Forum voor Democratie (FVD) – Breek het Kunstkartel!

Vandaag 28 september 2017 opent in het gemeentehuis van het 5de arrondissement te Parijs de expositie “Présence de la peinture en France» (1974-2016)”, waar de “ware schilderkunst” geëxposeerd zal worden. De tentoonstelling is een aanklacht tegen hedendaagse kunstenaars als Jeff Koons en Anish Kapoor, aan gezwendeld door niemand minder dan Marc Fumaroli, een van Frankrijks belangrijkste estheten. Het is een daad van verzet tegen de perverse kunstmarkt ,waar het grote geld en wanstaltige werken over elkaar heen buitelen.

Niemand zou dit verzet beter kunnen belichamen dan Marc Fumaroli, historicus en lid van de Académie Française, een ware “immortel” (zoals hij met 39 andere top intellectuelen door de Franse staat genoemd wordt). Fumaroli geniet veel aanzien in Frankrijk als essayist, en heeft de laatste jaren van zich doen spreken als kunstcriticus. Zo stond hij op de barricaden tegen tentoonstellingen van Koons en Takashi Murakami in Versailles, die met hun werken de Franse nationale identiteit zouden besmeuren.

Fumaroli legde zijn theorie vast in het veel geprezen werk ‘Paris-New York et retour. Voyage dans les arts et les images’ (Fayard 2009), waarin hij de twee grote problemen, die de kunstwereld sinds de 20ste eeuw teisteren, uitdiept: de onvervalste lelijkheid van de beeldende kunst en de giftige werking van het Grote Geld. Tot zijn eigen schaamte moet hij daarbij vaststellen, dat de Fransman Marcel Duchamp aanzet gaf tot deze omwenteling. Het was namelijk Duchamp, die met zijn ready mades de weg opende naar de pop art. Het geheel explodeerde vervolgens in 1968, toen de beeldende kunst alle tradities en regels overboord gooide, en de weg opende voor totale chaos en afzichtelijkheid. Kers op de taart vormde, onder leiding van de Londense publicist Charles Saatchi, de Young British Artists, waar onder andere Damien Hirst deel van uitmaakt. Onder hen bereikt de gewaarwording, dat provocatie leidt tot publiciteit, en publiciteit leidt tot geld een nieuw hoogtepunt.

Voor Fumaroli verdient kunst pas de naam kunst, als deze schoonheid schept. De huidige kunstmarkt keert zich tegen dit principe door de nadruk te leggen op kunstwerken met een grens verleggende afzichtelijkheid of brutaliteit. Het doel is niet meer om het publiek te verzadigen of te onderwijzen, maar om het van zijn stuk te brengen. Hoe groter de schok, hoe groter het bod. De media spelen onder een hoedje met deze nieuwe tendens, door beeldende kunstenaars als Koons en Hirst de hemel in te prijzen. Fumaroli spreekt zelfs van esthetisch terrorisme. Belangrijke schakel binnen dit proces vormt de kleine elite van miljardairs, die de markt dicteert. Als voorbeeld voor de huidige gang van zaken noemt Fumaroli kunstenares Tracey Emin, die, terwijl ze haar eigen vieze bed exposeerde in de Royal Academy, het toch voor elkaar krijgt om onder de rijkste verzamelaars ter wereld een van de meest gewilde kunstenaars te zijn.

Deze vicieuze cirkel van het geld, dat de afzichtelijkheid in stand houdt zal doorbroken moeten worden om de kunstwereld weer in ere te herstellen. Esthetiek is op een tweede plan is geraakt. Koons, Hirst of Emin grote hedendaagse kunstenaars noemen? Fumaroli wijst dit stellig af: “Tenzij je een aanhanger bent van het ‘postmodernisme’ en het woord ‘kunst’ van toepassing is op van alles en nog wat, is het onmogelijk om de recente Amerikaanse en Engelse industriëlen te kwalificeren als ‘grote hedendaagse kunstenaars’.”

De expositie “Présence de la peinture en France» (1974-2016)” zal kleinschalig verzet moeten bieden. Niet alleen tegen de megalomane hedendaagse kunstwereld, die in het teken staat van de geïndustrialiseerde massaproductie van beeld, maar ook als podium voor de ware schone kunsten. De kunstenaars, die deelnemen aan de expositie onderscheiden zich van andere hedendaagse kunstenaars door het klassieke onderwijs, dat zij hebben genoten. Enkelen proefden het geluk door een professor in de traditionele schilder technieken onderwezen te worden. De meerderheid was aangewezen op boeken als lesmateriaal. Maar hun passie en doorzettingsvermogen resulteren in een expositie in de traditie van grote meesters als Monet en Matisse. We spreken hier van een herontdekking van schone kunst.

Het gemeentehuis van het 5de arrondissement bevindt zich in de schaduw van het Pantheon, tempel van alle grote Fransen, die de nagedachtenis aan de vaderlandse geschiedenis levend houden. “Présence de la peinture en France» (1974-2016)” had zich geen betere locatie kunnen wensen. Een kleine daad van verzet onder het toeziend oog van Charles de Gaulle, maar wellicht een eerste stap richting de herwaardering van schoonheid binnen de kunsten. Was heel de kunstsector bezeten? Nee, een kleine groep bleef moedig weerstand bieden.

Forum voor Democratie, 28 september 2017

https://forumvoordemocratie.nl/actueel/breek-het-kunstkartel

http://www.parisetudiant.com/etudiant/sortie/presence-de-la-peinture-en-france-1974-2016.html