Louise de Haan – Mondriaan hield veel van dansen

De hond van Picasso heette Lump. ‘De Stijl’ kunstenaar Theo van Doesburg noemde zijn hond Dada.

Voor de kunsthistorie is dit niet van belang. Tenminste, volgens onze professor, die vond, dat human interest vermeden moest worden. Juist daarom bleven deze verboden vruchten zo goed bewaard in mijn geheugen.

De kunsthistoricus Antoon Erftemeijer heeft alle remmen losgegooid en jaren lang kunstenaars anekdotes verzameld. Het resultaat is een lijvig naslagwerk (de auteur streefde volledigheid na), waarin zo’n vierhonderd kunstenaars vanaf de Griekse Oudheid tot en met Rob Scholte staan beschreven.

Het zijn kleine geschiedenissen, sommige van enkele regels, sommige van vele bladzijden. Na enige tijd begint op te vallen, dat dezelfde anekdotes zich bij meerdere kunstenaars voordoen. Bijvoorbeeld verhalen over de natuurgetrouwheid van een afbeelding: er zijn nogal wat druiven geschilderd, waar echte vogels in pikten, en beelden gemaakt van godinnen, waar echte mensen verliefd op werden. Een grote hit is de geschilderde vlieg, die uitlokt tot doodslag.

Steeds weer blijken kunstenaars hun werk te hebben vernietigd, als het resultaat hen niet bevredigde. Dat gebeurde in 1956 toen de Haarlemmers Kees Verwey en Van Borssum Buisman elkaars portret maakten. Toen laatst genoemde bijna klaar was met boetseren sloeg Verwey de sculptuur met een fles in elkaar.

Hoe pijnlijk de contacten soms ook zijn, kunstenaars zoeken elkaar altijd op, uit nieuwsgierigheid, uit bewondering of uit rivaliteit. Rafaël en Michelangelo konden elkaar niet passeren zonder elkaar te beschimpen.

Van Gogh blijkt vroom en oprecht, en behoorlijk gek natuurlijk. Piet Mondriaan (trouwens heel verre familie van Vincent) blijkt bij vlagen heel spontaan te zijn geweest, veel minder stijf dan zijn werk. Zo was hij dol op dansen. En tijdens een nachtelijke taxirit legde de rijke kunstverzamelaar Peggy Guggenheim haar hoofd op zijn schouder, waarop Piet zijn armen om haar heen sloeg en haar begon te kussen. Verbaasd riep Peggy uit:

“Maar Mondriaan! Ik dacht, dat je zo zuiver was!” Waarop de kunstenaar opmerkte, dat alleen surrealisten hem zuiver noemden.

Al die luchtige verhalen hebben een wetenschappelijke kant.

‘De aap van Rembrandt’ is een serieuze studie met een uitgebreide nabeschouwing, bronvermelding en bibliografie. Vele anekdotes geven inzicht in het leven en de sociale positie van kunstenaars door de eeuwen heen, hun geldproblemen, hun ruzies met opdrachtgevers – je hebt een jaar in een ijskoude kerk gewerkt en krijgt opdracht het allemaal over te doen. Alle behandelde kunstenaars krijgen van Erftemeijer naast de anekdotes een korte inleiding mee. Daarmee wordt dit naslagwerk een lichtvoetige kleine kunstgeschiedenis, waarin veel te ontdekken valt.

Trouw, 15 mei 2004

https://www.trouw.nl/cultuur/mondriaan-hield-veel-van-dansen~a9bbbb41/

Meer informatie:
https://robscholtemuseum.nl/?s=Antoon+Erftemeijer
https://robscholtemuseum.nl/?s=Piet+Mondriaan
https://robscholtemuseum.nl/?s=Peggy+Guggenheim
https://robscholtemuseum.nl/?s=Kees+Verwey
https://robscholtemuseum.nl/?s=Michelangelo