Mels-Werner Dees – Rob Scholte: waarheid of imitatie

Is het nabootsen van de werkelijkheid kunst? En het nabootsen van andere kunstwerken? Volgens Plato was beeldende kunst niet erg waardevol omdat het slechts een kopie van het afgebeelde voorwerp was. Hij zou dan ook niet veel hebben met de ‘Embroidery Show’ van Rob Scholte, die geborduurde namaken van bekende kunstwerken omgekeerd inlijstte. Onze eigen Mels-Werner Dees interpreteert het werk van Rob Scholte aan de hand van het Griekse concept mimesis.

Een pakketje met doek, draad en een borduurpatroon. Dat, en urenlange huisvlijt zijn nodig om een geborduurde imitatie van de Nachtwacht of van een Melkmeisje aan de muur te kunnen hangen. Rob Scholte verzamelde honderden borduurwerken, lijstte die verkeerd om in en stelde ze al meerdere keren ten toon. Eerst in Rotterdam (Galerie Animaux) en tot afgelopen maand in Zwolle (Museum de Fundatie). Scholte geeft met deze ’Embroidery Show’ (1) een fascinerend inzicht in het klassieke begrip mimesis (μίμησις).

Plato had niet veel met beeldende kunst, ze leidde volgens hem tot schijn en bedrog. Waar een ambachtsman zijn best doet een bed te timmeren dat recht doet aan het idee ‘bed’, daar beeldt een schilder die een bed op het doek zet slechts een kopie af, een imitatie, waarop je niet eens kunt liggen. Plato verstaat mimesis dan ook als nabootsing, kopie, vervalsing, onwaarheid of imitatie. Aristoteles ziet de mimesis positiever: hij stelt dat herhaling iets kan toevoegen. Mimesis kan, zo betoogt de vorig jaar overleden filosoof Samuel IJsseling in zijn werk ‘Mimesis’, in dat geval ook staan voor transpositie, interpretatie, uitbeelding. (2)
Mimesis kan zowel bij Plato als Aristoteles niet los gezien worden van ‘herhaling’, meent IJsseling. Wie spiegelt, varieert of imiteert herhaalt – meer of minder exact – een origineel. Herhaling speelt een rol bij alle kunstdisciplines. Allereerst natuurlijk de herhaling in de betekenis van nabootsing: schilderijen, beelden en foto’s die een persoon, voorwerp of omgeving weergeven. Rembrandts Nachtwacht zal een redelijk waarheidsgetrouwe weergave zijn van de verschillende heren die geportretteerd staan.
De dames die een Nachtwacht op miniformaat borduren, zullen zich ook tevreden tonen als anderen in hun werk het beroemde origineel herkennen, hoewel in dat geval sprake is van een kwalitatief veel mindere afspiegeling. Het borduurwerk is de herhaling of imitatie van het originele kunstwerk – dat op zijn beurt weer een afbeelding van een groep poserende mannen is.

Thema en motief

Vormen van herhaling spelen ook een rol in muziek en poëzie. Een ritme of een muzikaal motief kan slechts ontstaan door herhaling. Compositievormen als de fuga, de sonate en variaties zijn gebaseerd op herhaling- en variatiepatronen, net als rijmschema’s in de poëzie. Sterker nog, zodra er thematisch wordt gewerkt kan pas een onderscheid ontstaan tussen origineel (thema) en de verschillende variaties. De mimesis maakt het origineel pas tot origineel. Imitatie maakt het ware waar. Door (subtiele) verschillen in deze herhalingen ontstaan daarnaast variaties, afwijkende patronen die de aandacht trekken van de luisteraar en die zo bijdragen aan de kracht van een kunstwerk.
Ook deze vorm van mimesis herkennen we als we Scholtes ‘Embroidery Show’ bezoeken. De kunstenaar hangt niet slechts één borduurwerk naar het patroon van het Melkmeisje op, maar direct tientallen – en Scholte doet dat met haast alle af- en uitgebeelde schilderijen.
Hierdoor ontstaat een afwisseling, een ritme gebaseerd op subtiele verschillen in het borduurwerk – al het andere is namelijk gestandaardiseerd: alle werken in een serie hebben hetzelfde formaat lijst. Scholte maakt op deze manier de technische vaardigheid, de kwaliteit van het borduurwerk tot thema.

IKEA-posters

Rob Scholte wil, in een tijdperk dat mensen posters kopen bij IKEA en niet langer zelf handwerken het noeste werk, de worsteling met de techniek van het borduren zichtbaar maken. Martin Bril schrijft in de catalogus bij de tentoonstelling dat Scholte de achterkant van deze ‘geborduurde’ clichébeelden’ laat zien. (3)
Het is echter nog sterker: zoals een cliché voor fotografen en drukkers een voorstelling ‘in negatief’ is – een stadium tussen origineel en kopie, tussen ware werkelijkheid en afbeelding -, zo toont Scholte door de achterkant van de bijna 1.000 borduursels tot voorkant te maken, in zeker opzicht een variatie op het cliché – namelijk het spiegelbeeld.
Vanaf het moment dat de oude Grieken zich buigen over het karakter van de mimesis, is het in samenhang gezien met spiegelbeelden. (4) De spiegel ‘waarin alles gebeurt en niets wordt herinnerd’, (5) is gezien als voorwerp waarin de werkelijkheid en elke verandering op de meest volmaakte wijze wordt weergegeven.
Voor schilders die natuurgetrouw schilderen is de spiegel de meest volkomen weergave van het origineel. Het verkeerd-om ophangen van de kunstwerken door Scholte toont echter niet zozeer een stadium tussen origineel en kopie, een camera obscura van de originele prent op weg naar een definitief en weer ‘positief’ verschijnend eindresultaat, maar een onvolmaakt, soms zelf gehavend spiegelbeeld: draden verspringen, zijn slecht afgewerkt of slordig geknoopt.

Kunst of beleving?

Al meteen na de opening van de ‘Embroidery Show’ werd de vraag opgeworpen of bij deze tentoonstelling wel sprake is van kunst. Ralph Keuning, directeur van Museum de Fundatie, is daarover in dagblad Trouw heel duidelijk: “De werken woerden getoond in een kunstcontext, dus is het kunst.” (6) Daar heeft Keuning gelijk in. De tentoonstelling is net zozeer kunst als 4’20’ van John Cage, of het exposeren van Brillo-dozen door Andy Warhol of Mike Bidlo. Maar in dit geval speelt er meer.
Rob Scholte laat een technisch aspect van het afbeelden, van het scheppingsproces zien. τέχνη (techne), dat wat we nu aanduiden met techniek, had voor de oude Grieken ook betrekking op ποίησις (poiesis), dat wat we nu het scheppingsvermogen noemen. Kunst en techniek zijn nauw met elkaar verbonden, zijn familieleden. Techne had daarbij niet per se de betekenis van ‘ beeld’, maar eerder van vaardigheid, bedrevenheid, handwerk. Poiesis had de betekenis van maken, vervaardigen. Niet alleen in technisch opzicht, maar zeker ook schepping zoals die geschiedt door een kunstenaar.

De kracht van Scholte’s expositie is dat hij laat zien waar de variatie in de herhaling plaatsvindt, waar de mimesis huist: in de techniek van de achterkant, in het technische dat normaal gesproken niet gezien wordt.
Wie zichzelf in de spiegel ziet, ziet een vluchtig beeld, analyseert IJsseling. Het is niet alleen een spiegel-beeld, een weerkaatsing van de waarheid. Het verdwijnt ook nog eens zodra je wegloopt van de spiegel: in de spiegel verschijnen mens en ding waar ze niet werkelijk zijn – terwijl het wel een plaats is waar de werkelijkheid kan verschijnen. (7)
Je ziet echter niet waar of hoe die mimesis ontstaat, zoals ook een ouderwetse foto geen inzicht geeft in ontwikkelbaden en fixeer vloeistoffen. De kracht van de ‘Embroidery Show’ is dat Scholte vele invullingen van het begrip mimesis bij elkaar brengt – herhaling, kopie, variatie – én dat hij daarnaast de toeschouwer toont waar de mimesis, de afbeelding van de werkelijkheid echt ontstaat. Namelijk niet zozeer in de esthetiek van de mooie afbeelding die ‘gefabriceerd’ is, maar in de techniek die doorgaans onzichtbaar blijft. In de techniek van het scheppen, de kunst van het voortbrengen.

Noten:
(1) https://museumdefundatie.nl/nl/rob-scholtes
(2) Samuel IJsseling, Mimesis, (Baarn Ambo, 1990), pagina 15.
(3) Martin Bril, “Angst”, Rob Scholte Embroidery Show (Zwolle: Museum De Fundatie / Uitgeverij Waanders & De Kunst, Zwolle), pagina 11.
(4) IJsseling, Mimesis, pagina 30.
(5) IJsseling citeert J.L. Borges.
(6) Trouw, 17-4-2016.
(7) IJsseling, Mimesis, pagina 30.

De Filosoof, periodieke uitgave van de Faculteitsvereniging van Utrechtse Filosofiestudenten voor het departement Filosofie en Religiewetenschap van de Universiteit Utrecht, 2017, Nr. 73, pagina 15-17

http://fufexpluribusunum.nl/links/de-filosoof/

https://www.facebook.com/defilosoof.uu/

http://fufxl.nl/wp-content/uploads/2017/01/De-Filosoof-73.pdf