Theo Knippenberg – J’accuse

Mijn favoriete hotelbalkon in deze wereld is op de eerste verdieping. Op de hoek. Op het Noordelijkste puntje van ons land. Ja, ik heb het over Landsend. Daar kan ik de veerboot van Texel bijna aanraken, net voordat ie als een gigantische walvis de eilanders en de toeristen uitspuugt.
En als ik vanaf dat balkon naar beneden spring, land ik op mijn moeders graf. Op een van haar twee graven. Daarover later meer, in een ander verhaal.
Al veel langer dan een halve eeuw ga ik naar Texel. Elk jaar tientallen keren. En in al die jaren ben ik, meer dan een halve eeuw lang dus, nóóit in Den Helder geweest.
Vanuit het station steek ik over, blindelings, naar de bus die zegt ‘Veerhaven’, maar die de helft van de keren niet aansluit op de trein. Oh ja, ik ben in Den Helder. En ik wacht. En ik ben verbijsterd dat niemand daar ooit een Vlaamse Frietkot is begonnen. Of voor mijn part een kar met Vietnamese loempia’s. Af en toe stak ik nog even de straat over naar het postkantoor, om postzegels te kopen. Maar grofweg kan je stellen dat ik in mijn leven veel meer dan 500 keer in Den Helder ben geweest, zonder dat ik ooit in Den Helder een cent heb uitgegeven.
Er was, simpel gezegd, geen enkele reden ooit om Den Helder in te gaan. Als pacifist (en dat zijn heel veel mensen) zelfs niet op de Marinedagen, en dat zijn ook maar drie dagen per jaar, geloof ik.
Nu heb ik even zitten turven.
Sinds het Rob Scholte Museum in dat postkantoor zit, ben ik 37 keer Den Helder in geweest. Het is gewoon een leuk, heel origineel en verder nergens bestaand museum.
Flashback: Ik bracht mijn zoon jarenlang naar school, en liep daarbij elke morgen door de tuin van het Stedelijk in Amsterdam, de beeldentuin. Die was altijd open. Daar konden kinderen toen nog lekker in de beelden klimmen (Karel Appel en zo). Maar we konden ook over die beelden kletsen, er een band mee opbouwen, kunst als gewoon onderdeel van het dagelijks leven. Toen het Cobra Museum in Amstelveen werd geopend ging ik daar heen met mijn zoon. Hij zag er een bijna identiek beeld van Appel en klom er in. Ik zal u de scene met de suppoost niet beschrijven. Wij waren misdadigers, cultuurbarbaren. Zijn er uit gezet en nooit meer teruggekomen. En de meeste musea zijn echt voor mij kunstgevangenissen geworden. Kunstconcentratiekampen had ik bijna gezegd. Maar ik slik die woorden in. Okay, einde flashback. Het Rob Scholte Museum is, ook voor mijn zoon, een van de leukste en spannendste musea van dit land.
Ik heb geturfd, zoals ik zei. Visacard liegt niet. Ik heb dit bijna afgelopen jaar in 19 Den Helderse restaurants gegeten. Goede (zelfs twee hele goede) en slechte. Misschien maak ik nog eens een lijstje daarvan. Ik at nooit alleen, en ik heb die restaurants die omzet bezorgd doordat ik in Den Helder was. Omdat ik het Rob Scholte Museum bezocht. En dus niet meteen naar Texel vluchtte. Ik heb in Den Helder, omdat ik er nu toch was, boeken gekocht, en kleren, en ondergoed bij de Hema (Ja,ik beken!), maar ook goede biologische wijn en onlangs een extra telefoonoplader en speelgoed voor mijn kleinkinderen.. en….
Zeker ben ik niet representatief, voor niks niet, maar er zijn geheid heel veel andere mensen die Den Helder ingegaan zijn vanwege het Rob Scholte Museum. Maar blijkbaar wordt er niet gerekend, in Den Helder.
Begrijpt nou niemand in Den Helder, daar wonen toch ook wel intelligente mensen, anders is het treurig gesteld met onze (marine)defensie, dat het huidige pronkstuk van De Fundatie, een absoluut topmuseum in dit land, de postercollectie van Jan Sluijters, die nu tienduizenden bezoekers trekt, elk jaar (!) en nog jaren te gaan, tot voor kort in Den Helder hing, door Rob Scholte is samengesteld en daar nog had moeten/kunnen hangen? Rob heeft die in Den Helder verzameld. Tig keer heb ik de nieuwste aankopen bewonderd. En nu, tienduizenden bezoekers, aantoonbaar, waarom hebben jullie die de Drentse hei op gestuurd. Jullie hebben betere restaurants, zeker weten, zelf geproefd, en heeft jullie middenstand geen extra omzet nodig?
Ik weet niks van kunst, daar blijk ik bij, untill the end, maar Den Helder, in Godsnaam, willen jullie weer een halve eeuw die auto’s allemaal alleen maar zien doorrazen naar de veerhaven? En hun geld zien uitgeven op Texel?
Lieve inwoners van Den Helder, aan de overkant, vanaf Texel, noemen we jullie ‘kraaien’, dat weet je, maar wees dat dan ook! Wees een kraai! Snap aan welke kant van de boterham die boter zit! Koester het Rob Scholte Museum. Laat het blijven! Maak het groot! En daarmee jullie zelf.