Sebas Bouquet – Interview met Rob Scholte in HP/DeTijd: Zonnesteek
Rob Scholte (57) zit er ontspannen bij deze zomer. De gemeente Den Helder is zijn Rob Scholte Museum liever kwijt dan rijk, maar de man in kwestie weet van geen wijken. Na een bomaanslag op zijn auto in november 1994, vertrok hij uit Nederland. Scholte ging op Tenerife wonen.
Wanneer wordt het u te heet onder de voeten?
“Ik heb natuurlijk geen voeten, daar begint het al mee. Eigenlijk heb ik besloten dat het me nooit meer te heet onder de voeten wordt. Na die aanslag heb ik heel lang eieren voor mijn geld gekozen. Ik ben jaren weggeweest. In 2003 hebben we gekozen om terug te komen naar Nederland. Ik wilde me niet meer laten verjagen. Ik blijf gewoon staan, ook als het moeilijk wordt. Ik heb geen voeten, maar hoe heet de grond is maakt me niet zoveel uit. Ik sta vrij stevig in de schoenen die ik niet heb.”
Toch is er nogal wat gedoe rondom het museum.
“Ik ben niet bang, maar als ik het niet leuk meer vind, ga ik weg. Het is een verschrikkelijk mooi pand. Het zijn de laatste restjes van wat er hier in Den Helder nog over is na de bombardementen. Ik vind dat je moet werken met wat er is. Waarom zou je alles weer nieuw maken? Herstel het gewoon, schilder het gewoon, zodat het weer die oude uitstraling krijgt van de sixties – en je hebt een topgebouw.”
Hoe koelt u af?
“Ik heb helemaal geen afkoeling nodig, maar ik houd wel ongelooflijk van zwemmen. Het maakt me niet zoveel uit of het een bad is, of natuurwater. Het enige waar ik niet door afkoel, is het strand. Als man zonder benen moet je op je handen naar de zee. Op het droge gaat dat wel goed, maar terug is het heel vervelend, met een natte zwembroek. Dat werkt niet. Ik zwem altijd op plekken waar ik meteen het water in kan. Bij een steiger, bijvoorbeeld.”
Hoe zwemt u?
“Ik dacht altijd dat ik zonder benen zou zinken. Dat is dus helemaal niet het geval, je kan prima zwemmen met alleen je armen. In 1995 had ik een eigen zwembad, op Tenerife. Daarin kon ik dat proberen. Watertrappen gaat niet, dan zink ik. Proefondervindelijk ontdek je dat al je angsten volledig onterecht zijn. Ik dacht ook dat ik nooit meer een vrouw zou krijgen, maar dat is niet het geval gebleken.”
Wat deed u twintig jaar terug in de zomer?
“Toen was ik aan het eind van mijn revalidatieperiode op Tenerife. Ik had daar een huis, in de buurt van het gebergte Anaga. Daar was ik aan het revalideren met Micky (Hoogendijk, zijn ex – red.) en een aantal vrienden en vriendinnen. Ik moest nog steeds een klus in Japan af krijgen. Dat wilde ik in een lange rush doen, dus ik moest zo goed mogelijk herstellen. Midden juni zijn we naar Japan gegaan, tot september, oktober. En ik was wel op tijd klaar. Het is opgeleverd op de dag dat de atoombom op Nagasaki, vijftig jaar daarvoor, was gevallen. Precies waarom de schilderingen zijn gemaakt.”
Hoe ziet uw komende zomer eruit?
“Weet je dat ik het nog niet weet. Ik heb wel een idee wat ik wil: naar Curaçao met de familie. Elke keer hebben we weer geld voor de tickets en dan is dat geld weer weg. En anders kiezen we misschien voor Noord-Duitsland, het Waddengebied. Misschien blijven we ook wel hier. Dat heeft ermee te maken of het museum een uitbereiding kan realiseren. Het is hier ook niet slecht vertoeven, met het strand en de eilanden in de buurt.”
Wat is uw favoriete temperatuur?
“Eeuwige lente. De temperatuur van Tenerife. Altijd tussen de 18 en de 28 graden Celsius.”
Wat is uw favoriete cocktail?
“Campari soda. Het probleem is alleen dat ze nooit soda hebben, dus dan krijg je Spa rood. Ze weten eigenlijk ook niet meer hoe ze moeten mixen. In het beste geval krijg je een groot glas met campari erin, ijs, en als ze het begrepen hebben citroen of sinaasappel. En dan wat ze nog aan water met prik hebben. In Tenerife dronk ik altijd Anís del mono. Anijs van de aap. Een soort sambuca, van Tenerife. Erg goed, maar daar word je erg dronken van.”
Wie zou u weleens in bikini willen aanschouwen?
“Wow. Je kan beter aan me vragen wie ik niet in bikini zou willen aanschouwen. Jorritsma, bijvoorbeeld. Het spijt me, maar het is wel zo. We worden eigenlijk om onze oren geslagen met vrouwen in bikini’s. Weet je wat ik ook heel moeilijk vind om te aanschouwen? Getatoeëerde vrouwen. In bikini. Dat stoot mij gigantisch af. Alsof er allemaal handtekeningen van anderen op hun huid staan. Of zo’n reetgewei, dat vind ik het ergst.
Ik houd van alle vrouwen. Het meest houd ik natuurlijk van mijn eigen vrouw. Maar het is een beetje taboe aan het worden om voor je heteroseksualiteit uit te komen. De huidige koers is androgynie en homoseksualiteit. Maar dat is een heavy onderwerp, daar ga ik niet te ver op in.”
Wat doet u volgende zomer?
“Ik ga een overzicht maken van mijn borduurwerken in museum De Fundatie in Zwolle. Daar ben ik heel trots op. Dat is een soort veronachtzaam deel van mijn oeuvre en door velen niet serieus genomen. De tentoonstelling duurt heel de zomer.
http://www.hpdetijd.nl/nu-in-het-blad/hpde-tijd-dubbeldikke-zomernummer/
Plaats een reactie