, en kan inzoomen op bijvoorbeeld Berlijn – waarbij je zo dichtbij komt, dat je zelfs een gebouw kunt binnen ‘wandelen’.
En wie zo breed kan kijken, ziet ook in een bol met nog geurende, langzaam verwelkende rode rozen van James Lee Byars (The Rose table of perfect, 1995), een harmonieuze afspiegeling van de wereld.
Het ‘panorama’ is een al even onuitputtelijk thema. Op de expositie hangt een grijzig, gefotografeerd Kinselmeer van Ger van Elk uit 1985. Er is een video drieluik van Bill Viola waarbij elk ‘luik’ een ander stadsgezicht biedt: dat van een vierbaans autosnelweg, een rechtszaal en een brandend huis. De camera staat stil, alleen de tijd verstrijkt. Behalve deze beelden van bestaande landschappen zijn er ook indrukwekkende Aboriginal schilderijen van Tjapaltjarri, die een geestelijk landschap verbeelden, als mythologische kaarten van gebeurtenissen uit de Droomtijd.
Schilderijen als die van Tjapaltjarri, of de foto’s van Van Elk, zijn altíjd fascinerend. Wat je mist, wandelend door de zalen, is een verband, een visie. Je bukt je om via de kont van vier gebeeldhouwde, omhoog kijkende kerels van Wim Delvoye (Rose des Vents, 1992) als door een telescoop omhoog te kijken – en krijgt uitzicht op het museumplafond. Of je neemt plaats achter de camera midden in de ronde kamer van Jeffrey Shaw; de installatie Place – A User’s Manual.
Druk je op de knop, dan draait de camera 360 graden in het rond, en heb je uitzicht op een virtueel landschap, dat gevuld is met panelen met landschapsfoto’s. Wanneer je inzoomt op deze panelen, komt het landschap heel dichtbij, tot je het zo uitvergroot, dat je er ‘doorheen schiet’ en in een volgend landschap terecht komt.
Heel leuk en ludiek, maar wat zeggen deze installaties méér over ‘de wereld als geheel’ dan dat de mens behoefte heeft aan overzicht en inzicht, maar dat de blik altijd beperkt is?
Voor de expositie op Internet heeft een aantal kunstenaars een site gemaakt, onder wie Laurie Anderson, Han Schuil, Gerald van der Kaap, Rob Scholte en Peter Struycken. In het museum is een zaal ingericht met computers, waarop je de sites kunt bekijken (mits het systeem het niet af laat weten, omdat een onervaren internetter creatief met commando’s is geweest).
Bij Rob Scholte bewegen foto’s van twee lachende jongens over het scherm – als je tenminste het geduld hebt hierop te wachten: Internet werkt noch altijd veel langzamer dan gewenst. Han Schuil laat een getekend huisje op poten door een getekende ruimte buitelen. Op de site van Peter Struycken kun je spelen met kleuren. De kleurschakering op een schaakbord van ’twintig tegels in het kwadraat’ verandert als je met pijltjestoetsen andere ‘fragmenten’ oproept.
De site van Merel Mirage, Poem Navigator, maakt de meeste indruk. Op een rood scherm, dat oogt als chic papier, staat een Chinees liefdesgedicht, in zwarte karakters. Klik je met de muis op een zin of een van de karakters, dan krijg je op een nieuwe pagina uitleg over de samenstelling van de tekens, de herkomst en de betekenis. Wie wist dat het karakter van ’tijd’ eruit ziet als groeiend gras onder de zon? Mede door de verzorgde lay-out word je uitgenodigd steeds verder te gaan, om te ontdekken dat niets is wat het op het eerste gezicht lijkt. Je leest, dat bij de Chinezen een lentewind een ‘erotische toespeling’ is, een gebroken hart een ‘uitgerukte darm’. ‘Voelen wij in ons hart wat de Chinezen in hun darmen voelen?’, schrijft de maakster.
Merel Mirage was meteen gegrepen door het gedicht, toen ze het voor het eerst in het Chinees hoorde, vertelt ze, terwijl ze aan haar site sleutelt. De kok van een Chinees restaurant vertaalde het voor haar. Ze was eerst teleurgesteld, het was gewoon een liefdesgedicht. Naarmate ze er meer over te weten kwam, werd het steeds interessanter. Zo’n gedicht laat zien, dat het hele idee van globale verbondenheid, van ‘interculturele communicatie’, gebaseerd is op een illusie, zegt ze. ‘Hoe meer je erover weet, hoe beter je ziet hoe waanzinnig ver culturen juist van elkaar af staan.’
Ze studeert aan een post-academische opleiding op de Media Akademie in Keulen, maar is de eerste om het belang van internet te bagatelliseren. ‘Internet is een illusie machine. Je surft overal overheen en denkt dat je heel veel te weten komt, maar het blijft erg oppervlakkig. Je weet alleen maar minder. De wereld als verbonden geheel: het klinkt mooi, maar het is bullshit.
Under Capricorn – The World Over. Stedelijk Museum Amsterdam, tot en met 18 augustus 1996.

De Volkskrant, 11 juli 1996, 00:00

https://www.volkskrant.nl/archief/inzoomen-op-de-illusie-van-global-village~a417720/

Meer informatie:
https://www.stedelijk.nl/nl/tentoonstellingen/under-capricorn-the-world-over
https://citygallery.org.nz/exhibitions/the-world-over/
https://robscholtemuseum.nl/rob-scholte-point-of-no-return-1/
https://robscholtemuseum.nl/rob-scholte-point-of-no-return-2/
https://robscholtemuseum.nl/rob-scholte-point-of-no-return-3/
https://robscholtemuseum.nl/rob-scholte-point-of-no-return-4/