Ralph Posset – In de topsport is met alle dobbelstenen geknoeid, maar Yuri moest hangen

Het nadeel van stadsgenoten is, dat je te veel van ze weet. Zeker in een middelgrote stad, waar slechts een handvol bekende Nederlanders wonen.
En dus weet ik, hoewel ik hem nog nooit heb ontmoet, veel over mijn stadsgenoot Yuri van Gelder. Zoals ik al zei: te veel.
En toch heb ik diep respect voor deze jongen, die eeuwig een jongetje zal blijven en waarvan je nu al weet, dat hij zich ook voor een derde, vierde en vijfde keer gaat stoten aan dezelfde steen.
Het is de steen, die iedereen, die over een beetje rock & ‘roll beschikt, kent alsof het zijn eigen steunzool is. De steunzolen, die volgens de orthopedist alle kwaaltjes zouden verhelpen, maar die na vijf dagen irritatie in de garage werden gesmeten en daarna nooit meer zijn gezien.

Yuri weet zelf wat goed voor hem is. Staat op een voor turners bejaarde leeftijd nog immer aan de wereldtop.
Heeft zijn demonen meerdere malen weten te overwinnen.
Maar de duivels van de bureaucratie hebben hem er toch onder gekregen. De bestuurders van het NOC/NSF hebben in hun wijsheid besloten, dat Yuri van Gelder onwaardig is om voor ons land te strijden op het hoogst haalbare niveau.
Sport als smetteloos visitekaartje.
En dat, terwijl iedereen weet, dat in de topsport met elke dobbelsteen is geknoeid.
Maar hoe groot de medicijnkasten tegenwoordig ook zijn, in het openbaar een biertje te veel drinken is intolerabel.
Hypocrisie tot het gaatje uitgevoerd.

En daarom huilt mijn hart voor Yuri. De doorzetter, die volgens elke sportwet al lang met pensioen had moeten zijn.
De Pietje Bell van het turnen, die wordt behandeld alsof hij Jack The Ripper himself is.