Edzard Dideric – Korte geschiedenis (156) van het alledaagse

Er leefde eens, in een alledaags land, een alledaagse man die een alledaags bestaan leidde. Het werd volledig beheerst door een alledaags verlangen, namelijk om een alledaagse vrouw te huwen. Om aansluitend met haar in een alledaags huis te wonen, met twee alledaagse kinderen. Al met al geen buitensporige ambitie, vond hij zelf.
Welgemoed trok de alledaagse man erop uit om een dergelijke vrouw te vinden. Aangezien de wereld voor het merendeel werd bevolkt door alledaagse mensen, zou het een fluitje van een cent moeten zijn.
Zijn redenering leek aanvankelijk te kloppen. In no time wist hij een dame te strikken, die aan het vereiste profiel voldeed. Na verloop van tijd echter, begon ze afwijkingen te vertonen. Er traden eigenaardigheden aan het licht die, zeker seksueel gezien, danig afbreuk deden aan haar alledaagsheid.
Niet getreurd, dacht de man, vergissen bleef menselijk. Het leek hem verstandig om, zolang het nog kon, haar botweg te dumpen en opnieuw de uitdaging aan te gaan.

Na een speurtocht van jaren, die gepaard ging met het nodige vallen en opstaan, liet de ideale alledaagse echtgenote nog altijd op zich wachten. Dat schijn zo kon bedriegen, dacht hij. Hoe normaler de kandidaten overkwamen, des te extremer bleken ze te zijn. Oerdegelijke types ontpopten zich soms als totale freaks.
Zou ze eigenlijk wel bestaan, de ideale alledaagse vrouw die hij verlangde? De man begon er al meer aan te twijfelen. Temeer daar al zijn obsessieve gezoek op hemzelf steeds onalledaagser overkwam.

Meer informatie:
https://robscholtemuseum.nl/?s=Edzard+Dideric