Sara Berkeljon – De georganiseerde misdaad moet bij hem zijn: topadvocaat Nico Meijering + BNNVARA | Monique Nolte – De Verdediging (Seizoen 1, Aflevering 1 & 2 & 3 & 4)

De georganiseerde misdaad moet bij hem zijn: topadvocaat Nico Meijering

Kunt u Dino S. eens omschrijven, zoals u hem kent?

‘Een rustige, intelligente man. Die bovendien ook, eh, ik zoek even het woord, goed kan invoelen, hoe het met andere mensen gaat – help me even.’

Empathisch.

‘Hij is zéér empathisch. Ik ben al tien jaar met Dino in de weer. Natuurlijk spreken we over elkaars privé leven, Dino kreeg echt wel te horen, dat mijn broer ernstig ziek was. Hij vraagt, hoe het met de studie van mijn kinderen gaat en andersom vraag ik ook van alles aan hem. Je moet je realiseren, dat de band tussen advocaat en cliënt intens is. Mijn band met Dino is op een bepaalde manier intenser, dan die met menig familielid – moet je je voorstellen, wat het betekent als je jarenlang samen voor iemands leven vecht. Ik mag Dino ook gewoon heel graag. Ik mag eigenlijk 90 procent van mijn cliënten graag. En daarover zullen mensen, die mij geen warm hart toedragen gaan mekkeren, die gaan weer zeggen, dat ik er te dicht op zit.’

Wie bedoelt u?

‘Ach joh, iedereen. Dat verwijt achtervolgt me al mijn leven lang.’

Op 29 juni 2017 veroordeelde het gerechtshof in Amsterdam Dino S. in hoger beroep tot levenslang, wegens het opdracht geven tot liquidaties. De rechtszaak, genaamd Passage, duurde tien jaar en is met zeven moorden, vierhonderd zittingsdagen, zeshonderd ordners, honderden getuigen, twee kroongetuigen en zeven verdachten, van wie Dino S. de belangrijkste was, de grootste strafzaak tegen de georganiseerde misdaad ooit in Nederland. Dino S. zou (samen met Willem Holleeder, wiens aandeel nog in een aparte rechtszaak wordt behandeld) moorden hebben beraamd, verklaarden twee criminele kroongetuigen, met wie justitie deals sloot in ruil voor hun verklaringen.

Het was voor Meijering en zijn kantoorgenoot Christian Flokstra, die hem de laatste jaren bij stond in de zaak, de grootste deceptie uit hun
loopbaan. Over hoe hij terug kijkt op 2017 hoeft Meijering dan ook niet lang na te denken. ‘Een rot jaar. Omdat ik zowel op persoonlijk als op zakelijk vlak nogal wat teleurstellingen moest verwerken. Ik ben een broer kwijtgeraakt, hij had ALS. Dat was een grote zorg, en vervolgens een gigantisch verlies. En ja, het zakelijke vlak – als je mij over tien jaar wakker schudt en je zegt: ‘2017’, zal ik meteen weer het totale ongeloof voelen over de afloop van het proces.’

Meijering (55) is een van de meest vooraanstaande straf advocaten van Nederland. Zijn specialiteit: georganiseerde misdaad. Hij is werkzaam
bij het Amsterdamse kantoor Ficq & Partners, ook wel ‘Het Liquidatiekantoor’ genoemd, waarover Monique Nolte deze herfst de vierdelige documentaireserie De verdediging maakte. De advocaten werkten mee aan die serie, vooral, zegt Meijering, om het onterechte ‘glamourimago’ van hun vak bij te stellen. ‘Het beeld is verkloot door Brammetje Moszkowicz en zijn familie, en door Theo Hiddema. Het beeld is, dat we zakkenvullers zijn, ons maatpakken laten aanmeten, in chique restaurants vreten en vier chicks hebben. Het is vervelend als mensen denken, dat wij onze zakken vullen met crimineel geld, terwijl ik denk, dat ons kantoor netto evenveel overhoudt als de gemiddelde autogarage.’

Van de advocaten bij Ficq & Partners is Meijering het meest uitgesproken. Hij mediteert, zowel in zijn vrije tijd als in de rechtszaal, om zijn nogal eens oplopende stress te kanaliseren. ‘Dat zat wel heel nadrukkelijk in die documentaireserie, vond je niet? Ik vond het een beetje een overkill. Zat ik daar weer te mediteren, op een bankje of in de rechtszaal. Ik ben, zoals iedereen, ijdel en ik vond het eerlijk gezegd geen porem.’

Zijn persoonlijk leven is ‘heel saai’, zoals hij graag benadrukt, hij drinkt weinig (‘Kan ik niet tegen’) en is al een jaar of dertig samen met zijn vriendin, ook jurist, die hij uit zijn studietijd kent. Hun zoon en dochter ambiëren een carrière in het recht en zitten op de publieke tribune tijdens belangrijke zittingsdagen. Maar hij heeft ook de nodige vijanden – bij het OM geldt hij als een advocaat, die in zijn uitlatingen af en toe over de grens van het toelaatbare gaat. Rechters noemen hem briljant én verbeten. Kan allemaal zijn, zegt Meijering. ‘Maar ik kom nooit met onzin. Wijs mij aan, waar ik in die dertig jaar poep heb gepraat – het zal je niet lukken. En ik heb liever, dat ze zeggen dat ik verbeten ben, dan dat ze zeggen, dat ik poep praat.’

Zijn gezworen vijand Bram Moszkowicz zag veel van zijn cliënten naar Meijering overstappen, maar de voormalig advocaat wil niks over Meijering zeggen: ‘U begrijpt wel waarom.’ Een vete met John van den Heuvel van De Telegraaf, die door Meijering meermaals tot rectificatie werd gedwongen, is na jaren eindelijk bijgelegd, al vindt Van den Heuvel nog steeds dat Meijering aan ’tunnelvisie’ lijdt in de zaak van Dino S., en gevoelig is voor ‘complottheorieën’: ‘Iedereen heeft het altijd gedaan, behalve zijn cliënt.’

Meijering: ‘Ah ja, de bekende plaat, die John altijd opzet, ik zou niet meer zonder kunnen.’ Onder zijn kantoorgenoten geldt Meijering als invoelend en grappig – zijn imitatie van Van den Heuvel is een succesnummer.

Tijdens dit interview wil Meijering ‘vrijuit’ kunnen spreken, en dat kan alleen als hij zijn krachttermen achteraf mag ‘kuisen’, hij kan namelijk grof zijn – zeker als hij boos wordt. En boos is Meijering, na die uitspraak van het hof op 29 juni. Met name, omdat het hof ‘in zee is gegaan’ met kroongetuigen Fred Ros en Peter La S., die in ruil voor strafvermindering en geld belastende verklaringen over Dino S. aflegden.

De rechtsstaat gaat ‘naar de verdommenis’ als justitie deals sluit met criminelen, zegt Meijering. ‘Door deze uitspraak van het hof weten boeven nu, dat er een straf halvering in het verschiet ligt, een heleboel geld én een nieuwe identiteit, mits ze er iemand bij lappen. Dus wat kun je doen als boef? Gewoon gaan liegen. De wet verbiedt, dat een crimineel geld krijgt in ruil voor een verklaring. Maar in het geval van Ros en La S. is er, achter de gordijnen, wél geld uitgekeerd, onder het mom van beveiliging en het opbouwen van een nieuw leven. Let wel: met een bovenmodaal inkomen. La S., een moordenaar, die voorheen leefde van bankovervallen en drugshandel, heeft 1,4 miljoen gekregen in ruil voor zijn verklaringen. Kun je je voorstellen, wat een aantrekkingskracht zo’n regeling heeft op mensen in het milieu?’

Er gaan meer moorden komen, waarschuwt Meijering dan ook. ‘De overheid lokt het uit. Nu is de helft strafvermindering het maximale, maar het OM wil verder gaan: tot aan totale straffeloosheid in ruil voor verklaringen. In Italië wordt door criminele organisaties al tactisch van dit middel gebruik gemaakt. Criminele organisaties laten een van hun huurmoordenaars iemand van de concurrerende organisatie omleggen. Vervolgens gaat de huurmoordenaar naar de politie en wijst weer een andere rivaal als dader aan. Zo zijn er twee rivalen uitgeschakeld. Bovendien zullen veel potentiële kroongetuigen preventief worden geruimd. Iedereen, die uit het milieu wil stappen en een legaal bestaan wil opbouwen, is een potentieel gevaar.’

Kunt u uit menselijk oogpunt begrip opbrengen voor Ros en La S.?

‘Natuurlijk snap ik, dat zware criminelen, die knijp zitten, zich graag een uitweg liegen.’

Toch staat u absoluut geen kroongetuigen bij.

‘Ik zou never nooit iemand kunnen bijstaan van wie ik weet, dat hij op basis van leugens iemand levenslang aannaait.’

En wat als u ervan overtuigd bent, dat hij niet liegt?

‘Dan nog is het gevaar aanwezig, dat het wél gebeurt, omdat je dat simpelweg niet weet.’

Meijering staat op van zijn stoel aan de grote vergadertafel en begint heen en weer te benen. ‘Het is oorlog in de straten, de samenleving verkilt. Toen ik begon, gold het principe: beter tien schuldigen op straat, dan één onschuldige in de gevangenis. Nu laat men dat principe los en zegt men, dat het maar eens afgelopen moet zijn met die moorden. Vroeger gold: als je je straf hebt uitgezeten, begin je met een schone lei. Tegenwoordig lig je er maatschappelijk uit als je een strafblad hebt, onder invloed van VVD crimefighters als Fred Teeven en Ivo Opstelten.’

Het OM zegt: zonder kroongetuigen kunnen we de georganiseerde misdaad niet aanpakken

‘Maar doe je dat dan, wanneer mensen ten onrechte worden veroordeeld? De tweede kroongetuige, Fred Ros, meldde zich pas bij het hoger beroep. Hij kende het dossier, wist wat La S. had gezegd en kon dus precies in het straatje van het OM kletsen. En dan nog verklaarden deze twee kroongetuigen tegenstrijdig. Als je een kroongetuige ook maar één keer op een leugentje betrapt, moet je hem als rechter terug z’n cel in sodemieteren. Dan moet de deal gewoon van tafel. Maar dat vindt het hof geen realistische werkwijze, want criminelen liegen nu eenmaal. Met andere woorden: een leugentje moet kunnen.’

Het hof erkende, dat er op punten tegenstrijdig was verklaard door La S. en Ros. Maar dat zou op onbelangrijke punten zijn geweest. Niet blijven hangen in details, zei het hof, maar afstand nemen om zo zicht te krijgen op het totaalplaatje.

‘Van die redenering zijn wij ons kapót geschrokken. Je kunt van bovenaf een mooi bos zien, maar om goed te zien, dat de stammen verrot zijn, zul je op de grond moeten staan. Je kúnt als rechter niet boven het bewijs gaan zweven. Daarbij speelt ook een rol dat in de zaak van Dino een verkeerd beeld van hem is ontstaan.’

U bedoelt: in de media, waar Dino S. de handlanger en zelfs ‘de baas van Holleeder’ werd genoemd.

‘Dat verhaal dook voor het eerst op in de gesprekken, die Willem Endstra in 2003 met de politie voerde. Daarin zegt Endstra: Dino is de baas van Holleeder. Zo is het balletje gaan rollen. De grote vraag is: waarom zei Endstra dat? Juist ja, hij had het van Holleeder. Want Holleeder, ik verwijs op dit punt ook graag naar de verklaringen van zijn zussen, is manipulatief en wijst constant naar anderen. Dino had geen motief voor de liquidaties, waarvoor hij nu levenslang heeft gekregen: hij kende Thomas van der Bijl niet, hij kende Kees Houtman niet. Waarom zou je iemand willen vermoorden, die je niet kent?’

Omdat je in een criminele organisatie zit?

‘Er is tien jaar gezocht naar een zakelijk verband tussen Holleeder en Dino, en er is nietsssss gevonden. Nul komma nul! Het gaat om twee mensen, die hij he-le-maal niet kent! Dino is collateral damage, snap je? Hij is een boef, dat gevoel heeft men, dus hij moet hangen. Weet je, dat ze bij het OM nog wel het meest verrast zijn door deze uitspraak? Ze hadden vrijspraak voor Dino verwacht. Dat weet ik van binnen uit.’

Meijering is nog steeds niet gaan zitten en leunt nu tegen een van de glazen wanden van de vergaderkamer.  Na de uitspraak is er iets bij u geknapt. U schijnt gezegd te hebben: ‘Mijn prioriteit is vanaf nu niet meer de rechtsstaat, maar mijn portemonnee.’

‘In cynisme heb ik dat inderdaad gezegd. Laat ik nog maar even tien jaar geld verdienen, mijn brood verdienen met wat zaakjes. Maar ik moet toegeven, dat er door dit soort misstanden een ongekend vuur in mij wordt aangewakkerd. Soms denk ik: er moet gewoon iets ergs gebeuren, waardoor men zich bij het OM achter de oren gaat krabben. Ik moet vaak denken aan de beleidsmakers in de jaren voor de Tweede Wereldoorlog. De eisen aan de strafprocessen en de gevangenissen waren niet hoog in die tijd, een boef was immers een boef. Totdat de oorlog uitbrak, en de beleidsmakers zelf, en veel anderen, ineens zonder eerlijk proces in zo’n bajes terecht kwamen. Iedereen schrok zich kapot, daardoor is er nadien veel verbeterd. Deze vergelijking zal vast wel weer verkeerd begrepen worden, maar ik hoop soms wel, dat er iets gebeurt, waardoor het establishment met de neus op de feiten wordt gedrukt: wacht even, dit kan mij óók overkomen.’

Maar kan het iedereen overkomen? Dino was op z’n minst een bekende van Holleeder, is veroordeeld voor betrokkenheid bij het met een barkruk doodslaan van een man, voor handel in softdrugs.

Natuurlijk, de meeste mensen zijn geen Dino’s. Maar ook Dino’s mogen niet ten onrechte worden veroordeeld.’

U heeft zich in deze zaak stelliger uitgesproken, dan ooit. U zei: ‘Wij hebben de waarheid aan onze kant. Dino is onschuldig.’ Waarom deed u dat?

‘Allereerst vanwege mijn overtuiging, dat het zo ís. Waarom zou ik als advocaat mijn overtuiging niet mogen uitdragen?’

Omdat u het niet in alle gevallen kunt doen. Want soms weet u, dat een cliënt het wel gedaan heeft en dat zegt u dan ook niet.

‘Dat is waar. In deze zaak deed ik het voor het eerst in dertig jaar. En misschien ook wel voor het laatst.’

Ik begreep, dat uw vriendin u heeft geadviseerd: ‘Doe het nou maar, spreek maar uit, dat je in Dino’s onschuld gelooft.’

‘Klopt.’

Dus u twijfelde zelf wel, of het verstandig was.

‘Ja, omdat je het inderdaad niet in alle zaken kunt doen. En ook, omdat de vraag is in hoeverre het relevant is voor de manier, waarop ik mijn cliënt verdedig. Als het gaat om de kwaliteit van mijn verdediging interesseert het me niet, of mijn cliënt schuldig is, of niet. Ik moet het alleen wel weten, anders ga ik verkeerd opereren. In dit geval was het nodig ,dat ik me zo uitsprak, omdat we werden vermorzeld in de media. Als ik één ding geleerd heb in deze zaak, is het, dat de beeldvorming voor Dino killing is geweest. Het OM is, steeds meer, een bedrijf geworden, dat successen moet behalen. Een veroordeling is, wat mensen willen. Maar de zaak is niet opgelost, wanneer iemand op basis van inferieur bewijs is veroordeeld. We zullen zien, wat de Hoge Raad ervan gaat zeggen.’

Ook vakgenoten vinden, dat u zich kwetsbaar maakte met uw uitspraak over de onschuld van Dino. Het wordt ontactisch gevonden.

‘Ik spreek ze wel als ze ook zo’n zaak hebben.’

Maar u kunt het toch eigenlijk niet zeker weten?

Inmiddels vanuit een fauteuil aan de andere kant van de vergaderzaal: ‘Rechters toch ook niet? Het OM toch ook niet? Zijn die God, of wat?’

Houdt u nog rekening met de mogelijkheid dat Dino S. liegt?

‘Nee.’

Ligt tunnelvisie dan niet op de loer?

‘Als men dat zo wil uitleggen, prima.’

Mede hierdoor zegt men over u: hij had te weinig afstand.

‘Hou toch op. Ik heb gewoon intensief met mijn cliënt samen gewerkt. Je denkt toch niet, dat ik, als ik ook maar de minste twijfel zou hebben over de onschuld van Dino, deze koers zou hebben gevaren? Als mens ben ik verbijsterd, dat deze man veroordeeld is. En als advocaat ben ik óók verbijsterd, dat iemand met dit bewijs tot levenslang kan worden veroordeeld.’

Ik begreep, dat uw kantoor complexe zaken altijd met twee advocaten doet. Is dat ook een waarborg tegen cliënten, die liegen, die hun advocaat proberen in te pakken?

‘Dat laatste is mij in dertig jaar drie keer overkomen. Dat ik een klant had van wie ik vreesde, dat ik hem niet de baas kon. Dat iemand zo charmant is, dat je veel, misschien wel alles, wil doen om hem te helpen. Dan kan het gebeuren, dat een cliënt vraagt: ‘Kun je een fax sturen naar dit nummer?’ En je zegt: ‘Ik stuur die fax wel even.’ Nee, natuurlijk niet, eikel! Want straks dwarsboom je het onderzoek.’

Is nee zeggen ook moeilijk, omdat u soms met gevaarlijke mensen te maken hebt?

‘Iets van vrees zit er wel in, in dit soort gevallen.Dat je merkt, dat je gelijk opneemt als die ene cliënt belt. Je wilt hem niet laten wachten, want wie weet wat er anders gebeurt. Psychopaten zijn gewetenloos én charmant. En ik denk, dat ik in die drie gevallen met psychopaten van doen heb gehad.’

Bent u wel eens echt bang voor een cliënt geweest?

‘In het begin van mijn advocatenbestaan heb ik een keer een dode rat in de brievenbus gekregen. Ik kreeg ook een keer een anonieme brief, waarin een corrupte agent naar mij lekte, dat twee van mijn cliënten zouden worden gearresteerd. Hij zei, dat ik ze moest waarschuwen. Maar dat mag uiteraard niet, dus ik deed niks. Mijn cliënten waren niet blij en vroegen: ‘Waarom heb je ons niet gewaarschuwd?’ Toen ging ik er met gestrekt been in en zei: ‘Stelletje imbecielen! Als je een smeris plat hebt, regel dan zelf een lijntje, maar doe het niet via mij.”

U sprak ze aan in hun eigen taal.

‘Ja. Je moet niet in afgewogen Nederlands met een aardappel in je keel gaan uitleggen dat je dit toch minder aangewezen acht. Nee, het zijn dan gewoon een stel imbecielen. En amateurs. Want dan ben je echt een verdomde amateur, als je denkt, dat je bij mij kan aankloppen met dit soort grappen.’

Klopt het, dat u bedreigd bent door Willem Holleeder?

‘Er waren jaren geleden twee mensen op kantoor, die mij vertelden, dat Holleeder mij wilde aanpakken. Ik ervoer dat niet als per se rustgevend, dus heb ik een afspraak gemaakt met zijn toenmalige advocaat. Die zei, dat er niks aan de hand was. Holleeder was niet blij met hoe ik Dino verdedigde, maar hij waardeerde me erg als advocaat. Toen ik weg ging van het kantoor en naar mijn fietsje liep, hoorde ik het gepruttel van zo’n scootertje. Ja hoor, daar stond ie. Ik dacht: nu zal ik je hebben. Ik zei: ‘Ha, meneer Holleeder.’ Ik heb hem de hand geschud en ben weg gefietst. Dat is het verhaal. Ik ben eigenlijk totaal niet bang. Of misschien bén ik wel bang, maar ik laat me er niet door leiden.’

Waar ligt voor u de grens in het contact met uw cliënt?

‘Ik kom nooit bij cliënten thuis. Met een cliënt gaan eten, daar ligt de grens. En dan niet chic of zo, want ik heb een grafhekel aan zo’n lauw versierd bord. Als we een cliënt moeten opzoeken in het buitenland, gaan we altijd met z’n tweeën, zodat je kunt aantonen, dat je niet in de verleiding bent gebracht. Jaren geleden moest ik voor vier cliënten naar Spanje, mijn kantoorgenoot kon niet. Ik ben met een cliënt gaan eten en daarna een uurtje mee gegaan naar een discotheek met allemaal Rolls-Royces voor de deur. Daarna kwam het onzinnige verhaal los, dat ik daar XTC zou hebben gebruikt, het werd opgevangen in een tapgesprek. Nogal vervelend. Dus, wat leren wij daarvan? Eigen schuld, dom gansje! Had je maar niet mee moeten gaan. Cadeautjes neem ik sowieso niet aan, tenzij het een fles drank is. Er kwam een keer een cliënt met een BMW aan.

‘Kom maar even naar beneden, dan gaan we hem even op jouw naam zetten.’ Ik ben er wel even in gaan zitten, wat denk je. Gelukkig is BMW niet mijn merk.’

Zijn er ook zaken, die u niet doet?

‘Zedenzaken. Na mijn eerste zedenzaak zei ik: dit nooit meer. Het ging om een verdachte, die na een verkrachting tbs had gekregen en was vrij gekomen. Hij heeft kort daarna jonge meiden opgewacht, van hun fiets getrokken, in een busje gegooid en verkracht – het horrorscenario. Ik had grote weerzin om de dossiers te lezen. Zedenzaken vind ik zo laf. Deze cliënt wilde één ding: geen tbs. Ik adviseerde hem niet mee te werken aan het onderzoek, waardoor hij geen tbs kreeg. Hij moest zeven jaar zitten, maar ontsnapte en vergreep zich opnieuw aan twee jonge vrouwen. Dat hakte er bij mij vreselijk in. Ik vind, dat iedereen de best mogelijke verdediging verdient, maar ik ben er vanwege mijn weerzin tegen seksueel geweld niet geschikt voor. Ik ben ooit weg gelopen in de bioscoop bij 9 ½ weeks, ik kon er niet tegen.’

U bent nu de advocaat van Jelle Brandt Corstius, die een voormalig collega aanklaagt wegens verkrachting.

‘Een zedenzaak, maar hij is het slachtoffer. Het is ongelooflijk om te zien, hoe advocaten over elkaar heen buitelen om in de media te gaan mekkeren, dat het niet bewezen kan worden. Of dat hij meteen aangifte had moeten doen. Tegen die advocaten zou ik willen zeggen: houd je muil, het is je zaak niet! Ik zeg nooit niets over andermans zaak, tenzij een advocaat echt rare dingen flikt, zoals Brammetje Horlepiep. Hij wil terugkomen als advocaat, wist je dat? Ik mag hopen, dat hogere machten ons daarvoor zullen behoeden, maar ik sta nergens meer van te kijken.’

Waar ligt de oorsprong van uw strijd voor de rechtsstaat, denkt u?

‘Ik heb een stevig ontwikkeld rechtvaardigheidsgevoel, van huis uit meegekregen. Ik leerde van mijn ouders, dat de overheid er is om ons te dienen, maar dat de overheid ook heel erg gevaarlijk kan worden.’

Uw vader zat tijdens de oorlog in het verzet. Hij was niet joods, maar is in Auschwitz tewerkgesteld, waar hij vreselijke dingen heeft gezien. Hij ontsnapte met behulp van een vervalst ID bewijs. Praatte hij over zijn verleden?

‘Ik heb eerlijk gezegd inmiddels moeite het hierover te hebben in interviews. Ik heb alle reden om retetrots te zijn op hoe mijn ouders door de oorlog zijn gekomen. Maar ik merkte als ik er iets over zei in een interview, ik een shitload aan narigheid over me heen kreeg. Ik kreeg dan mailtjes, waarin we me precies werd verweten, wat ik Brammetje altijd verweet.’

Dat u dat oorlogsverleden aan het uitventen was.

‘Juist. Als Brammetje geconfronteerd werd met zijn falen, werd al vrij snel het verleden van zijn vader in stelling gebracht. Mijn familie heeft me nu gevraagd het er niet meer over te hebben. Weet je, het kómt daar ook niet uit voort, bij mij. Denk ik. Mogelijk ook wel. Maar ik ga het er niet meer over hebben. Ik merkte op een dag, dat er door een historica gezocht werd in het verleden van mijn vader, of hij niet tóch fout was geweest. Zij probeerde zelfs meerdere kranten op dat spoor te zetten, tevergeefs uiteraard.’

En wie had deze historica gevraagd in het verleden van uw vader te duiken?

‘Een van mijn vijanden, ik heb wel een vermoeden, maar dat zeg ik niet hardop.’

U praat er liever niet meer over, maar tegelijkertijd ziet u, dat blijkt ook tijdens dit interview, de Tweede Wereldoorlog als het morele ijkpunt

. ‘Daar betrap ik mezelf wel steeds op, dat klopt. Misschien een tweede generatie dingetje. Die oorlog ís ook retebelangrijk geweest. Dat dit nooit meer mocht gebeuren, werd er bij ons thuis in geramd. Daarom vind ik mensen als Wilders ook zo afschuwelijk, net als die nieuwe griezel, Baudet. Een gemeenschappelijke vijand creëren: doodeng. Ik heb er ooit over gedacht een one issue partij op te richten: de WDKU partij, Wilders De Kamer Uit. Het mocht alleen niet van mijn kantoorgenoten. Jammer, want ik denk ,dat ik wel wat stemmen zou kunnen behalen.’

CV Nico Meijering

1962 Geboren in Amsterdam op 11 april.

Studeert Nederlands recht aan de Universiteit van Amsterdam en loopt tijdens zijn studie stage bij de narcoticabrigade van de politie Amsterdam.

1988 Beëdigd als advocaat.

1991 Eigen kantoor met o.a. Bénédicte Ficq en Leon van Kleef. Geruchtmakende zaken zijn onder meer de Raampoort zaak, de rechtszaak tegen de Hells Angels, en de rechtszaken Passage, drugszaak Garuda (met diplomatieke rel met Indonesië tot gevolg) en de zaak van Mink K. Tot de cliënten van Meijering behoren ook Estelle Cruijff, Rob Scholte en Jelle Brandt Corstius. Meijering werkte mee aan de advocatenseries Pleidooi en Keijzer en De Boer (hij schreef voor beide series een script voor een aflevering).

Meijering woont samen en heeft een dochter en een zoon.

De Volkskrant, 23 december 2017, 02:00

https://www.volkskrant.nl/binnenland/de-georganiseerde-misdaad-moet-bij-hem-zijn-topadvocaat-nico-meijering~a4547048/

De Verdediging – Seizoen 1 Aflevering 1

Ruim anderhalf jaar lang volgde regisseur Monique Nolte dé strafpleiters van het spraakmakende advocatenkantoor Ficq & Partners Advocaten. Dit vierluik biedt een kijkje achter de schermen van de Nederlandse top in strafrechtadvocatuur. De clientèle varieert van Dino Soerel in de spraakmakende Passagezaak tot aan Harry Ramakers van motorclub Bandidos. Ook de eerste strafzaak tegen de tabaksindustrie vormt een rode draad in de serie.

http://www.dailymotion.com/video/x65pas3

http://www.dailymotion.com/video/x65pas3

De Verdediging – Seizoen 1 Aflevering 2

Ruim anderhalf jaar lang volgde regisseur Monique Nolte dé strafpleiters van het spraakmakende advocatenkantoor Ficq & Partners Advocaten. Dit vierluik biedt een kijkje achter de schermen van de Nederlandse top in strafrechtadvocatuur. De clientèle varieert van Dino Soerel in de spraakmakende Passagezaak tot aan Harry Ramakers van motorclub Bandidos. Ook de eerste strafzaak tegen de tabaksindustrie vormt een rode draad in de serie.

http://www.dailymotion.com/video/x65pas4

http://www.dailymotion.com/video/x65pas4

De Verdediging – Seizoen 1 Aflevering 3

Ficq zoekt naar invalshoek om aanklacht tegen tabaksindustrie te kunnen doen. Juriaan de Vries moet in zijn eerste moordzaak pleiten. Voorbereidingen slotzitting voor Passagezaak zijn in volle gang.

http://www.dailymotion.com/video/x66qghy

http://www.dailymotion.com/video/x66qghy

De Verdediging – Seizoen 1 Aflevering 4

Ficq zoekt naar invalshoek om aanklacht tegen tabaksindustrie te kunnen doen. Juriaan de Vries moet in zijn eerste moordzaak pleiten. Voorbereidingen slotzitting voor Passagezaak zijn in volle gang.

http://www.dailymotion.com/video/x671yxk

http://www.dailymotion.com/video/x671yxk