Gustav Mahler – Das Trinklied Vom Jammer Der Erde (audio)

Schon winkt der Wein im goldnen Pokale,
doch trinkt noch nicht, erst sing ich euch ein Lied!
Das Lied vom Kummer soll auflachend in die Seele euch klingen.
Wenn der Kummer naht, liegen wüst die Gärten der Seele,
welkt hin und stirbt die Freude, der Gesang.
Dunkel ist das Leben, ist der Tod.

Herr dieses Hauses!
Dein Keller birgt die Fülle des goldenen Weins!
Hier, diese Laute nenn ich mein!
Die Laute schlagen und die Gläser leeren,
das sind die Dinge, die zusammen passen.
Ein voller Becher Weins zur rechten Zeit
ist mehr wert als alle Reiche dieser Erde!
Dunkel ist das Leben, ist der Tod.

Das Firmament blaut ewig, und die Erde
wird lange fest stehn und aufblühn im Lenz
Du aber, Mensch, wie lang lebst denn du?
Nicht hundert Jahre darfst du dich ergötzen
an all dem morschen Tande dieser Erde!
Nur ein Besitztum ist dir ganz gewiss:
Das ist das Grab, das grinsende, am Erde.
Dunkel ist das Leben, ist der Tod.

Seht dort hinab!
Im Mondschein auf den Gräbern
hockt eine wild-gespenstische Gestalt –
Ein Aff ist’s!
Hört ihr, wie sein Heulen hinausgellt
in den süßen Duft des Lebens!
Jetzt nehmt den Wein! Jetzt ist es Zeit, Genossen!
Leert eure goldnen Becher zu Grund!
Dunkel ist das Leben, ist der Tod.

Nederlandse vertaling:

Drinklied op het aardse tranendal

Reeds wenkt de wijn in gouden bokalen
Doch drink nog niet!
Eerst zing ik u een lied!
Dat lied vol kommer
Zal hard gelach in de zielen doen klinken
Als de kommer kwelt
Slaan ze kaal, de tuinen der zielen
Verwelkt en sterft de vreugde , het gezang
Donker is het leven, is de dood

Heer des huizes
Je kelder bergt een weelde aan goudgele wijn
Hier, deze citer is voor mij
De snaren raken en de glazen legen
Dat zijn de dingen die goed samen passen
Een volle beker wijn, zo op z’n tijd
Is meer waard , is meer waard, is meer waard
Dan alle rijkdom hier op aarde!
Donker is het leven, is de dood

Het hemelblauw blijft eeuwig
En de aarde – zal lang nog vaststaan –
Groeit en bloeit in mei
Jij echter, mens
Hoe lang leef dan jij?
Geen honderd jaren mag je je vermaken
Met mies en mors gebeuzel hier op aarde

Kijk, daar omlaag!
In maanlicht op de graven
Hurkt een verwilderd stakkerig figuur
Een aap is ’t!
Hoor je zijn gejammer
Als wanklank in de zoete roes des levens?
Nu, neem de wijn, nu is het, tijdgenoten!
Leeg jullie gouden bekers maar gauw
Donker is het leven, is de dood

Hertaling: Jan Rot
Das Lied von der Erde, eine Symphonie für eine Tenor- und eine Alt- (oder Bariton-) Stimme und Orchester is een grote symfonische liederen-cyclus van componist Gustav Mahler (1860-1911). De cyclus ontstond gedurende 1908 en 1909 en is geënt op gedichten naar oud-Chinese bronnen van Hans Bethge (1876-1946). Deze Duitse dichter vertaalde de gedichten uit het Frans, waarbij hij zich baseerde op de vertaling van de sinoloog Marie-Jean-Léon, Marquis d’Hervey de Saint Denys (1822-1892). Bethge’s bloemlezing Die chinesische Flöte (1907), waarvan ook Mahler gebruikmaakte, was een immens populair voorbeeld van Europese literaire chinoiserie.

Voor de bezetting koos Mahler een groot symfonieorkest en twee zangsolisten (een alt of bariton en een tenor). De première vond, na Mahlers dood, plaats op 20 november 1911 in München onder dirigentschap van Bruno Walter.

Das Lied von der Erde telt zes delen. Mahler zette voor elk deel een gedicht van Hans Bethge uit Die chinesische Flöte op muziek. Tussen haakjes staat de originele Chinese dichter vermeld:

Das Trinklied vom Jammer der Erde (Li-Tai-Po, 701–762)
Der Einsame im Herbst (Qian Qi, 710-782)
Von der Jugend (Li-Tai-Po)
Von der Schönheit (Li-Tai-Po)
Der Trunkene im Frühling (Li-Tai-Po)
Der Abschied (Mong-Kao-Yen, 689/691–740 en Wang-Wei, 698–761)

Met het Lied von der Erde begon de late periode van het werk van Mahler, waarin hij een duidelijk nieuwe toontaal neerzette vergeleken met zijn eerdere werken. Mahler begon de compositie in 1907, het jaar waarin drie belangrijke gebeurtenissen in zijn leven plaatsvonden. Mahlers oudste dochter Maria Anna (bijnaam ‘Putzi’) overleed op vierjarige leeftijd aan difterie. Na een door antisemitisme ingegeven campagne in de pers tegen Mahler, moest hij aftreden als directeur van de Weense Staatsopera. Verder ontdekten artsen dat jaar een ernstige hartziekte, waaraan Mahler vier jaar later zou komen te overlijden. In deze toestand bestudeerde Mahler de zes Chinese gedichten. Hij ontwikkelde vanuit de soberheid van de tekst een even sobere toontaal, die in schril contrast staat met eerder werk, waarin hij enorme orkesten en koren voorgeschreven had.

Mahler vermeed voor Das Lied von der Erde de titel ‘Symfonie’, die hij overigens wel in de ondertitel gebruikte. Hij was bang dat een negende symfonie (zoals bij zijn voorbeelden Ludwig van Beethoven en Anton Bruckner) wel eens zijn laatste zou kunnen zijn. Toch past het werk binnen de vormcriteria van een symfonie, net als de andere late Mahler-symfonieën, zodat het met evenveel recht een liederen-cyclus als een symfoniecantate kan worden genoemd. Het werk valt op, omdat het enerzijds in de tijdspanne van twee jaar rond Mahlers echte 9e symfonie ontstond, anderzijds vanwege de ongewone orkestratie en stemming. Mahlers vriend en de dirigent van de première Bruno Walter verwonderde zich er als volgt over:

“Ist es wirklich derselbe Mensch, der‚ in Harmonie mit dem Unendlichen‘ den Bau der Achten errichtet hatte, den wir nun im Trinklied vom Jammer der Erde wieder finden? Der einsam im Herbst zur trauten Ruhestätte schleicht, nach Erquickung lechzend? Der mit freundlichem Altersblick auf die Jugend, mit sanfter Rührung auf die Schönheit schaut? Der in der Trunkenheit Vergessen des sinnlosen irdischen Daseins sucht und schließlich in Schwermut Abschied nimmt? […] Es ist kaum derselbe Mensch und Komponist. Alle Werke bis dahin waren aus dem Gefühl des Lebens entstanden […] Die Erde ist im Entschwinden, eine andere Luft weht herein, ein anderes Licht leuchtet darüber […].”
— Bruno Walter