Koen Schuiling, burgemeester – Toespraak Dodenherdenking 4 mei 2017: Vandaag wil ik hier iets tegen de kinderen zeggen
Den Helder – Dit: wees nooit bang. Soms gebeuren er dingen om je heen waarvan je ziet of voelt dat het niet goed is. Dan heb je een keus: zeg ik er wat van of ga ik aan de kant staan en zwijg ik. Ik zal jullie proberen uit te leggen waarom je dan beter niet aan de kant kunt staan. Als je wilt strijden voor iets wat goed is, kan het moeilijk zijn, maar het is de moeite waard. Al moet je misschien je angst overwinnen omdat je bang bent.
Ik zal het uitleggen met een voorbeeld dat je wel herkent. Je ziet het vaak om je heen. Iemand uit je klas wordt gepest. Waarom? Omdat ze een beetje sloom is misschien, of raar praat, een beetje gek doet of goedkope gympies aan heeft. Niet dat dure merk dat iedereen draagt. Misschien omdat ze een andere huidskleur heeft dan de meeste andere kinderen in de klas, of een ander geloof of omdat hij verliefd is op een andere jongen. Homo. En dus wordt hij gepest.
Eigenlijk denk je: maar hij of zij is hartstikke aardig. Ze helpt me als ik iets niet snap tijdens de les of hij helpt me als ik weer met een lekke band sta. Mag ik achterop en hij brengt me nog naar huis ook.
En toch wordt hij of zij gepest. En je klasgenootjes zeggen niets. Ze zwijgen. Waarom? Ze zijn bang. Misschien jij ook wel een beetje want die jongen of dat meisje wordt gepest door een groepje. En een groepje is sterker dan jij. Je wilt er niet buiten vallen. Je wilt er bij horen.
Vandaag wil ik hier iets tegen de kinderen zeggen.
Dit: wees nooit bang. Soms gebeuren er dingen om je heen waarvan je ziet of voelt dat het niet goed is. Dan heb je een keus: zeg ik er wat van of ga ik aan de kant staan en zwijg ik. Ik zal jullie proberen uit te leggen waarom je dan beter niet aan de kant kunt staan. Als je wilt strijden voor iets wat goed is, kan het moeilijk zijn, maar het is de moeite waard. Al moet je misschien je angst overwinnen omdat je bang bent.
Ik zal het uitleggen met een voorbeeld dat je wel herkent. Je ziet het vaak om je heen. Iemand uit je klas wordt gepest. Waarom? Omdat ze een beetje sloom is misschien, of raar praat, een beetje gek doet of goedkope gympies aan heeft. Niet dat dure merk dat iedereen draagt. Misschien omdat ze een andere huidskleur heeft dan de meeste andere kinderen in de klas, of een ander geloof of omdat hij verliefd is op een andere jongen. Homo. En dus wordt hij gepest.
Eigenlijk denk je: maar hij of zij is hartstikke aardig. Ze helpt me als ik iets niet snap tijdens de les of hij helpt me als ik weer met een lekke band sta. Mag ik achterop en hij brengt me nog naar huis ook.
En toch wordt hij of zij gepest. En je klasgenootjes zeggen niets. Ze zwijgen. Waarom? Ze zijn bang. Misschien jij ook wel een beetje want die jongen of dat meisje wordt gepest door een groepje. En een groepje is sterker dan jij. Je wilt er niet buiten vallen. Je wilt er bij horen.
Maar dan lig je ’s avonds in je bed en je denkt aan die jongen of dat meisje. Jullie liggen allebei wakker. Beiden had je eigenlijk een rotdag. Hij of zij wil misschien morgen niet meer naar school. En jij ook niet. Je schaamt je. Je bent boos. Het meest op jezelf. Dat je iemand die gewoon aardig is hebt laten stikken. Die anderen ook. Samen waren jullie met veel meer dan dat groepje dat pest. Wat stom, denk je. Je voelt je ellendig als je eindelijk in slaap valt. Net als die jongen of dat meisje. Hoe ellendig moet die zich niet voelen? Beiden begrijpen jullie niet dat er niet iemand opstaat die zegt: “nou is het genoeg! Kappen! Iedereen hoort erbij: in de klas, op het schoolplein, in Den Helder, in Nederland…dat zijn we samen! Hoe je er ook uitziet, of je nu homo of hetero bent, wat je ook gelooft, welke kleding of welk kapsel je ook hebt. Kappen met die onzin. Het gaat er om WIE je bent. Elk mens, elk kind, is bijzonder!” Die iemand die dat zegt kun jij zijn!
Pesten op school is natuurlijk wel wat anders dan oorlog. Maar wat in een klas in het klein gebeurt, gebeurde voor de oorlog uitbrak in het groot. Er waren volwassen mensen, groepjes, die anderen bang maakten. Buitenlanders waren eng want die pikten banen in. Zigeuners waren eng want die stalen van alles. Mensen met een bepaald geloof, zoals Joden, waren ook eng al wist niemand precies waarom. En ga zo maar door. Maar ze kregen wel de schuld van alles wat mis ging. Net als die jongen die wordt gepest op school: bal tegen de ruit… hij krijgt de schuld. Deur open laten staan… geef dat meisje maar de schuld.
Het was onzin. Net als jij in je klas hadden al die grote mensen toen de keus in verzet te komen. Ze hadden toen hun mond open kunnen doen, maar velen zwegen. Omdat ze bang waren. Ik blijf maar aan de kant staan, dat is wel zo veilig, dachten ze. Die groep is zo groot en ze maken zoveel lawaai en misschien hebben ze wel een beetje gelijk.
Tot er een paar jaar later oorlog was. Toen hadden ze reden om bang te zijn: half Den Helder lag plat. Mensen werden uit hun huizen gesleurd, families uit elkaar getrokken. Je verdween opeens in de gevangenis en je was je leven niet meer veilig.
Toen dachten heel wat mensen: waarom waren we eigenlijk bang? Waarom hebben we ons hoofd onder de deken gehouden terwijl we wakker lagen van de zorgen? We hadden het niet moeten pikken. Maar het was te laat. Nou ja, te laat is het nooit, maar ze moesten na de oorlog weer helemaal opnieuw beginnen.
Daarom zeg ik tegen de kinderen hier en tegen grote mensen die willen luisteren: wees nooit bang. Ook vandaag zijn er mensen die je bang willen maken. Die niet kijken wie iemand is, maar hoe die eruit ziet, of waar die vandaan komt, of welk geloof die heeft, of dat ie een jongen of meisje is of homo of hetero. Allemaal dingen die er niet toe doen. Maar ze krijgen wel de schuld van alles wat mis gaat.
Voor wie goed is, is er plaats. Net als in de klas, op het schoolplein, in onze stad.
Weet je, elke dag heb je een keus om op die ander af te stappen en te zeggen: jij hoort bij mij. Moet je eens zien wat er dan gebeurt: dan blijken veel meer kinderen niet geslapen te hebben van spijt. En ze staan om jou en je nieuwe vriend heen. Laat dat groepje maar roepen, ze stellen niets voor. Eigenlijk zijn zij de angsthazen. Daarom schreeuwen ze zo.
Zoals jij misschien degene bent die morgen zegt: “kappen met die onzin, als je aan die ander komt, kom je aan mij”, zo waren er ook bij de oorlog dappere mensen die in verzet kwamen. Ze overwonnen hun angst al betaalden ze dat soms met hun leven. Dappere mensen dus. Die gedenken we vandaag. Maar dat heeft niet zoveel zin als we er niet van leren. Het gaat hier dus niet alleen over vroeger maar ook over onszelf en wat wij elke dag doen en laten.
Tegen de grote mensen zeg ik dit: gaan we niet veel te achteloos om met vrijheid, met Europa, met opmerkingen over buitenlanders of moslims…accepteren we niet veel te snel dat er etiketjes op mensen worden geplakt en dat we ons oordeel al klaar hebben zonder de feiten te kennen? Maar we kunnen elke dag opnieuw beginnen. Dus laat ons opnieuw waakzaam worden en staan voor al die waarden die we in mei 1940 in minder dan 5 dagen kwijt waren. Daarna kostte het 5 jaar, miljoenen doden, onvoorstelbare vernietigingen en verdriet dat van generatie op generatie gaat, om te trachten weer iets van ons leven te maken. We hebben ons verstand, we hebben ons verleden, we kunnen leren… We kijken om ons heen en zien onze kinderen. We hebben een verantwoordelijkheid hen in vrijheid op te laten groeien. We zien hoe vrijheid wordt misbruikt om mensen bang te maken maar we laten ons toch zeker niet bang maken? We laten toch zeker niet toe dat iemand aan de kant staat?
Wees nooit bang…
Sta nooit aan de kant…
Wees nooit bang!
Gemeente Den Helder, 4 mei 2017
https://www.denhelder.nl/actueel/nieuws/toespraak-burgemeester-schuiling-dodenherdenking-4-mei-2017
En omdat ik niet bang ben zeg ik: Schuiling je bent een mega hypocriet. Hoe durf je dit te schrijven. Een museum wegpesten, alleen omdat het de meest vrije plek in de stad is, vanwaaruit ook stevige kritiek op jou wordt geuit. En dan dit durven schrijven. Wat ontzettend erg… Ik walg ervan!
Toen ik hoorde dat we een homo als burgemeester kregen was ik ontzettend blij. Eindelijk eens normaal doen over iets dat normaal is. Bovendien is zoiets een prive aangelegenheid waar niemand wat mee te maken heeft. Daar zit het hem dus niet in, het zit hem in je leugenachtigheid en je machtswellust. Alleen al alle besluiten van de bezwaarschriftencommissie die je negeert. En dan duizend van dat soort dingen die in het derde rijk niet hadden misstaan. Daarom mag je van mij opdonderen. Liefst op 5 mei, zodat we op die dag zelfs nog iets extra’s te vieren hebben. Steeds meer mensen beginnen je door te krijgen Schuiling, dus er is hoop. Hoop op onze bevrijding van jou in Den Helder. Van het geniepige pest jongetje Koen Schuiling.