Jacob Haagsma – Romantiek, sentiment, kitsch

Bij de oprichtingsvergadering van verzamelaarsvereniging Dorus Rijkers kwamen er petitfours aan te pas. Want het gaat bij deze club over kitsch.

Zoet, overdadig, glimmend, handzaam en stiekem toch verrekte lekker. Toepasselijker gebakje dan een petitfour voor bij de thee tijdens de oprichtingsvergadering van verzamelaarsvereniging Dorus Rijkers is er niet.

Ooit was Dorus Rijkers (1847-1928) misschien de bekendste man van Nederland. Honderden mensen heeft hij gered, schipbreukelingen, uit de woelige baren. Zijn knoestige kop – bebaard, zuidwester op het hoofd en pijp in de mond – is talloze keren vereeuwigd in allerlei borduurwerkjes.

En precies dat, borduurwerkjes, is het verzamelobject van de Leeuwarder kunstenaar Hein de Graaf. Het trappenhuis van de monumentale woning die hij deelt met Marijke Tiemersma hangt er vol mee, inclusief een (onverlichte) nis met erotica. Hij verwerft ze bij voorkeur voor een prijs van maximaal vier euro en hangt ze dan op. Zoals ze zijn, geen flauwekul. Vandaar ook die omgekeerde Oldehove. ,,Maar het haakje zit aan die kant. Heeft waarschijnlijk nooit eerder ergens gehangen.”

Die passie voor kitscherig borduurwerk zette De Graaf aan om een verzamelaarsvereniging op te richten. Samen met Willem Winters, want die heeft een passie voor sneeuwbollen. Met nog een stel geestverwanten zitten ze aan tafel, pal onder een enorm kitscherig, aan de wand gehangen kamerscherm: een collage van allerlei zoetige taferelen. ,,Uit Ierland, ergens begin vorige eeuw”, zegt De Graaf. ,,Waarschijnlijk in elkaar geplakt door een vrouw uit de hogere kringen, met tijd over.”

Iedereen mag lid worden. Maar dan wel met een verzameling van minstens zeven stukken, ,,anders is het per ongeluk”, en er dienen per jaar minstens vijf stukken bij te komen, ,,anders ben je een bewaarder, geen verzamelaar”.

Zo’n oprichtingsvergadering leent zich voor een overdenking over wat dat nou eigenlijk is, kitsch. Aan de Van Dale hebben we ook niet veel, want die definieert het zo: ‘Werk dat de pretentie heeft kunst te zijn, maar van onecht gevoel getuigt’. Kitsch heeft te maken met romantiek en sentiment. ,,Kitsch is lief en aardig”, zegt Winters, ,,volgens de tegenstanders zelfs te lief en te aardig. Te veel emotie. De een waardeert het om dezelfde redenen waarom de ander het de grond in boort.”

Daarom, weg met zulke theoretische beschouwingen over ‘hogere’ en ‘lagere’ cultuur, daar hebben we niks aan. Al is het wel zo dat beroemde kunstenaars als Rob Scholte en Jeff Koons op hun manier met kitsch in de weer zijn. Uberkitsch zeg maar. En gediplomeerd artiest Hein de Graaf raakte ooit zo onder de indruk van het hoogst kitscherige genre fotoroman, dat hij er zelf een maakte.

Zijn vrouw Marijke Tiemersma verzamelt bakjes, lampjes en wat dies meer zij, gemaakt van schelpen. ,,Ik had er als kind al zo’n fantasie bij dat een bouwvakker, met zijn gezin op vakantie op Vlieland, zo’n bakje in elkaar lijmde, als herinnering”, zegt ze. ,,Maar de gruwelijke waarheid is waarschijnlijk dat ze uit kinderhandjes komen, in een fabriek in Bangladesh of zo.”

Okje de Groot, die een antiquariaat drijft aan de Nieuweburen in Leeuwarden, verzamelt beeldjes van lezende wezens. Oud-notaris Hylke Wierda begon pas serieus met zijn collectie van hoerenhondjes toen hij door vriend Winters was overgehaald om lid te worden van de vereniging. Maar nu gaat het dan ook hard met die hondjes: porseleinen gevallen die, altijd in paren, voor de ramen van prostituées in Engelse havensteden stonden de pronken. Stonden ze met de kop naar buiten, dan was klandizie welkom. Zeelieden kochten ze wel voor hun vrouw thuis. ,,Hadden ze twee keer waar voor hun geld.” Zo dekt kitsch ook de lage lusten.

Ilona Vergonet is gefascineerd door huilende zigeunerjongens, sinds ze zo’n portret kocht voor een vriend die tijdelijk op een Amsterdamse camping verbleef. ,,Echt zo’n zigeunercamping. Maar ik werd verliefd, ik wou ‘m zelf houden.” En dat ene portret was het begin van veel meer. Ondanks de vloek die over zulk soort portretten, voor het eerst geschilderd door Giovanni Bragolin, zou hangen. Als er ook een huilend meisje bij hangt, zou het effect van die vloek minder zijn.

Anneke van Renssen verzamelt herten; ze nemen een flinke hoek in de keuken in beslag. Pronkstuk is de kop van een ooit springlevend edelhert. Haar man Willem Winters is dus bezig met sneeuwbollen, ,,een universum op zich, onder zo’n bol”. Hij heeft er honderden. Van hoogst scabreuze exemplaren, met een blote dame die een dildo beklimt zo groot als zij zelf, via eentje met een doorgebroken Berlijnse Muur tot een exemplaar uit New Mexico. Met zand in plaats van sneeuw.

Kitsch – het heeft ook te maken met iets als archetypen, gedeelde ervaringen. Hylke Wierda, de oud-notaris met zijn hoerenhondjes, ziet het zo. Het is immers niet voor niets dat je bij ouden van dagen aan de wand, in verzorgingstehuizen en dergelijke, zoveel kitsch aantreft. ,,Het geeft houvast.”

Leeuwarder Courant, maandag 25 januari 2016

http://www.lc.nl/plus/Romantiek-sentiment-kitsch-21121473.html