Evert-Jan Pol – Recensie: Rob Scholte maakt kleurrijk spektakel met toegeëigende borduursels

Mag een kunstenaar werk van een ander tonen als werk van zichzelf? Daar valt over te discussiëren, maar Rob Scholte doet het. Zijn embroidery show is nu te zien in Museum de Fundatie in Zwolle.

De tentoonstelling bestaat uit bijna duizend borduurwerken uit Scholtes eigen collectie. Hij kocht de borduursels in kringloopwinkels en op rommelmarkten. Voor de gelegenheid lijstte hij ze omgedraaid in en signeerde ze. Ze gaan nu door het leven als Rob Scholtes.

Hoewel dit niet heel netjes klinkt, heeft Scholte er naar eigen zeggen wel goede bedoelingen mee. Hij vindt het jammer dat erfgenamen van menig borduurder diens creaties – resultaat van weken, maanden en jaren noeste arbeid – “voor slechts een euro” van de hand doen. De kunstenaar wil de werken de waardering te geven die zij volgens hem verdienen.

Waarom hij ze zich dan toe-eigent, is niet duidelijk. Daarmee bereikt hij immers het tegenovergestelde effect. Alle aandacht gaat nu naar Scholte en niet naar de originele makers. Hij had ze ook kunnen tonen zonder er zijn eigen stempel op te zetten. In 2014 liet hij in dezelfde Fundatie zijn verzameling oorlogsprenten van Jan Sluijters zien. Met dezelfde reden: aandacht vragen voor die onbekende werken. Hij toonde ze niet als werk van Scholte, maar als dat van Sluijters.

De embroidery show stemt tot nadenken, over auteursrecht en recht van eigendom. Als de kunstenaar een van deze borduurwerken voor veel geld zou verkopen als een Rob Scholte zonder iets te vertellen over de geschiedenis, zou de koper zich bekocht kunnen voelen. Maar als die weet dat de verkoper niet de maker is, is er weer niets aan de hand.

En door de werken omgedraaid in te lijsten, gaf hij er toch een eigen draai aan. Een goede beslissing overigens, want aan de achterzijde zie je pas duidelijk hoeveel werk erin zit. En de achterkanten zijn vaak wel net zo mooi als de voorzijde, misschien zelfs wel mooier. En – ook leuk – veel stukken hebben nu een impressionistisch karakter: pas van een afstand zie je wat een borduursel voorstelt.

Dit valt vooral op in het atrium, waar een aanzienlijk deel hangt, rijendik boven en naast elkaar. Doordat de gangen erg smal zijn, staat de bezoeker er met zijn neus bovenop, zodat de borduursels enigszins ondefinieerbaar zijn. Wie ze vanaf de overkant aanschouwt, krijgt een veel duidelijker beeld.

Behalve in het atrium hangen de borduurwerken in de eivormige opbouw van de Fundatie, verspreid over de twee verdiepingen. De werken zijn in veel gevallen geborduurde kopieën van bestaande kunstwerken. Scholten hing verschillende versies steeds bij elkaar. Zo valt goed op dat de ene voorstelling – uiteraard – populairder is dan de andere. Vermeers Melkmeisje en Brieflezend meisje bij het venster en Rembrandts Nachtwacht komen verschillende malen voorbij.

Opvallend is de rijkelijke aanwezigheid van Dorus Rijkers (1847-1928). Het portret van deze zeeman en mensenredder hing jarenlang in vele huiskamers. In het atrium vullen tientallen geborduurde versies bijna een hele wand.

Samen vormen de vele honderden borduursels een prachtig kleurrijk spektakel, dat de naam show met recht verdient. Over de ethiek van Scholte in dezen valt te twisten, maar de presentatie is zeer zeker een lust voor het oog.

Rob Scholte’s Embroidery show, t/m 18 september in Museum de Fundatie, Zwolle

Waardering: @@@@@@@@@@

De Digitale Kunstkrant, 05.17.2016

http://www.digitalekunstkrant.nl/?p=21856