Edzard Dideric – Korte geschiedenis (100) van de distantie

Hun beider diametraal tegenovergestelde opvattingen over vrijwel alles ten spijt, kon de hele straat Atlas en Fatima in hun slaapkamer voortdurend als maniakken tekeer horen gaan. Ze beminden elkaar met een heftigheid, alsof het de allereerste keer betrof. Na op de seconde af luidkeels tegelijkertijd te zijn klaargekomen verdween de eensgezindheid echter als bij toverslag, en stokte de onderlinge communicatie. Het klinkt misschien maf, maar dit neukgrage stel wenste never nooit niet in elkaars armen te slapen. Sterker nog, zelfs niet in hetzelfde bed. Ieder van hen leidde een volkomen autonoom leven, waarin de ander absoluut niets te zoeken had. Okay, ze waren misschien nog net op de hoogte van elkaars bestaan. Maar voor de rest konden ze elkaar wel schieten.

Wat bezielde dit duo om afgezien van hun seksuele capriolen, elk normaal contact te mijden? Waren de karakterverschillen zo onoverbrugbaar dat ze konden leiden tot gewelddadige aanvaringen, of mogelijk zelfs tot een totale wederzijdse vernietiging? Op de keper beschouwd viel het eigenlijk wel mee. Hun opvattingen en ideeën vertoonden in aantal opzichten meer overeenkomsten dan verschillen, dat was alles. Mochten ze voor de verandering een keer wél met elkaar communiceren, dan kwamen ze daar binnen de kortste tijd heus wel achter. Maar goed, dat zat er dus voorlopig niet in. Onderwijl bleven de mensen uit de straat de twee gek genoeg als een soort doordruk van elkaar beschouwen. Welke van hen over bepaalde onderwerpen het gelijk aan zijn of haar zijde had, of het meest oorspronkelijk overkwam; het kon totaal niemand een zak schelen. Als het erop aankwam, had immers geen mens het ooit bij het rechte eind? Vandaag niet, gisteren niet en morgen nog veel minder. Gewoon ophouden met dat eeuwige gezeik, luidde de boodschap. Wees blij dat je qua seks aan je trekken komt. Ja toch, niet dan?

Atlas ging er diep in zijn hart van uit dat zijn ideeën met betrekking tot Fatima, zijn even wispelturige als bloedgeile levenspartner, en de dienovereenkomstige ideeën van Fatima met betrekking tot hemzelf, in essentie perfect bij elkaar aansloten. En dat de rest samenhing met een curieuze samenloop van omstandigheden, die er voor hen in praktijk niet of nauwelijks toedeed.
Zolang we elkaar hebben, verkondigde hij dapper, kan er volgens mij geen vuiltje aan de lucht zijn.
Ook al hebben we elkaar nooit volledig begrepen, voegde Fatima, die onder geen beding als bezit van wie of wat ook door het leven wenste te gaan, er minstens even dapper aan toe.
Hoe dan ook, ging Atlas verder, liefde is gewoon een kwestie van voldoende afstand weten te bewaren.
Het zal vermoedelijk een van de zeer weinige keren geweest zijn, dat Fatima en Atlas het roerend met elkaar eens waren.