Reineke Hollander – Exposities Rob Scholte in New York en Rotterdam: Grinniklust opwekkende erotiek
Rob Scholte, La Langue au Chat, portfolio met pornografische “etchings’. Galerie Van Rijsbergen, William Boothlaan 13a, Rotterdam. T/m 10 okt, wo-vrij 13-18, za-zo 13-17u; Gallery/Publishing House Bardamu, 51 Wooster Street. T/m 16 okt. Inl. 09 – 1212 941 7130.
De zuidwesthoek van SoHo, tussen Grand, Greene, Broome en Wooster Streets is de meest levendige kunstwijk in New York. Drommen mensen bezochten vorige week aan het begin van het nieuwe kunstseizoen de openingen in de ruim dertig galeries die hier in een paar straten zijn samengedrongen. Nieuw is Gallery/Publishing House “Bardamu’ van uitgever/kunsthandelaar Pablo van Dijk, de voormalige eigenaar van galerie Bebert in Rotterdam – Bardamu is de hoofdpersoon uit Louis-Ferdinand Célines Reis naar het Einde van de Nacht, Bebert is zijn kat. De galerie is gevestigd in een vrij kleine, onopvallende ruimte op de tweede verdieping van 51 Wooster Street.
Hoewel Bardamu nadrukkelijk geen galerie is voor Nederlandse kunst, hoopt Van Dijk jaarlijks drie Nederlandse kunstenaars te introduceren, naast andere Europeanen die hier nog geen vaste voet aan de grond hebben en jonge onbekende New Yorkers. De Nederlanders die dit seizoen op het programma staan, zijn Jan Henderikse (december), John van ’t Slot (april) en, nu, Rob Scholte.
Met de uitgave en tentoonstelling van Scholte’s La Langue au Chat, een in een houten doos gevatte serie van 33 “pornografische etsen’, wordt de opening van Bardamu gevierd. De prenten gaan vergezeld van een nooit eerder gepubliceerde tekst uit circa 1892 van de Franse pornograaf Pierre Louys. Het is een quasi-wetenschappelijk enquèteformulier dat de auteur invulde na iedere intieme ontmoeting met een dame, die tot in de kleinste details werd beschreven. Alle onderdelen van haar anatomie (nuque, épaule, Grandes lèvres, Clitoris – état normal, état d’érection), en andere bijzonderheden zoals “l’Excibilité de l’anus’, de leeftijd van ontmaagding en voorkeuren als “fellatrice?’, “zoöphile?’ konden erop worden aangetekend.
Een dergelijke opsomming in elegant Frans wekt eerder grinniklust dan geilheid op, en dat geldt ook voor Rob Scholtes prenten. Scholte, die naar eigen zeggen is “geobsedeerd door sex’, verzamelt al sinds zijn veertiende erotische plaatjes, van bekende en onbekende kunstenaars. Een aantal hiervan eigende hij zich toe voor zijn mini-catalogus van wonderlijke verschijningsvormen van geslachtsdelen (penis als kanon of vogelkop; een Odilon Redon-achtige tekening van een vagina in een doos) en manieren om elkaar te behagen (in groepsverband, vrouw door vrouw, met kunstpenis).
De prenten worden “etchings’ genoemd (als in Would you like to look at my etchings?) maar zijn het niet. Het drukproces omvatte onder meer fotografie en zeefdruk, waarbij twee dezelfde afbeeldingen met een kleine verschuiving over elkaar heen zijn gedrukt, alsof je er scheel naar kijkt. Het geeft een houterige suggestie van beweging als in een stripverhaal en roept associaties op met ouderwetse meisjesboeken (met name een onhandig plaatje van een meisje op bed dat via een handspiegel naar haar eigen geslacht probeert te kijken) dan met pornografie.
Wellicht zal de vermelding “Pornografisch’ op de uitnodiging de bezoekers naar galerie Bardamu doen toestromen als naar de tentoonstelling van Jeff Koons bij galerie Sonnabend een paar jaar geleden. Maar het zou kunnen dat deze ironische verzameling prenten te subtiel is voor Amerikaans publiek.
De expositie met dezelfde prenten van Scholte is tegelijkertijd ook in Nederland, bij galerie Van Rijsbergen in Rotterdam te zien. Daarnaast is daar een expositie in de kelderruimte van de Rotterdamse kunstenares Klaar van der Lippe te zien. Zij maakte dertien jurken, expressieve creaties, vaak samengesteld uit lappen van de markt. Op afgietsels van haar eigen lichaam worden de overwegend kortgerokte jurken getoond.
NRC, 22 september 1993
Plaats een reactie