Werkgroep Stationslocatie – Spreektekst met conclusie bij Rechtbank Alkmaar, 26 januari 2017 + Ronald den Boer – Rechter wijst bezwaren tegen herinrichting Stationsplein in Den Helder af
Spreektekst met conclusie bij Rechtbank Alkmaar, 26 januari 2017
Den Helder , 26-01-2017
Edelachtbare,
Allereerst dank, dat u ons vandaag wilt ontvangen.
Mijn naam is Marc Nihot en ben de gemachtigde om namens mijn mede ondertekenaars van deze voorlopige voorziening tot u te spreken.
Onze gezamenlijke inspraak doen wij onder de naam Werkgroep Stationslocatie.
Onze aanvraag tot een voorlopige voorziening gaat vandaag niet alleen om het verkeersbesluit en de omgevingsvergunning, maar zeker ook om de procedure welke door Gemeente Den Helder is gevoerd.
Zeestad BV/CV heeft zich inmiddels ook bij u gemeld als partij. Voor ons als Werkgroep Stationslocatie is Zeestad BV/CV onlosmakelijk verbonden met de gemeente Den Helder. Als grootaandeelhouder geeft het college van Burgemeester en Wethouders alle opdrachten aan Zeestad, welke als uitvoerend bedrijf namens de gemeente en diens verbonden partijen werkzaamheden uitvoert.
Verbonden partijen als Zeestad BV/CV, waarvan de gemeente Den Helder een groot deel van de aandelen bezit, de opdrachten geeft en financieel verantwoordelijk is, zien we als indieners van deze voorlopige voorziening als één partij en we zijn van mening, dat de inbreng van Zeestad BV/CV buiten behandeling dient te worden gelaten.
Via uw rechtbank zijn maandag 23 januari 2017 per fax aan verweerder een vijftal producties gevraagd. De verweerder heeft slechts voor één productie rechtstreeks telefonisch contact gezocht. Dit ging om de op zondag 22 januari 2017 gepubliceerde aanvraag van een omgevingsvergunning.
De verweerder heeft de Werkgroep Stationslocatie vandaag de productie van de omgeving vergunning overhandigd (betreft vestiging restaurantje in het station).
Inmiddels is de Werkgroep Stationslocatie duidelijk geworden, dat de aanvraag van de omgevingsvergunning niets te maken heeft, met de aangevraagde voorlopige voorziening. Het bleek te gaan om de vestiging van een horecagelegenheid.
De overige gevraagde vier producties zijn niet bekend gemaakt. Het ging hierbij om de volgende zaken:
• Een ondertekend collegebesluit van de omgevingsvergunning en Verkeersbesluit. Tevens is er om een ondertekende versie van het verkeersbesluit gevraagd. Deze gegevens behoorden tot de door verweerder ingediende producties bij bijlage 17 en 18.
• Ook is om de briefwisseling gevraagd, waaruit blijkt dat de gemeente Den Helder toestemming heeft van de Nederlandse spoorwegen, om de gronden in eigendom van de NS te mogen integreren in de reconstructie van de stationslocatie.
• De ontbrekende memo’s, die vast zitten aan de vergunningsaanvraag bij bijlage 12 van de productie van verweerder.
• De volledige bestemmingsplannen en uitwerkingsplan Den Helder Stadshart, genoemd in bijlage 5 t/m 11 van de productie van verweerder.
Dan staat in het verweerschrift de ontvankelijkheid van de bezwaarschriften. Hierbij geeft de verweerder aan, dat de werkgroep stationslocatie niet gemachtigd is om te ageren namens onder andere Dhr. Scholte met zijn gelijknamige museum.
Wij willen de rechtbank en verweerder er op wijzen, dat er alleen wordt geageerd door de ondertekenaars. Echter is één van de ondertekenaars woonachtig op het zelfde adres, waar ook het Rob Scholte Museum is gevestigd en hiermee direct belanghebbende, omdat de genoemde bezwaren rondom haar woning plaatsvinden.
De panden van andere ondernemers zijn genoemd om aan te duiden op welke locatie de bezwaren van de werkgroep Stationslocatie zijn gericht. De gemeente en Zeestad hebben tijdens de presentaties van de plannen gezegd, dat de stationslocatie van belang is voor alle inwoners van Den Helder als huiskamer van de stad. Om die reden ageert de werkgroep ook op de plannen in dat deel van het gebied van de stationslocatie.
Bij de behandeling van het verweerschrift van de gemeente Den Helder zal ik u de voorbeelden aangeven. Overigens vindt de Werkgroep Stationslocatie het zeer vervelend, dat de verweerder pas op het laatste moment het verweerschrift bij u heeft ingediend, mede omdat de Werkgroep hierdoor zeer korte tijd heeft gehad voor de voorbereiding van deze zitting (één werkdag)
Aan de hand van het verweerschrift van de Gemeente Den Helder zal de Werkgroep Stationslocatie de punten inbrengen, verduidelijken of beantwoorden en op nummer behandelen.
Verweer op het verweerschrift van gemeente Den Helder. Omgevingsvergunning:
• Verweerder beroept zich op het feit, dat zij geen verplichting heeft tot publicatie van de omgevingsvergunning. Ook zegt zij, dat er enige tijd zit tussen besluit en publicatie en dat dit mede komt door de aanleveringstijd richting de plaatselijke krant.
Allereerst is de Werkgroep Stationslocatie van mening, dat publicatie van een omgevingsvergunning geen dienst is richting de burger, maar een plicht volgens het Algemeen Bestuursrecht. Waarbij een duidelijke omschrijving staat bij Hoofdstuk 3, Afdeling 3.6, Artikel 3:40: “Een besluit treedt niet in werking voordat het is bekend gemaakt.”
Zo wil de Werkgroep Stationslocatie nogmaals het feit aanhalen, dat de Gemeente Den Helder bijna een jaar geleden Zeestad BV/CV opdracht heeft gegeven om een plan te maken voor de “reconstructie” van de Stationslocatie en tot december heeft gewacht om de omgevingsvergunning en het verkeersbesluit vast te stellen, terwijl deze reeds op 17 oktober 2016 is ingediend. Hierdoor is de doorlooptijd van 6 weken, waarbij bezwaren kunnen worden ingediend niet afgewacht en zijn de werkzaamheden gestart, terwijl de bezwaren nog lopen.
Ook de commissie Beroep en Bezwaar van gemeente Den Helder heeft de Werkgroep Stationslocatie, indieners van het bezwaarschrift nog niet uitgenodigd voor een zitting. Terwijl Dhr. Klaas Selie en ondergetekende op 30 december 2016 het bezwaar persoonlijk hebben ingeleverd bij de balie van het gemeentehuis te Den Helder.
Hiermee veronderstelt de werkgroep Stationslocatie, dat de Gemeente Den Helder de onwil uit om de burger te horen en de bezwaarprocedures op juiste wijze te behandelen.
• Verweerder gemeente Den Helder geeft aan, dat een bestemmingsplan vigerend is totdat voor het betreffende gebied een nieuw bestemmingsplan is vastgesteld, dan wel dat de gemeenteraad expliciet het bestemmingsplan heeft ingetrokken.
Dit is precies wat de gemeenteraad van Den Helder heeft gedaan. In februari 2014 heeft de gemeenteraad van Den Helder een bestemmingsplan “stationslocatie 2014” vastgesteld voor het gehele gebied van de stationslocatie, waar de reconstructie nu plaatsvindt. Inclusief het gebouw Station met bijbehorende muur en terras, het oude Postkantoor, thans het Rob Scholte Museum en het plein in de Boerhaavestraat.
Op 6 mei 2014 heeft de gemeenteraad van Den Helder met een motie vreemd aan de orde van de dag besloten geen stadhuis meer te bouwen op de stationslocatie. En het college van Burgemeester en Wethouders in de motie een zestal opdrachten gegeven. De belangrijkste onderdelen uit deze motie zijn.
Bullit 2 – zo spoedig mogelijk te komen met een nieuw bestemmingsplan;
Bullit 3 – per omgaand een raadsvoorstel voor te bereiden waarbij het nieuwe bestemmingsplan Stationslocatie 2014 zodanig wordt aangepast dat: de rooilijn van de huidige bebouwing niet verandert en er daardoor geen onnodige dure verplaatsing van de ondergrondse infrastructuur nodig is!!!
• Motie vreemd aan de orde van de dag, gemeenteraad Den Helder 6 mei 2014.
Ook de Raad van State heeft op 15 januari 2015 een uitspraak gedaan, naar aanleiding van een voorlopige voorziening, welke door een deel van de huidige werkgroep stationslocatie was ingediend. In de uitspraak heeft de Raad van State vermeld, dat het bestemmingsplan is vernietigd, omdat de gemeenteraad van Den Helder op 29 juli 2014 heeft verklaard het bestemmingsplan Stationslocatie 2014 niet te willen verwezenlijken.
Het bestemmingsplan Stationslocatie 2014 is expliciet vernietigd door de gemeenteraad via de Raad van State. Hiermee heeft de gemeenteraad van Den Helder geen vigerend bestemmingsplan meer op de stationslocatie.
De gemeenteraad heeft nu bijna 2 jaar later nog steeds geen voorontwerp met een bestemmingsplan voorgelegd gekregen. Ook het gevraagde raadsvoorstel heeft de gemeenteraad tot de dag van vandaag niet bereikt.
Door nalatigheid van het College van Burgemeester en Wethouders richting de gemeenteraad, is naar de mening van de Werkgroep Stationslocatie het college niet gemachtigd om oude niet meer geldende bestemmingsplannen uit 1974 en 1979 te gebruiken.
Als de gemeenteraad buiten spel word gezet door een college, is het voor burgers heel moeilijk om zienswijzen in te dienen. En moet de burger bij iedere handeling van het college op de stationslocatie naar uw rechtbank en/of de Raad van State.
De Werkgroep Stationslocatie is van mening, dat de gemeenteraad van Den Helder eerst een bestemmingsplan dient vast te stellen, voordat de werkzaamheden worden uitgevoerd op de stationslocatie.
Zeestad BV/CV heeft er bewust voor gekozen, dat ze voor eigen rekening en risico zijn begonnen aan werkzaamheden. En dat de kosten van herstel iedere dag groter worden naarmate ze verder gaan. De Werkgroep Stationslocatie ziet met dit gegeven geen reden om de voorlopige voorziening in te trekken en blijft van mening dat de gemeenteraad van Den Helder eerst moet komen met een nieuw bestemmingsplan. De Werkgroep vindt rechtspraak belangrijker, dan de schade, die Zeestad BV/CV en Gemeente Den Helder, zichzelf toebrengen.
De Werkgroep Stationslocatie hoopt daarom ook, dat de rechtbank geen rekening houdt met de schade, die Zeestad BV/CV en Gemeente Den Helder zichzelf toebrengen, maar alleen een oordeel geeft over de rechtmatigheid van de ingediende bezwaren, de rechtmatigheid van de gebruikte bestemmingsplannen en de voorlopige voorziening. Omdat Gemeente en Zeestad BV/CV in hoog tempo proberen te bereiken, dat er geen weg terug meer is om de schade te herstellen in de oude en vertrouwde situatie.
• Verweerder gemeente Den Helder ziet niet de relevantie met betrekking tot de aangevraagde omgevingsvergunning.
Als indieners zien wij de relevantie hiervan wel degelijk. Bij het voorgaande punt betwisten we de rechtmatigheid van de bestemmingsplannen uit 1974 en 1979. Volgens de wet ruimtelijke ordening dienen bestemmingsplannen, die ouder zijn als 10 jaar te worden gepubliceerd. Ook dient de gemeenteraad van een gemeente iedere 10 jaar een besluit te nemen, dat de bestemmingsplannen ouder als 10 jaar tot nader orde actueel blijven. Dit heeft de gemeente Den Helder niet gedaan. We blijven dan bij het standpunt, zoals wij bij punt 2 hebben aangegeven.
Dat de wet ruimtelijke ordening geen sanctie, geeft bij overtreding de gemeente Den Helder niet het recht om de wet te overtreden. Het College van Burgemeester en Wethouders van Den Helder overtreden bewust deze wet, omdat er geen sanctie aan ten grondslag ligt. De gemeentelijke en ook de centrale overheid hebben een voorbeeldfunctie en dienen correct te handelen en geen wet te negeren.
Voor ons als indieners is dit de kern van het geschil. Een College van Burgemeester en Wethouders, die wetten, gemeenteraad en burgers lastig vindt en het niet nodig vindt wachten tot uw rechtbank een uitspraak heeft gedaan in een door burgers aangevraagde voorlopige voorziening en een uitspraak van de bezwarencommissie van gemeente Den Helder.
• Bij dit punt stelt de verweerder, dat de Werkgroep Stationslocatie heeft gezegd, dat de tekeningen van de herinrichting stationsgebied gelijk zijn aan de tekeningen uit 2014. Dit heeft de werkgroep niet zo omschreven in het bezwaar, maar aangegeven dat deze nagenoeg gelijk zijn.
De gemeenteraad heeft in de motie van 6 mei 2014 duidelijk aangegeven, dat de rooilijn van de huidige bebouwing niet mag veranderen.
De tekeningen van de huidige plannen zijn echter dusdanig opgesteld, dat integratie van een nieuw stadhuis op deze locatie mogelijk blijft, de rooilijn is niet gebaseerd op de huidige bebouwing, maar op het plan van een nieuw stadhuis welke in 2014 is ingetrokken door de gemeenteraad.
• Bij dit punt verwijzen wij graag naar punt 2. Met de verduidelijking dat ook bij dit Punt het College van Burgemeester en wethouders er alles aan doet om de gemeenteraad van Den Helder, en hiermee ook de burgers van Den Helder te kunnen negeren.
• Ook bij punt 6 verwijzen wij uw rechtbank graag naar punt 2. Met als aanvulling op de door verweerder gestelde punten met betrekking tot de informatiebijeenkomsten en het station voorplein de volgende opmerkingen.
De informatiebijeenkomstenwaren slechts bedoeld om vastgestelde presentaties te geven van de komende plannen. Op- en aanmerkingen op het plan, zoals nu wordt uitgevoerd, werden niet meegenomen en/of opgeschreven tijdens de presentaties.
Dat het Station voorplein niet tot de omgevingsvergunning zou behoren zou kunnen kloppen, maar dit neemt niet weg, dat wij van mening zijn, dat er eerst een bestemmingsplan moet worden vastgesteld voor het gehele gebied.
Ook de Werkgroep Stationslocatie heeft in het bezwaar aangegeven, dat de muur behorend bij de architectuur van Joos van der Grinten en het bijbehorende terras aan oostzijde van het gebouw behouden moesten blijven. Ook heeft de architect ons per mail laten weten dat hij niet is gekend in de vernietiging van zijn ontwerp, waarbij hij minimaal nog persoonlijkheidsrecht bezit.
• Mail Joos van der Grinten.
De betwiste muur is inmiddels gesloopt, nu blijkt echter alleen voor het aanleggen van een tijdelijke noodweg. Het college van Burgemeester en Wethouders en Zeestad BV/CV hadden de noodweg slechts enkele meters naar het noorden kunnen verleggen, zodat uw rechtbank eerst uitspraak had kunnen doen in de voorlopige voorziening.
Tijdens de presentatie van 14 december 2016 heeft de Werkgroep Stationslocatie meerdere malen aan Dhr. Vreugdenhil, directeur Zeestad BV/CV gevraagd, of er contact was geweest tussen de NS, Dhr. Koks en Dhr. van der Grinten. Dit werd echter op deze avond ontkend en niet nodig bevonden.
Mede om die reden heeft de Werkgroep Stationslocatie afgelopen maandag gevraagd om de briefwisseling tussen de Nederlandse spoorwegen en de Gemeente Den Helder. Wethouder Lolke Kuipers heeft in de gemeenteraad van 16 januari 2017 aangegeven, dat deze schriftelijke communicatie heeft plaatsgevonden.
Zoals eerder verteld is deze productie nog niet door de werkgroep ontvangen.
• De verweerder gemeente Den Helder wijst er op, dat de vergunninghouder de intentie heeft om voor het evenement Sail 2017 de herinrichting van het stationslocatie gereed te hebben.
En dat het de keuze van de initiatiefnemer is om dit ruimtelijk mogelijk te maken middels een omgevingsvergunning.
Het College van Burgemeester en Wethouders is als aandeelhouder van Zeestad BV/CV de initiatiefnemer van de herinrichting van de stationslocatie. Het College heeft zelf het door de gemeenteraad gevraagde voorbereidingsbesluit, zoals gesteld in de motie vreemd aan de orde van de dag van 6 mei 2014, niet voorgelegd. Waarmee het College Zeestad BV/CV zonder tegenspraak van de gemeenteraad een omgevingsvergunning heeft kunnen verlenen.De werkgroep Stationslocatie verwijt het College van Burgemeester en Wethouders nogmaals hun nalatigheid.
Het evenement Sail 2017 is niet dusdanig van belang, dat een nieuw stationsgebied noodzakelijk hoeft te zijn.
• Punt 8,9, 10,11, 12, 13 16, 17, 19, 20 en 21 vindt de gemeente Den Helder niet onder de verleende omgevingsvergunning vallen. De werkgroep vraagt de rechtbank in het vonnis de bezwaren op deze punten wel mee te nemen, omdat de praktische uitwerking van het huidige plan nadelig is voor de leefomgeving van zowel belanghebbenden als gebruikers van de openbare ruimte.
Ter verduidelijking een aantal extra opmerking over de volgende punten.
8. Het is straks niet meer mogelijk voor verkeer om links af te slaan aan het einde van de Boerhaavestraat. Vrachtverkeer zal door de smalle bocht richting en vanuit de Middenweg ook niet meer rechtsaf kunnen slaan. Dit betekent dat toeleveranciers veelal met grote traileropleggers, maar ook touringcars van bijvoorbeeld het Station en het Rob Scholte Museum door de woonwijk moeten rijden om de locatie te kunnen bereiken en te verlaten. Dit is zeer onwenselijk en gevaarlijk door de indeling van de wijk.
• De taxistandplaatsen komen dan wel niet op een afstand van 2,45 meter vanaf het gebouw, waar het Rob Scholte Museum is gevestigd, zoals het vermoeden bestond bij de eerste tekeningen, die openbaar gemaakt zijn. Het voetpad langs dit gebouw wordt op het smalste stuk 2,13 meter. Dit bij een voetpad wat het drukst belopen is met voetgangers naar en van het station, waar het in de oude situatie nog ruim 3,5 meter was.
• Op gebied van verkeersveiligheid is het niet verantwoord om bij een smalle verkeersweg 50 cm. hoge muurtjes te bouwen. Er zijn voor automobilisten geen uitwijkmogelijkheden bij mogelijke gevaarzetting op de rijbaan.
• De werkgroep Stationslocatie blijft bij het standpunt dat de eerder genoemde rooilijn naar wens van de gemeenteraad en de werkgroep moet worden gehandhaafd.
• Het verwijderen van de fietssteunen is onwenselijk omdat in dat deel van het gebied geen fietsen veilig kunnen worden gestald. De fietssteunen behoren tot het pand waar nu de opvoedpoli is gevestigd. En het is niet vastgesteld dat de ruimte onder de luifel behoort tot de percelen van aangrenzende panden.
• De oostelijke rijbaan van het Julianaplein is niet meer toegankelijk voor de bewoners in de flat aan de oostzijde. In dit flatgebouw wonen voornamelijk ouderen die de mogelijkheid willen behouden om bij de ingang van het flatgebouw stil te staan om mensen in en de uit auto te laten stappen en te laden en te lossen. Hierbij moet dan ook worden opgemerkt, dat niet iedere belanghebbende een ontheffing zal krijgen, omdat men niet voldoet aan de eisen van een handicap ontheffing.
• Bij dit punt over het Kunstwerk van de Zeeleeuwen van Karl Pelgrom wil de werkgroep Stationslocatie graag uw rechtbank een brief overhandigen, die gestuurd is naar de gemeente Den Helder door de nazaten van Dhr. Pelgrom.
De gemeente Den Helder noch Zeestad BV/CV hebben contact gehad met de nazaten van kunstenaar Karl Pelgrom. Zijn Zeeleeuwen zijn onlosmakelijk verbonden met het station en zijn iconen in onze stad en een uiting met een maritiem karakter, zoals het college graag wenst op de stationslocatie.
Wij hebben als indieners de familie Pelgrom, welke nog de auteursrechten en Copyright bezitten, moeten attenderen op het verplaatsen of misschien wel vernietigen van het beeld van hun vader.
Het college van Burgemeester en Wethouders, maar ook de directie van Zeestad BV/CV lijken ook op dit punt nalatig te zijn. Hiermee is aangetoond, dat haastige spoed zelden goed is.
• Ons bezwaar bij punt 22 heeft de gemeente in het verweerschrift niet meegenomen.
Maar wij willen de rechtbank nogmaals wijzen op punt 6, waar wij het belang van architectuur in onze stad belangrijk vinden.
Verweer op verweerschrift Verkeersbesluit
De Werkgroep Stationslocatie verwijst bij het algemeen tot stand komen van het verkeersbesluit naar punt 2, 3 en 4 van het verweer op de omgevingsvergunning. Ook de bezwaren op het verkeersbesluit hadden meegenomen dienen te worden bij een nieuw bestemmingsplan.*
• De Werkgroep Stationslocatie is het met de gemeente eens, dat de bezwaartermijn gaat lopen na publicatie. Volgens de werkgroep is de bezwaartermijn ook niet korter dan de zes weken, die daar voor staan. Wij blijven alleen wel bij het standpunt, dat de Gemeente Den Helder al veel eerder een verkeersbesluit hadden kunnen vaststellen, zodat de bezwaarprocedure doorlopen had kunnen zijn voordat de werkzaamheden waren gestart. Immers was het bij de gemeente al een jaar bekend ,dat zij de stationslocatie wilde inrichten en de vergunningen al op 17 oktober 2016 waren aangevraagd.
• Bij dit punt verwijst de werkgroep Stationslocatie graag naar punt 8 van de omgevingsvergunning. Als aanvulling op het gestelde van de gemeente, zal het vele verkeer wat normaal linksaf uit de Boerhaavestraat afslaat 2 x over beide wegen heen en weer moeten rijden. Bij de keerzone van zowel het normale en het vrachtverkeer zal filevorming ontstaan als twee of meer voertuigen willen draaien de andere rijrichting op. Bij drie kort op elkaar zittende zebrapaden brengt dit extra onveiligheid met zich mee.
• Aan de oostelijke zijde van het station komen drie zebrapaden, samen met de draairichtingen van de auto’s bij punt 8. Het is wenselijker om het zebrapad bij de Boerhaavestraat richting Julianaplein te handhaven het zebrapad direct voor het station te laten vervallen. Dit geeft een betere en veiligere doorstroming van het verkeer. Ook voor de fietsers wordt het een veiligere oversteekplaats.
• Volgens verweerder komt de huidige voetgangersoversteek in de Boerhavestraat te vervallen. Ook dit is een zeer drukke voetgangersoversteek , die door het veel samenkomend verkeer niet gemist kan worden.
• De werkgroep Stationslocatie verwijst ook dit punt terug naar het begin van het betoog waar is gemeld, dat één van de ondertekenaars woonachtig is in het pand, waar ook het Rob Scholte Museum is gevestigd.
De voordeur van bewoonster van het oude postkantoor ligt op 1,20 meter. van de openbare weg, de 4 meter die de gemeente aangeeft is de ingang van het museum.
• De werkgroep Stationslocatie verwijst bij dit punt terug naar de opmerkingen bij punt 18 van de omgevingsvergunning.
Conclusie
• De werkgroep Stationslocatie vraagt de rechtbank ons beroep tot een voorlopige voorziening gegrond te verklaren.
• De omgevingsvergunning en verkeersbesluit nietig te verklaren, dan wel tot nader order te schorsen.
• Het College van Burgemeester en Wethouders op te dragen de uitslag van de commissie Beroep en Bezwaar af te wachten.
• Het College van Burgemeester en Wethouders op te dragen zich te houden aan de motie vreemd aan de orde van de dag van 6 mei 2014.
• De gemeenteraad van Den Helder op te dragen op korte termijn te komen met een nieuw bestemmingsplan voor het gehele gebied, dat is benoemd in het vernietigde bestemmingsplan Stationslocatie 2014.
• Het college van Burgemeester en Wethouders op te dragen de bezwaren van de werkgroep Stationslocatie op te nemen in de reconstructie van de Stationslocatie.
• De Gemeente te veroordelen in de kosten van deze procedure.
• De Werkgroep Stationslocatie is bereid –indien noodzakelijk- haar stellingen te bewijzen door alle middelen rechtens, ook door middel van het horen van getuigen.
Rechter wijst bezwaren tegen herinrichting Stationsplein in Den Helder af
Den Helder – De rechter in Alkmaar heeft alle bezwaren tegen herinrichting van het Stationsplein in Den Helder afgewezen. Het werk kan daarom ongehinderd doorgaan.
Over de nieuwe inrichting was een kort geding aangespannen door omwonenden, verzameld in de ’Werkgroep Stationslocatie’, en door Christiaan Koks. Laatstgenoemde is de beoogd nieuwe bewoner van de watertoren, maar voert al jarenlang een juridische strijd met de gemeente over de wijze van oplevering van de toren. Hij woont er nog niet en is daarom door de rechter in diens vonnis als niet belanghebbende aangemerkt.
De protesten van de Werkgroep Stationslocatie zijn door de rechtbank allemaal afgewezen. Anders dan de bezwaarmakers vindt de rechter onder meer dat de nieuwe inrichting grotendeels binnen het bestaande bestemmingsplan past en rechtsgeldig is, ook al dateert dat bestemmingsplan uit 1979. Slechts een klein deel van het stationsgebied past niet in dat bestemmingsplan, maar de veranderingen die daar plaats vinden zijn niet zodanig groot dat daarvoor een hele nieuwe bestemmingsplan procedure nodig is, aldus de rechter. De Werkgroep vindt dat met het weghalen van de muurtjes voor het station het persoonlijkheidsrecht van architect Van der Grinten is aangetast. Aangezien Van der Grinten zelf geen bezwaar heeft gemaakt, doet dat argument er volgens de rechter niet aan toe. Dat de verkeerssituatie onveiliger wordt, zoals de bezwaarmakers stellen, is volgens hem niet bewezen. Sterker, Veilig Verkeer Nederland, Fietsersbond en de politie hebben juist positief geadviseerd.
NHD, 9-2-2017, 13:11 (Update 9-2-2017, 13:48)
Plaats een reactie