Nausicaa Marbe – Vaarwel Joost Zwagerman

Het is bijna symbolisch: deze column verschijnt op 11 september en gaat over Joost Zwagerman, die afgelopen week zelfmoord pleegde. Precies veertien jaar na de terroristische aanslag in New York wil ik de schrijver Zwagerman herdenken als bedreven, alerte, scherpe, wijze columnist en debater over de onderwerpen die in de grimmige wereld waarin Al-Qaeda zich manifesteerde, zo prangend actueel werden. Als opiniemaker over misstanden en kansen in multicultureel Nederland, over de fouten van linkse partijen die van hun idealen afdreven, over verkettering vanuit kringen van ‘weldenkenden’ en de dubbele moraal ten opzichte van het geloof, in het bijzonder de islam.

En zo veel meer. Want Zwagerman zag alles, las alles en corrigeerde met verve elke stupiditeit in het ooit zo verkrampte, door politiek correcte dogma’s geplaagde integratiedebat dat na 11 september 2001 losbarstte. Hij behoorde tot de weinige schrijvers die niet bang waren zich uit te spreken over ongemakkelijke zaken die door velen vermeden werden. Over onderwerpen die nauw verwant zijn met de vrijheid van meningsuiting en die anderen lieten rusten: te controversieel en hachelijk. Want voor je ’t wist stond je te boek als Fortuynist of Wilderiaan: slecht voor de nering in een door links gedomineerd cultureel klimaat.

De snelle denker en verbaal begaafde Zwagerman was daarin gelukkig niet zo berekenend. Hij uitte kritiek en zocht naar oplossingen met een grote sociale betrokkenheid. Voor Zwagerman bestonden er geen dichtgetimmerde waarheden, rotsvaste posities in het debat of definitieve conclusies. Zijn columns, essays of pamfletten waren een spannend denkavontuur vol inzicht en (vileine) ironie. De schrijver van romans die ik niet kon wegleggen, nam de lezer ook moeiteloos mee op de vleugels van zijn kraakheldere maatschappijkritiek. Lucide, dat was hij. Dat heeft schrijfster Jessica Durlacher goed verwoord, in de uitzending van De wereld draait door die geheel aan hem was gewijd.

Die luciditeit was een noodzakelijk wapen. Want Zwagerman ageerde tegen het luie, minachtende, ooit welig tierende denken van prominenten van het linkse establishment. Even het geheugen opfrissen. In die tijd was het bon ton dat Volkskrant-gezicht Jan Blokker adviseerde onderduikadressen te zoeken tegen ’de Mussolini van de eenentwintigste eeuw’ (Pim Fortuyn), dat schrijver Geert Mak filmwerk van Ayaan Hirsi Ali vergeleek met propaganda van Joseph Goebbels en dominee Huub Oosterhuis de moord op Theo van Gogh door een moslimfundamentalist weeïg meende te begrijpen als ’wreken’ nadat je ’getergd’ bent.

Ook golden de pathologische scheldkanonnades en karaktermoorden door Hugo Brandt Corstius als toppunt van verfijnde ironie en beweerden intellectuelen dat moslims de nieuwe Joden waren. Econoom Rick van der Ploeg snaterde dat Paul Scheffer, auteur van Het multiculturele drama en daarom door Brandt Corstius tot racist verklaard, het land uitgeschopt moest worden. Marcel van Dam, VARA-miljonair en grootgrondbezittend PvdA-boegbeeld, achtte degenen die anders dachten dan hij minderwaardige mensen, Pim Fortuyn voorop.

Nu ik dit opschrijf realiseer ik me weer in welk gekkenhuis we jarenlang hebben geleefd. In een open inrichting waarin een te groot deel van de intelligentsia vertederd bleef toeknikken als blagen van islamitische komaf die met Bin Laden en Mohammed B. dweepten, respect opeisten.

In die wereld op z’n kop was achterstallig onderhoud te doen. Zwagerman pakte het voortvarend aan. In zijn vlammende essay Hitler in de polder rekende hij af met de kwaadaardige verkettering als nazi door een dominante groep linkse intellectuelen. Hun slachtoffers waren heldere (vaak ook linkse) geesten die de kloof tussen feit en ideologie in multicultureel Nederland aantoonden. Zelden is die elite demoniseerders zo direct in z’n hemd gezet. Zwagerman toonde hoe schijnheilig, onmenselijk en bespottelijk de morele superioriteit van links uitpakte.

Eenzelfde hypocrisie ten opzichte van het geloof fileerde Zwagerman in Vrij van God. Weer alle ongerijmdheden helder op een rij: hetzelfde goddeloze establishment dat zich verlustigde in het uitschelden en beledigen van christenen, schreeuwde moord en brand bij ’belediging’ van de islam. Door fundamentalisten bedreigde moslims of afvalligen kregen van deze zelfverklaarde moreel superieuren een fluim in hun nek toe. Samen met een valse trap na.

Ondanks zijn felle kritiek keerde Zwagerman zich niet tegen links. In zijn pamflet De schaamte voor links legt hij uit dat zijn kritiek voortkwam uit schaamte voor de ’domheid’, de ’leegte’ en de ’terreur’ van links. Na zijn dood zei minister van Onderwijs Bussemaker op televisie dat ze dat essay gaat lezen. Beslist doen, Jet. Want het bevat een brandende aanklacht tegen de bedroevende staat van ons onderwijs en de verwaarlozing van onze kinderen door het Nieuwe Leren: de onderwijsvernieuwing ondertekend door PvdA-politici. Wat zou het mooi zijn als dat rechtgezet wordt. Ook als een postuum eerbetoon aan Zwagerman.

Want ondanks zijn nietsontziende kritiek bleef hij geloven in het progressieve gedachtegoed en in linkse partijen die hij het liefst zag fuseren in een electoraal blok. Zonder twijfel had hij twijfels over de realiteitszin van zijn droom. Maar zonder idealen had hij nooit met zo veel hartstocht opinies kunnen schrijven. Joost was geen sloper, hij wilde analyseren, rechtzetten, veranderen. Te vroeg verliet hij als columnist het integratiedebat dat hem begon te vermoeien en te vervelen. En vooral: veel te vroeg is hij uit het leven gestapt.

De Telegraaf, vrijdag 11 september 2015

http://www.telegraaf.nl/opinie/24481165/__Vaarwel_Joost_Zwagerman__.html