Kees Engelhart – Niet zomaar een schrijver die Céline

Het ligt voor de hand dat iedere schrijver zich in een hel bevindt, uit welke hel diezelfde schrijver zich door juist datzelfde schrijven tracht te bevrijden. Louis Ferdinand Céline schrijft om te ontkomen aan al het vreselijke, al het afschuwelijke dat de wereld, met name de mensheid, te bieden heeft. Het moge gezegd worden dat Louis Ferdinand Céline daar meer dan volledig in is geslaagd. Wat er vervolgens gebeurt, na twee verpletterende boeken, is dat Louis Ferdinand Céline niet meer buiten het schrijven kan. Louis Ferdinand Céline ketent zichzelf voor het leven. Hij is een slaaf van het schrijven geworden. Een en ander zoekt en vindt hij, het ligt voor de hand, niet alleen in het schrijven. Louis Ferdinand Céline vindt, en onderzoekt, vele mogelijkheden zich tegen de wereld, tegen de mensheid te verzetten. Een haveloze zwerver, een armendokter. Hij zoekt en vindt de armoede, hij slaagt erin beschuldigd te worden van verregaand antisemitisme, Louis Ferdinand Céline, nota bene een dokter, zet zich op een hongerdieet. Daarmee brengt hij uiteindelijk zijn gezondheid in gevaar, aangezien een en ander veel weg heeft van een permanente hongerstaking. Al te makkelijk zou men kunnen stellen dat deze bedreigende vorm van ascetisme niets anders tot doel heeft dan Céline in de juiste grimmige stemming en sfeer te brengen waarin hij zijn gloeiende pijlen op de mensheid af kan vuren. Een en ander uiteraard met sardonisch genoegen. Maar daar gaat het niet werkelijk om, om provocatie alleen, Louis Ferdinand Céline is er op uit het tegenovergestelde van geliefd te worden. Daar gaat het om.
En slagen daarin zal hij, laat dat maar aan Louis Ferdinand Céline over.

Voor Louis Ferdinand Céline, schrijver van uitzonderlijke klasse, begint al zijn schrijven bij niets anders dan het gesproken woord. In dat gesproken woord zit een melodie, en juist die melodie daar gaat het om. Vooral die melodie, de melodie van het gesproken woord, daar ga je, daar moet je, achteraan! De emotionele lijn van het gesprokene is voor Louis Ferdinand Céline het allerhoogste, en al moet Louis Ferdinand Céline het geschrevene tien twintig honderd duizend keer overdoen, wat bij hem regel is en geen uitzondering, wanneer Louis Ferdinand Céline die emotionele lijn kwijt geraakt is, zal en moet hij die melodie terugvinden. Dat is noodzakelijk, dat is een schrijver! Dat is iemand die nadenkt over zijn arbeid. Hij kijkt niet naar zijn uiterlijk, nee, hij beschouwt zijn innerlijk en uit dat innerlijk ontstaat zijn geschreven uiterlijk. Dat allemaal is precies wat Louis Ferdinand Céline gewild heeft, en dat is dat. Daar moeten we het mee doen. Persoonlijk heb ik daar nooit problemen mee gehad, sterker nog ik heb er erg van genoten, en ook nog wat van opgestoken. Ischa Meijer had redelijk de pest aan Louis Ferdinand Céline. Meer kan ik mij niet wensen, want ook Ischa Meijer heb ik lief. Alles voor de kunst!