Hans Cottyn – HOE ABOU JAHJAH LITERAIR NEDERLAND VERDEELT

Kiezen tussen de Jood en de arabier

Past een boek van Dyab Abou Jahjah wel bij een ‘verzetsuitgeverij’? Maandag buigt de schrijversvereniging van De Bezige Bij zich over die kwestie. Stefan Hertmans is voor, Paul Scheffer is tegen. Er gaapt een kloof tussen Vlaanderen en Nederland.

‘Laten we geen a priori’s stellen over wat bij De Bezige Bij mag verschijnen’, zegt Erwin Mortier. De schrijver behoudt het vertrouwen in de directie van zijn uitgeverij, en hij denkt dat de meerderheid van zijn collega’s er net zo over denkt. ‘Het geschreven woord is het alfa en omega van de schrijver. Je kunt een boek toch niet preventief afschieten?’

Wat begon met de aankondiging van Pleidooi voor radicalisering van Dyab Abou Jahjah, oprichter van Movement X en columnist voor deze krant, lijkt uitgegroeid tot een kulturkampf. Het pamflet van 96 bladzijden is een deeltje in de ‘Horzel reeks’ (‘Stekelige betogen van uitstekende betogers’). Het is nog volop in de maak, maar sommige auteurs van De Bezige Bij hebben niet gewacht tot het kan worden gelezen. Marcel Möring schreef een brief aan zijn uitgeverij om te vragen waarom Abou Jahjah een contract kreeg: ‘Hij staat voor literaire noch inhoudelijke kwaliteit. Het is allemaal pseudomarxistische lulkoek (…). De man is onwelriekend, onsamenhangend, een paling in een emmer vol snot’, werd hij geciteerd in De Groene Amsterdammer. Jessica Durlacher zei in hetzelfde stuk dat ze zich ‘erg onveilig voelt’ om met Abou Jahjah in hetzelfde uitgeefhuis te zitten.

Ook haar man Leon de Winter dreigde met vertrek, zonder dat publiekelijk hard te maken. Dus kunnen we maar speculeren over het uitstel tot september van de publicatie van Stad van de honden, De Winters nieuwe roman die normaal deze week had moeten verschijnen. Uitgeverij en schrijver houden over die vertraging de lippen stijf op elkaar.

Maandag verzamelen schrijvers van de Bij in Amsterdam. Zij hebben, via de Schrijversvereniging, een vinger in de pap bij hun uitgeverij. Volgens Allard Schröder, voorzitter van de vereniging, is de uitkomst van de vergadering verre van zeker. ‘Misschien zullen enkelen de discussie over Abou Jahjah willen openen, maar het zal niet specifiek over zijn boek gaan, wel over de vraag of dit soort pamfletten past bij wat toch vooral een literaire uitgeverij is. Maar dan nog is het aan de directie om te beslissen, die draagt de verantwoordelijkheid voor de uitgaven. We hebben als auteursvereniging hoogstens moreel gewicht. Dat zetten we spaarzaam in.’

Culturele identiteit

Hoe vermijd je dat je als uitgeverij moet kiezen tussen de Jood en de Arabier? Kunnen en willen ze onder één dak? Ilja Leonard Pfeijffer, geen auteur van De Bezige Bij, draaide het in nrc.next vermetel om: ‘Ik vind het juist uiterst grootmoedig en genereus van Abou Jahjah dat hij er geen probleem van maakt dat hij bij dezelfde uitgeverij zit als Leon de Winter. Er zijn redenen genoeg om daar fundamentele bezwaren bij aan te tekenen. En dan heb ik het niet eens over De Winters kwaliteiten als schrijver. Hij is een fanatiek zionist en een radicale holocaustheuger, die vindt dat de Joden vanwege toen het volste recht hebben om Palestijnen te vermoorden, VN-resoluties aan hun laars te lappen en mensenrechten te schenden.’ Wie moet hier nu bang zijn van wie?

De brouille gaat natuurlijk niet in de eerste plaats over wat Abou, Jahjah de jongste jaren heeft geschreven of over wat hij nog zal schrijven. Het gaat over de man zelf, over wat Stefan Hertmans in een schriftelijke reactie op de heisa zijn ‘culturele identiteit’ noemt. ‘Hem op basis van deze identiteit de mond willen snoeren nog voor hij een boek heeft gepubliceerd, komt neer op politieke en culturele discriminatie.’

Die identiteit die het boek voorafgaat, het komt in veel reacties terug, bijvoorbeeld deze week nog bij de Nederlandse journalist Jan Zandbergen. Hij noemt Abou Jahjah een ‘groezelige Vlaams-Arabische antisemiet’.

Verzetsuitgeverij

Abou Jahjah en de controverse, het is een langlopend huwelijk. Niet helemaal verwonderlijk dat een publieksuitgeverij hem benadert voor een ‘stekelig betoog’, zoals de opzet van zo’n Horzelboekje is. Zelfs een bedrijf als De Bezige Bij moet in crisistijden zoeken naar verbreding. Dan botst een discussie over welke schrijver bij de uitgeverij past al snel op de cijfers in het grootboek.

De Bezige Bij is een uitgeverij met een lange geschiedenis. Sommigen gooien die geschiedenis nu graag in de ring. ‘Gelukkig hoeft founding father Jan Campert dit niet meer mee te maken’, schrijft Jan Zandbergen. Campert schreef in 1943 de allereerste tekst die door de uitgeverij werd gepubliceerd, een pamflet tegen de Duitse bezetter.

Paul Scheffer, auteur bij de Bij, is geen voorstander van de publicatie. De schrijver van Het multiculturele drama zal op de vergadering maandag in een inleidende toespraak uitleggen waarom. Ook hij haalt in een interview in Knack het historische argument boven: ‘Ik vind dat Abou Jahjah een interessante rol speelt in Vlaanderen en dat zijn standpunten volkomen legitiem zijn. Persoonlijk kan ik goed met hem overweg, maar je moet rekening houden met de geschiedenis van De Bezige Bij als verzetsuitgeverij, met een grote gevoeligheid voor de ondergang van de Joodse gemeenschap in Nederland.’

Alvast Pfeijffer bewees hoe volatiel het historische argument wel is, hoe gemakkelijk geschiedenis kan worden ingezet voor eigen doeleinden. ‘Het past juist in de verzetstraditie van het huis om onderdak te bieden aan Abou Jahjah en dat er geen plaats moet zijn voor iemand die heult met de bezetter’, schreef hij in nrc.next.

Hertmans is milder: ‘De Bezige Bij heeft een traditie hoog te houden wat betreft het vrijwaren van het vrije woord. Dat moet vandaag binnen een geactualiseerd denkkader.’ Ook Erwin Mortier vindt dat de kwestie ‘een goed moment biedt om het debat ten gronde te voeren over hoe de idealen van de Bij kunnen worden vertaald naar de 21ste eeuw.’

Dezelfde teneur bij David Van Reybrouck, die maandag de publicatie van Abou Jahjah zal verdedigen: ‘Het past perfect binnen de historische idealen van een moedig, koppig huis als De Bezige Bij om het debat over migratie en integratie niet uit de weg te gaan.’

Vlaanderen-Nederland

Allard Schröder stelt een ‘groot verschil in inzichten, opvatting en denken tussen Vlaanderen en Nederland’ vast. ‘In Vlaanderen zijn ze stomverbaasd over de opschudding en grote gevoeligheid over het thema. Maar het is niet zo dat als dit boek niet bij de Bij verschijnt, dan alle waarden die we in Nederland hoog achten niet meer zouden gelden, zoals Peter Vandermeersch in De Standaard schreef. Dat was wel erg over the top.’

Toen De Bezige Bij Antwerpen, de semi-onafhankelijke uitgeverij van Harold Polis en Robbert Ammerlaan, in 2014 met harde hand naar de Amsterdamse stal werd teruggeleid, waren nogal wat Vlamingen ontstemd. Zou er in de nieuwe constructie genoeg voeling zijn met wat er zich onder de Moerdijk afspeelt? Dit is zeker: mocht Pleidooi voor radicalisering bij De Bezige Bij Antwerpen verschijnen, het had geen enkele rimpel aan de grachtengordel veroorzaakt.

Ten bewijze: in 2007 verscheen bij Meulenhoff/Manteau, de voorganger van De Bezige Bij Antwerpen, van Abou Jahjah Dagboek Beiroet Brussel. Dat boek is nog altijd te koop. Geen haan die ernaar kraaide of kraait. Maar Meulenhoff/Manteau was niet De Bezige Bij, en sinds 2007 zijn de tijden verscherpt. De grenzen van het publieke debat worden elke dag verder opgerekt. En dan steekt opeens zo’n ‘groezelige Vlaams-Arabische antisemiet’ de grens over.

Hertmans: ‘Ieder van ons moet wakker liggen van de mislukte integratie, van de problematiek van gefrustreerde derde generaties, van werkloosheid en de daarbij horende radicalisering. Het gaat om het behoud van een open democratie, waarin men vertrouwen moet investeren in kritische tegenstemmen. Democratie is precies het willen aanhoren van de stem van de ander.’

Salomonsoordeel

Paul Scheffer zei eerder dat gesprekken met Abou Jahjah ‘hem hebben gevormd’. Maar, zo zegt Scheffer, ‘de meesten bij De Bezige Bij vinden het vanzelfsprekend dat wij geen boek uitgeven van Martin Bosma, een denker van de PVV, die zegt dat moslims onze identiteit ondermijnen. Dan hoort het omgekeerde discours evenmin bij De Bezige Bij thuis. Abou Jahjah schrijft namelijk dat de samenleving via een assimilatiestreven bezig is de moslimgemeenschap te vernietigen.’ En daarom past Pleidooi voor radicalisering niet bij een literaire uitgeverij als de Bij, vindt Scheffer.

Hertmans noemt de komst van Abou Jahjah bij De Bezige Bij een ‘verrassende move’, maar pleit er in elk geval voor om het debat te blijven voeren: ‘Elk van ons kan dan reageren in de media met brieven, columns, stukken of heelder boeken – zodra Abou Jahjah ons zijn argumenten heeft aangereikt. Laten we dat beschaafd en genuanceerd doen. Niet met het soort hysterische kreten die sinds het bekend worden van Abou Jahjahs contract werden uitgekotst.’

Mark Schaevers, bestuurslid van de Schrijversvereniging: ‘Tot nu toe heb ik geen enkel goed argument gehoord om zijn boek niet bij de Bij uit te geven. Maar ik juich toe dat er een onbevangen gesprek zal zijn, over de figuur van Abou Jahjah heen.’

‘De complexe samenlevingen die de Belgische en de Nederlandse de voorbije twintig jaar geworden zijn, kunnen enkel baat hebben bij de felle, heftige en soms ook ergerlijke stem van Abou Jahjah’, aldus nog Van Reybrouck.

Maandag aan de directeur van De Bezige Bij om de knoop door te hakken. Aan het hoofd van de uitgeverij is sinds eind maart een interimaris aan de slag. Johan de Koning vervangt Henk Pröpper, die om gezondheidsredenen zijn functie neerlegde. De Koning is een manager met vele jaren ervaring. Hij wil geen commentaar over de zaak geven, maar hij zal een salomonsoordeel moeten vellen om de angel uit het debat te halen.

Abou Jahjah zelf is gerust in de vergadering. ‘Ik werd aangezocht door de uitgeverij, ik ging zelf niet bij hen aankloppen. Ik ondertekende een contract voor twee boeken en ik kreeg een voorschot om die te schrijven. Je moet weten dat ik mijn vorige uitgever, Pelckmans, verliet uit solidariteit met Karl Drabbe, die daar moest vertrekken vanwege zijn Vlaams-nationalistische ideeën. Dat ontslag vond ik niet rechtvaardig. Het zou ironisch zijn als De Bezige Bij mijn boek nu niet zou publiceren. Tot nader order werk ik gewoon verder aan de tekst. Het boek zal wel ergens verschijnen. Ik kreeg al verschillende aanbiedingen van andere uitgeverijen, Vlaamse en Nederlandse. Maar ik denk dat de uitgeverij er nog altijd achter staat.’

De Standaard, 07 mei 2016 om 03:00 uur

http://www.standaard.be/cnt/dmf20160506_02277152