Martine Bakker – WANNEER GAAT KUNST TE VER?

Kunst daagt uit, zet een tijdsgeest neer en wekt zintuigelijke sensaties op. Maar wat als je poep inblikt of kuikens in shredders gooit als statement? Heiligt het doel dan alle middelen?

Om dit uit te zoeken namen we radicale artiesten onder de loep, ondervroegen we kunstenaars die met hun werk het nieuws haalden en spraken we de professionals van het Stedelijk Museum Amsterdam over de grenzen van kunst.

Alle uitwerpselen verzamelen
Provocatie is van alle tijden. ‘Het is een onderdeel van moderne kunst’, aldus Leontine Coelewij, conservator bij het Stedelijk. ‘Bij Dada-uitvoeringen tijdens de Eerste Wereldoorlog liep het publiek beledigd de zaal uit.’ (Deze kunstvorm speelt met bestaande voorwerpen, zoals De Pindakaasvloer uit 1962 van Wim T. Schippers, red.) ‘En in de jaren zestig wist Piero Manzoni met zijn Merda d’artista, een drol van de kunstenaar in een blikje, de kunstliefhebber behoorlijk te irriteren.’
Logisch dus dat er anno 2015 nog steeds kunstenaars zijn die het randje opzoeken. Kunstenaar Ralph Posset bijvoorbeeld, die wc-rollen maakte van Bijbels. Ralph: ‘De wereld is saaier en kleurlozer zonder artiesten als Piero Manzoni die de zaak ontregelen. Ik zet mezelf neer als mythe: waar Elvis werd verafgood op zijn top, begin ik andersom. Mijn werk is radicaal, maar niet extreem. Bloed heeft iets heiligs, daarom stel ik bloedbuisjes tentoon in het project This is my blood. Urine gebruik ik ook maar poep exposeren doe ik niet. Dat is plat en voorspelbaar. Tenzij je het aanpakt zoals Piero Manzoni. Zijn werk is niet alleen ontlasting, maar hij triggert een discussie: zit er écht poep in het blik of houdt hij ons voor de gek?’

Wel/niet doelbewust
Kunstenaar Daan Samson vindt dat kunst verademing biedt in het aardse bestaan: ‘Kunstenaars doen hun best troost, schoonheid en diepgang te brengen.’ Daans werk bestaat voornamelijk uit acties waarbij hij zich laat sponseren. Zo was het werk Praaltocht van koers en oogst een optocht van luxeproducten als tuinmeubilair en fitnessapparatuur, gesponsord door merken. Daan hield de producten zelf. ‘Ik zie het als mijn taak te illustreren dat zondigheid en schuldgevoel niet bestaan. Als individu mag je jezelf écht wel overgeven aan ambities, wensen en lusten.’ Daan kiest voor een milde aanpak van provoceren. ‘Ik maak burgerlijke kunst. Neem de fotoreeks waarvoor ik vrouwelijke kunstprofessionals licht-erotisch liet fotografen: Art Babes. Vanuit de kunstsector steeg er verontwaardiging op: ‘Daan had zijn modellen best met schapenbloed kunnen overgieten.’ Maar dergelijke achterhaalde artistiekigheden komen mijn missie niet ten goede.’

Versnipperde kuikens
Tinkebell is een voorbeeld van een kunstenaar die wél schapenbloed zou gebruiken voor haar werk. Dit doet ze om dierenwelzijn bespreekbaar te maken, en dat gaat er, op zijn zachtst gezegd, nogal heftig aan toe. Zo experimenteerde ze met het idee om zestig haankuikens te versnipperen als statement tegen de bio-industrie. De kuikens werden uiteindelijk gered door aanwezigen op de eco-beurs waar de slachting zou plaatsvinden. Zij adopteerden de beestjes. Ook fabriceerde Tinkebell een tas van haar kat omdat deze volgens haar depressief was, liet ze zichzelf steriliseren als protest tegen overbevolking én nam ze menselijke botten mee uit Bangladesh voor haar project Save The World. Op de vraag of dieren mogen sterven voor de kunst, antwoordt Ralph Posset: ‘Het is eervoller te sterven voor een kunstwerk dan in de anonimiteit van de bio-industrie.’ Het werk Black Sun van Damien Hirst is volgens hem een van de meest indrukwekkende werken ooit: tienduizenden vliegenlijkjes die een gigantische zwarte zon vormen. ‘Damien Hirst toont de balans tussen schoonheid en het vergankelijke.’ Tinkebell’s dierenopoffering gaat verder dan dode vliegen, wat veel mensen furieus maakt, waardoor zij weer het boek Dearest Tinkebell samenstelde uit alle haatmail. Ze gaf de haters met naam en toenaam prijs. Als kunstwerk.

Het lichaam is een tempel
Mensen offeren dus hun lichaamsstoffen en dieren op voor kunst en sommigen gebruiken hun eigen lichaam als werk. Zo toonde Deborah de Robertis wijdbeens haar private parts door zonder ondergoed voor The Origin of the World van Gustave Courbet te gaan zitten. Toeschouwers reageerden geschrokken dat ze recht in een echte vagina keken, terwijl ze wel kin-krabbend voor een schilderij-versie staan. De Servische Marina Abramović maakte in 1977 opnames genaamd Breathing In – Breathing Out: lijkt een intense tongzoen, is negen minuten elkaars adem inhaleren met dichtgestopte neus. Ralph Posset heeft ook een extremere fase gekend: hij liet een condoom maken van zijn afgestroopte huid. ‘Als ik daar nu aan terugdenk voegt zo’n op zichzelf staand werk niets toe. Provocatie mag, maar moet binnen het genre van een kunstenaar passen.’ Tsja, lichamelijk wordt alleen een artiest hiermee geschaad, maar voor een gemiddeld brein die deze voorbeelden onder ogen komt voelt het aardig shocking.

Over lijken
Wat als andermans lichaam wordt gebruikt? De IJslandse Snorri Ásmundsson postte op Facebook: ‘Als je stervende bent, zou ik graag je lichamelijk overschot willen lenen als je dood bent.’ Hij wil de lijken gebruiken voor een video-installatie. Ralph Posset: ‘Het kan ook zijn dat de discussie die hierdoor loskomt al het kunstwerk op zich is.’
Gelukkig kun je als publiek zelf kiezen of je iets wel of niet wil zien. Toch? Dat is volgens Stedelijks persvoorlichter Marie-José Raven niet altijd waar. ‘Mensen die naar kunstexposities gaan hebben een bepaald referentiekader, maar als je op straat wordt geconfronteerd met kunst ben je daar niet altijd op bedacht en dat kan een schokkend effect hebben.’ Of op Facebook, zoals de post over de lijken. Die kwam binnen.

Daan Samson denkt dat heftig provoceren niet helpt om een boodschap over te brengen. ‘In het geval van Art Babes koos ik voor een setting die niet heftiger was dan een lingerie-advertentie. Zelfs dan zijn er individuen die zich laten provoceren. Zo riep het tijdschrift Kunstbeeld Art Babes uit tot ‘het minst te waarderen kunstwerk van de internationale beurs ArtRotterdam’. Een dergelijke krampachtigheid bevestigt dat er nog veel terrein te winnen valt.’ Ralph Posset vult aan: ‘Communiceer met miljoenen maar wees niet bevreesd om door slechts een handvol begrepen te worden. Mensen worden trouwens vooral heel boos als ze denken dat hun belastingcenten in het werk zitten, ik krijg haatmails waar de honden geen brood van lusten.’ Ralph kan van zijn mailbox bijna een Dearest Ralph maken.

Een kwestie van privacy
Al dat gal spuwen op het wereldwijde web brengt ons naar een nieuwe kunsttrend: het debat rondom privacy. Stedelijks Marie-José Raven: kunstenaar Richard Prince verkocht vergrote afbeeldingen van Instagram foto’s van vreemden. Hij vroeg hiervoor geen toestemming. Hierdoor begon een debat over in hoeverre je je privacy opgeeft als je foto’s op sociale media plaatst.’ Nog zo’n voorbeeld: Street Ghosts van Paolo Cirio. Hij plakte levensgrote posters van korrelige mensen op straat waar zij ook waren gefotografeerd door Google Street View-camera’s. Dat de discussies rondom ons post-gedrag op social media worden aangezwengeld, daar kunnen we van opsteken dat we bewuster moeten omgaan met alles wat we online zetten, maar het feit dat je zelfs in een kunstwerk kunt belanden als je een blokje omgaat, dat gaat ver. Maar ‘te’?

Conclusie
Op de vraag of er voor een goed maatschappelijk doel geprovoceerd mag worden, zegt conservator Leontine Coelewij: ‘Provocatie mag, maar alléén provoceren is niet genoeg. Bij kunst moet er altijd meer aan de hand zijn om het een echt goed kunstwerk te laten zijn. Voor mij is er alleen goede of slecht gemaakte kunst. Oscar Wilde zegt dit het best: ‘There is no such thing as a moral or an immoral book. Books are well written, or badly written.’

Kunst, al dan niet goed uitgevoerd, zal altijd grenzen opzoeken. Het is uiteindelijk de intentie van de kunstenaar die hierin het verschil kan maken. Is het doel om mensen te laten nadenken of om mens en dier doelbewust pijn te doen? Hoe intrigerend experimenterende kunst ook kan zijn: als je je privacy of zelfs je lichaam, dat van een ander of dat van een dier ervoor op moet geven, gaat dat duidelijk een grens over. Of dat erg is? Daarover verschillen de meningen. Wat jij?

CJP’ers krijgen korting op heel veel musea in Nederland. Tijdens CJP Serveert MOTI op donderdagavond 8 oktober zal Tinkebell één van de sprekers zijn over ‘hypes’. Laat ons vooral op Facebook of Twitter (@CJPnl) weten welke kunst volgens jou écht te ver gaat.

CJP, 29 september 2015

https://www.cjp.nl/blog/2015/09/wanneer-gaat-kunst-te-ver/77096/

1 Comment

  1. Kunst en integriteit zijn voor mij onlosmakelijk verbonden. Maar zowel kunst als integriteit laten zich lastig in woorden vatten. En toch gaat kunst via extreme aandachttrekkerij en provocatiezucht ergens over in psychiatrie en criminaliteit. En die grens moeten we beslist niet over.

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*


CAPTCHA ImageChange Image