Henriette Bucciarelli – Ook mevrouw Bulte dwaalt door het leven (38): Gehaald

’s Morgens ligt er een brief op de mat, die dichtgeplakt een officiële indruk maakt.
Mevrouw Bulte laat hem nog maar lekker even liggen. Ze is vanmorgen niet gelukkig of ongelukkig en kostbaar zijn de dagen, dat ze gelijkmatig van stemming is. En nu met deze brief kan het vriezen of dooien. Even komt de zon door in deze moesson tijd van de herfst. Daardoor ziet ze van een afstandje, dat er Vertrouwelijk op staat. Het moet toch niet gekker worden. Mevrouw Bulte loopt resoluut op de brief af en neemt hem in de hand. Vertrouwelijk en Persoonlijk staat erop. Wie de afzender is, wordt bij eerste inspectie niet duidelijk.
Mevrouw Bulte opent de brief, waar bovenaan met grote letters staat: U HEEFT HET GEHAALD, MEVROUW BULTE! Er volgt nog een lang relaas, maar deze zin is mevrouw Bulte al genoeg en zwabberend gaat ze aan de tafel zitten. U heeft het gehaald, u heeft het gehaald. Hier moet ze toch nog even over nadenken. Ja, ze heeft het gehaald. Ze is al over de zeventig. Maar dat is tegenwoordig toch niet zo uitzonderlijk, dat de gemeente je een brief stuurt.
En heeft ze het eigenlijk wel echt gehaald? Dat is de kwintessens. Aan de mond op mond beademing blijven heel wat mensen jaren lang door sluimeren. Dus moet het iets van de tegenwoordige Big Brother wezen, waar je zoveel van hoort. Ze weten van alles van je, terwijl je er zelf nog niet van op de hoogte bent. Dat communiceren ze dan met je per post.
Mevrouw Bulte leest verder. Bericht van een nuchtere miljonair staat er.
Zo, zo. De gemiddelde mens zou, als hij het financieel kon, het glas wel heffen, hoor. Mevrouw Bulte leest en leest. Ze heeft kans op een Prijs. Dat is het enige zinnige, dat ze eruit kan halen. Maar ja, een kans op een prijs is nog geen prijs. Ze moet over iets heen gekeken hebben. Ze heeft het immers gehaald. Er vallen veel blaadjes uit de enveloppe, die een reclameachtige indruk maken. Met glimmende stickertjes,. Mevrouw Bulte zucht. Ze heeft het wel door, hoor! Het is een goed opgezette valstrik.
Waarschijnlijk willen ze, dat je iets koopt. Het gaat uit van de Reader’s Digest, leest ze nu. Nu, dat las pa vroeger al. Van die malle boekjes met rare wederwaardigheden. Ze wist niet, dat die nog bestaan. Ze bieden haar natuurlijk hun tijdschriften aan. Wat is ze toch een Mabel, dat ze in die hele brief daar geen informatie over kan vinden. Enfin, in de prullenbak er mee. U heeft het gehaald! Het is eigenlijk nog best brutaal ook van ze, om dat te zeggen. Ze maakt zelf wel uit, of ze het gehaald heeft of niet. Mevrouw Bulte gooit de papieren met een klap in de vuilnisbak.
Maar toch stimuleert de brief. Zou het niet eens tijd worden voor een premie? Een prijs? Een diploma? Weet je wat, vandaag wandelt mevrouw Bulte eens naar de universiteit. Er is er een vlakbij. Het is heel mooi gebouw. Maar ze gelooft, dat het daar om wiskunde of zo gaat. Kijk, er zijn grenzen. Stel je voor. Mevrouw Bulte ziet zich met een zwart hoedje in de collegebanken zitten. De rector magnificus komt op haar af. “Mevrouw Bulte, u heeft het gehaald!” Bah, eigenlijk klinkt, dat nog te twijfelachtig ook. Hoezo? Heeft iemand daar aan getwijfeld dan? Eindelijk hebben we achterhaald… hier valt mevrouw Bulte stil.
Want ze weet niets van wiskunde, niet eens, wat je er mee zou kunnen achterhalen. Nee, het moet een openbare universiteit zijn. Waar het normaal is, dat je erbij gaat zitten. Filosofie! Ja!!! Heerlijk. Aan je gezicht kunnen ze niet zien, dat je het niet kan volgen. Alleen jammer, dat ze oud is, dat valt natuurlijk wel op tussen al die dromerige meisjes.
De rector nodigt haar uit naar voren te treden. Mevrouw Bulte, misschien kunt u uw betoog houden. Wij zijn allen benieuwd naar uw gedachten goed over de noodzaak van een diploma voor de mensen.
Ahum, schuchter gaat mevrouw Bulte naar de katheder. U vraagt mij naar de verwerkelijking van dromen, maar voor mij zit er een gevaarlijke kant aan, mijnheer de conrector. Het lijkt logisch en goed het diploma te willen als tastbaar bewijs van kunnen, dat leuk is voor diegenen, die het bezitten. Maar wat als men het niet haalt? Wat als de omstandigheden zo zijn, dat je geen bewijs kunt overleggen van je kunnen, omdat je geen onderwijs krijgen kon, omdat je genen het tegenhielden of familiedrama’s in het gezin. Dan worden dezelfde diploma’s tot guillotines, mijnheer de rechter. Levenslang schuifelen mensen zonder diploma, getekend, in een gestreept pak. Ze worden gehoond, gehoond door hen, die wel de proef doorstaan hebben. Maar waarom is het nodig, mijne heren, dat we een proef doorstaan? De proef mooi te zijn, de proef intelligent te zijn, de proef aardig te zijn. De proef handig te zijn en bruikbaar in deze lieve maatschappij. Waarom kunnen we er niet gewoon zijn, zoals we zijn? Als we oud zijn en versleten, dan vraagt niemand meer naar onze diploma’s. Zijn we niet op een gegeven moment allen gelijk? Voor de een duurt het wat langer, dan voor de ander. Maar uiteindelijk vallen we allen als regendroppels terug in de zee. Dan pas kunnen we met recht zeggen, dat we het hebben gehaald.