Micha Kat – Lees mee met vluchteling Micha Kat (15): Franz Kafka | Brief aan mijn vader

‘Leg het maar op mijn nachtkastje’. Met die woorden reageerde de vader van Franz Kafka als hij weer met een nieuw ‘schrijfsel’ kwam. Hier is de complete passage uit Brief aan mijn Vader (geschreven in 1919, maar pas gepubliceerd in 1954): ‘Ik had een bepaalde vorm van veiligheid gevonden (in mijn schrijven, MK); ik kon weer ademhalen. Jij keurde ook mijn werk natuurlijk ogenblikkelijk af, maar dat was voor mij nou eens bij uitzondering geen probleem! Natuurlijk, mijn ijdelheid, mijn ambitie hadden te lijden van jouw reactie op mijn werk, een reactie die bij ons spreekwoordelijk werd: ‘leg het maar op mijn nachtkastje!’ (Jij speelde gewoonlijk een of ander kaartspel als een nieuw boek van mij aankwam.). Ik was dus blij met deze reactie – niet zozeer vanuit een uitdagende kwaadwillendheid, niet omdat ik erin een hernieuwde bevestiging zag van onze relatie, maar omdat die woorden voor mij de boodschap meebrachten: ‘nu ben je eindelijk vrij!”

Een verbijsterende passage. Want daarin wordt een kwestie behandeld, die ook in mijn leven een grote rol speelt: hoe is het mogelijk, dat mijn beide ouders nooit iets van mij hebben willen lezen? Sterker nog: überhaupt nooit ergens op hebben willen reageren! Ik heb vijf boeken geschreven en duizenden artikelen. Duizenden mensen bezoeken mijn websites per dag, maar van mijn ouders heb ik nooit wat teruggehoord. Maar het wordt nog gekker. Want in het begin van mijn carrière als journalist bij NRC Handelsblad knipte mijn vader mijn artikelen wel uit en plakte ze in. Maar een inhoudelijke reactie? Never. Mijn moeder maakte het zo mogelijk nog bonter door niet alleen nooit op mijn stukken en boeken te reageren, maar steeds opmerkingen te maken in de trant van: ‘Weet je wie een goede journalist is? Max van Weezel van Vrij Nederland!’. Enige jaren geleden kwam er wel een soort reactie by proxy toen mijn vader ‘van een kennis’ had gehoord, dat mijn site uit de lucht was. Dat vertelde hij mij. De vraag wat hier aan de hand is, heeft me mijn hele leven beziggehouden en periodes ervan zelfs vergald.

Goed, vanaf 2004 ben ik ‘controversieel’ als ‘bekendste complotdenker van Nederland’, dus daar zou een reden kunnen liggen voor het negeren van mijn werk door mijn ouders. Maar dat is natuurlijk niet wat hier speelt, want ook in het begin van mijn carrière was al sprake van deze opmerkelijke houding en toen was ik volledig mainstream. Ook kan het niet hebben gelegen aan de kwaliteit van mijn werk – kijk naar het voorbeeld van Kafka! Maar wat is het dan wel? Het lezen van de brief aan zijn vader gaf me eindelijk de antwoorden, waarnaar ik mijn hele leven op zoek ben geweest – al wist ik, voelde ik daarvoor natuurlijk ook wel welke diepe, mysterieuze krachten in de relatie tussen ouders en kind hier spelen.

Het heeft alles te maken met het jodendom. Op een of andere manier kunnen Joodse ouders hun kinderen niet (volledig) accepteren. De notie, dat hun zoon deugt, succesvol kan zijn – het gaat er niet in. Steeds worden alleen de mislukkingen gezien en benadrukt. Dat begon bij mij al op school: negens en tienen (die waren er genoeg), werden genegeerd, onvoldoendes eindeloos uitgemolken. Erger nog is, dat zowel de ouders van Franz als die van mij ook keihard inhakten op het zelfvertrouwen tot het aangaan van relaties. Mijn moeder zei ooit toen er een aantal vrienden en vriendinnen van school bij ons op bezoek waren: ‘Micha krijgt nooit een vriendin!’ Franz beschrijft hoe zijn vader als hij een vrouw voorstelt met wie hij wil trouwen reageert met de verbijsterende opmerking, dat hij haar ‘alleen heeft uitgekozen omdat hij geilt op de blauwe blouse die ze vaak aanheeft’. Het geven van zekerheid, van vertrouwen: ze kunnen het niet. In het geval van Franz was het vooral zijn vader die hier een rol speelde, in mijn geval mijn moeder; mijn vader en de moeder van Franz speelden juist een verzachtende rol in het hele verhaal. Maar in de kern deden en bereikten de ouders als geheel, als ‘opvoedkundig en vormend centrum’, hetzelfde. In creatieve zin hebben beide ouderparen hun zonen hiermee natuurlijk een groot cadeau gegeven, want een krachtige en onuitputtelijke drive tot scheppen. Ik zou hier natuurlijk moeten zeggen, dat ik mij op geen enkele wijze durf te spiegelen aan de geniale geest van Franz, maar dat zeg ik dus niet, omdat het beside the point is. Bovendien kreeg Franz zijn enorme roem pas na zijn dood dus wie weet wat er voor mij nog in het vat zit! Noch Franz noch Micha zijn er trouwens in geslaagd een stabiel gezinsleven te leiden of zelfs langdurige vaste relaties aan te gaan. Daar moet wel bij worden gezegd, dat Franz slechts 41 jaar oud werd. Dat was ongeveer het moment, dat ik eindelijk meer zelfvertrouwen en zekerheid begon te krijgen bij het aangaan van relaties.

Zowel Franz als ik zijn de oudste. Dat is van groot belang, want die vangen steeds de hardste klappen op van de ouders. Mijn zus en de zussen van Franz kregen een veel ‘mildere’ behandeling. Hij schrijft hierover: ‘Jij was als vader voor mij veel te sterk, vooral omdat mijn broers jong overleden en mijn zusters vele jaren na mij kwamen. Ik moest dus de eerste klappen in mijn eentje opvangen en daarvoor was ik veel te zwak’. Hier ligt een duidelijk verschil tussen mij en Franz: ik was niet zwak, maar ging in de tegenaanval, zocht de confrontatie. Hier ligt ongetwijfeld de oorsprong van mijn latere status als ‘bekendste complotdenker van Nederland’ want het zoeken van de confrontatie met de ‘macht’ of de ‘mainstream’ is mij met de ouderlijke paplepel ingegoten.

Tot slot nog dit. Een enkele – schijnbaar totaal onbeduidende – gebeurtenis uit de vroege jeugd kan enorme invloed hebben op iemand leven. Franz beschrijft zo’n gebeurtenis aldus: ‘Ik schreeuwde eens midden in de nacht om water, niet omdat ik dorst had, maar waarschijnlijk omdat ik me verveelde. Nadat enkele harde waarschuwingen van jou zonder effect bleven, nam je me op uit mijn bedje en zette me in mijn nachthemd op het balkon waarna je de deur op slot draaide. Ik zeg niet dat je hiermee ‘fout’ handelde, wellicht was het op dat moment voor jou de enige manier om enige rust te krijgen. Ik noem het slechts als voorbeeld van hoe ik werd opgevoed en vanwege het effect op mij. Nadien was ik gehoorzamer, maar jouw actie beschadigde me van binnen’. Ik herinner me toen ik ook een jaar of 2 was, dat mijn ouders ergens op bezoek gingen en mij alleen thuis lieten. Ik was ook ziek, had koorts. Ik raakte in een volledige paniek, liep het huis uit en belandde op de galerij van het flatgebouw in Buitenveldert.

Meer informatie:
https://robscholtemuseum.nl/?s=Micha+Kat

1 Comment

  1. Beste Micha,

    Oei wat is dit herkenbaar. Volgens mij heeft het alleen niets met Joods zijn te maken. Mijn vader las ook nooit wat van me. Hij heeft me altijd de grond in getrapt en tot een waardeloze vent bestempeld. Op zijn sterfbed keek hij me indringend aan en zei: “Je hebt een minderwaardigheidscomplex”. Ik wist dat hij stervende was, maar de waarheid gaat bij mij boven alles. Zonder verwijt in mijn stem zei ik: “Daar heb je wel flink aan bijgedragen”. Mijn vader reageerde daar totaal niet op en sprak zijn laatste woorden tegen mij; “Je hebt het altijd over de ministers, staatssecretarissen en admiraals die je kent, maar je doet het voor hen niet onder. Hiermee is je opvoeding beeindigd”. Het ontroert me nog diep als ik erover schrijf.

    Job beklaagt zich in de Bijbel over alle rampen die hem overkomen. Maar de Bijbel zegt dat dit komt omdat God zoveel van Job houdt. Nou heb ik iets meer een boeddhistische levensvisie, maar het verhaal is wel interessant. Er wordt door het hogere aan Job geslepen en geveild. Als iemand mij zou vragen of mijn vader de grootste klootzak of de grootste heilige is geweest in mijn leven, dan zou ik die vraag in alle oprechtheid niet kunnen beantwoorden.

    Het leven blijft een mysterie. We wanen ons afgescheiden druppels in de oceaan van het leven. En zolang we ons afscheiden tot die druppel, zullen we het leven niet kunnen begrijpen. De druppel kan namelijk geen oceaan bevatten. Vlak na de dood van mijn vader stierf ik op een haar na zelf aan een totaal andere aandoening dan waar mijn vader aan was overleden. Het ziekenhuis van Den Helder heeft toch een paar honderd bedden. Maar de oceaan legde deze druppel exact in hetzelfde bed waarin mijn vader was overleden….

    Met hartelijke groet van je vriend (ook als je mij als vijand ziet) die vindt dat je doorslaat en veel meer het niet weten zou moeten beoefenen, maar die je toch respecteert, ook als geen enkele andere druppel dat doet. Omdat ik weet dat ook jij de oceaan bent en omdat ik respect heb voor je moed.

    Dick Berts

Plaats een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*


CAPTCHA ImageChange Image