Henriette Bucciarelli – Ook mevrouw Bulte dwaalt door het leven (35): Rare voeten

Arme mevrouw Bulte. Ze heeft zo’n oud silhouet. Toch dribbelt ze een beetje. En ze lacht.
Dat moet raar zijn, als je zo oud bent. Als je de jaren, die je nog resten op één hand kunt tellen.
Morien helpt de zware bak met water naar de kamer te zeulen. Zo kan de oude buurvrouw daar lekker haar voetjes in weken.
‘Zo,’ zegt mevrouw Bulte en ze stapt met haar voeten in het water. Wat heeft ze een rare tenen met bulten en rond gegroeide nagels.
‘Doe het zout er maar bij, Morien,’ zegt ze ferm.
Morien strooit een half pak zout in het water.
‘Aaaaaaah,’ roept mevrouw Bulte genietend. Vreemd vindt Morien. Zo snel kan het zout toch nog niet werken?
‘Ja, kind, een voetenbad houdt me op de been.’
Morien kijkt naar het water en de witte kronkel voeten.
‘Soms,’ zegt mevrouw Bulte, ‘begin ik er bijna aan te wennen.’
‘Aan je gekke voeten?’ vraagt Morien.
‘Nee, aan het feit, dat ik ben.’
‘Maar u bent er toch al honderd jaar?’
‘Welnee, drie en zeventig. Maar dat is net zo ongelooflijk. En nog altijd kan ik niet in mijn stoel zitten met het gewicht van iemand, die weet, dat hij er is.’
‘Maar ik weet nu al, dat ik er ben,’ zegt Morien ‘en ik ben pas negen.’
‘Dat is benijdenswaardig’ zegt mevrouw Bulte. ‘Ik vind het nog steeds vreemd.’
Morien denkt na. ‘Nu ja, soms als ik alleen op het schoolplein ben en ik over de heg kijk, dan zie ik de winkels. Dan denk ik, waarom ben ik toevallig hier op het plein en niet toevallig in die winkel daar?’
‘Precies,’ zegt mevrouw Bulte, ‘waarom ben ik nou deze mens? Waarom ben ik geen beroemde actrice? Of een lid van het kabinet? Dat is toch eigenlijk heel vreemd.’
Morien vindt daar niets vreemds aan.
‘U bent gewoon mevrouw Bulte.’
‘Maar ik ben eigenlijk mevrouw Bulte helemaal niet. Ik bedoel, dat ik voor mijn gevoel een heel ander mens ben. Een bijzondere vrouw.’
Morien probeert het bijzondere uit mevrouw Bulte te voorschijn te kijken, maar het lukt haar niet.
Opeens balt mevrouw Bulte haar vuisten. ‘Ik ben het eigenlijk spuugzat om mevrouw Bulte te zijn. ‘Bah!‘ Ze stampt zo hard, dat het water uit de bak golft.
‘Ho, ho!’ roept Morien.
Ze droogt gauw het tapijt met een handdoek.
Mevrouw Bulte zegt heel lang niets meer. Ze denkt na over haar diepe gevoelsleven.
‘Weet jij al wat je later wilt worden?’ vraagt mevrouw Bulte opeens. Ze zit helemaal voorover gebogen met haar handen in het water en krabt aan een uitsteeksel op haar voet.
Morien haalt haar schouders op.
‘Misschien iets met dieren. Of stewardess. Dan krijgen alle mensen een bordje eten.’
‘Ja, kind,’ zegt mevrouw Bulte met een zucht. ‘Jij bent er gewoon, en dat is te benijden.’