Wilma Kieskamp – ‘Kunstenaars worden vermoord om hun kunst’

Amsterdam – Een half uur lang leest kunstenaar Rob Scholte voor uit de brieven die hij ontving na de aanslag op zijn leven. Hij heeft zichzelf uit de rolstoel getild en bovenop tafel gezet. Daar zit Scholte, ongebroken. In zijn hand een dik pak brieven van vrienden, collega’s en onbekenden. Ondertussen stellen de camera’s scherp op zijn stompjes van benen. Zien! Daar komen we toch voor.

Het is Rob Scholtes (36) eerste persconferentie sinds een autobom ontplofte onder de BMW waarin hij met zijn vrouw Micky (24) naar de dokter reed om een bevestiging van de Predictor-test die juist die novemberochtend had aangetoond dat Micky zwanger was. Scholte overleefde de aanslag op het nippertje, maar raakte beide benen kwijt. Zijn vrouw raakte slechts lichtgewond, maar kreeg daardoor dezelfde dag een miskraam. De dader van de aanslag loopt nog steeds vrij rond.

Na maanden van revalidatie is Rob Scholte genoeg hersteld om terug te keren naar Spanje, waar hij woont en waar komend weekeinde op de kunstbeurs Arco werk van hem hangt.

Vanuit Spanje wil Scholte weer hard aan het werk met lopende en nieuwe kunstprojecten. En vlak voor het vertrek vanaf Schiphol moet het er dan maar van komen. Een persconferentie. “Er waren zoveel vragen om interviews”, zegt Scholte. Hij gaat schuil achter een haag van fotografen. Hij rekt zijn hoofd om te zien of er achter die camera’s ook nog mensen zijn die luisteren. Want hij heeft iets belangwekkends te zeggen, gebaart hij.

Maar wat wil Rob Scholte zeggen? Het is de toehoorders soms een raadsel. De kunstenaar geeft een persconferentie zoals hij kunstwerken maakt: hij spreekt niet rechtstreeks, maar in een bombardement van citaten.

Het publiek moet zelf de boodschap destilleren. Zelfs zingt Rob Scholte een liedje, hem toegestuurd door zijn neefje. “Tien kleine visjes, die zwommen naar de zee . . .” Dat geeft bizarre taferelen. Scholte met zijn stompjes op tafel, zingend. “Blub, blub, blub”, terwijl de fotocamera’s bliepen en zoemen en razen. Het liedje gaat over haaien en andere gevaren die de visjes tegenkomen op hun weg. Micky nipt op de achtergrond uitdrukkingsloos een glaasje water.

Scholte leest voor. Een anonieme dreigbrief, getekend met ‘Neerlandica Nostra’. “Deze persconferentie betekent, binnen een jaar, de eliminatie van Rob Scholte”. Een brief van VU-arts Bakker, met een minutieuze opsomming van alle verwondingen en van de ‘guillotine-amputatie’ boven de knieën. Een brief van zijn medewerker Andreas die hem assisteert bij het schilderen van een gigantische muurschildering in Japan. “Ik hoorde van de autobom en zag daarna een stripfilm op tv waar alleen voor het entertainment een booby-trap afging”. Een brief van de directeur van het Japanse miljoenenproject: “Heel Japan wacht op uw spoedige herstel.”

Af en toe valt Scholte uit zijn rol van anoniem verslaggever van zijn eigen rampverhaal. “Ik lag daar als een ham. Een ham! En daarna ben ik dichtgenaaid”, meldt hij opeens fel.

Een onbekende Amsterdamse drugshulpverleenster die Scholte een brief stuurde blijkt uiteindelijk nog het beste begrepen te hebben hoe de kunstenaar de bomaanslag heeft ervaren. Zij schrijft: “Door het shock-effect van de aanslag wordt kunst opeens omgevormd tot een radicaal en politiek gebeuren.”

Scholte ziet, zo blijkt uit zijn antwoorden op vragen van journalisten, een direct verband tussen zijn omstreden kunstwerken en de aanslag. De autobom was een bijna politieke daad van een tegenstander. Scholte: “Ik ben een kunstenaar die uitspraken doet, die risico’s neemt. (…) Ik ben slachtoffer geworden omdat kunst een maatschappelijke rol is gaan spelen, veel meer dan voorheen. Journalisten worden vermoord om hun artikelen, kunstenaars worden vermoord om hun kunst.” Bang is Scholte niet sinds de aanslag, “wèl voorzichtig”.

De voorbije, dramatische maanden en zijn handicap zullen volgens Scholte niet leiden tot verminderde produktiviteit in de toekomst. Het project in Japan, een miljoenen-opdracht, komt eind dit jaar zelfs op tijd gereed. Scholte verwacht geen dramatische koerswijzigingen in zijn werkwijze. Hij blijft de kunstenaar die hij was, maar wil daarnaast ook buiten de kunst actief worden. “Het is voor mij onmogelijk geworden om alleen nog kunst te maken.”

Zijn voornemen is om een ‘Comité van waakzaamheid’ op te richten, waarin kunstenaars, intellectuelen, schrijvers en anderen hun krachten bundelen tegen het geweld in de samenleving en commentaar geven op de politieke situatie in Nederland.

“Er is iets vreselijks aan de hand als je met je vrouw niet meer een flesje urine naar de dokter kunt brengen. Ik wil iets ondernemen.”

Trouw, 11/02/95, 00:00

http://www.trouw.nl/tr/nl/5009/Archief/article/detail/2560257/1995/02/11/Kunstenaars-worden-vermoord-om-hun-kunst.dhtml