Edzard Dideric – Korte geschiedenis (83) van het oude huis

Stella, waar heb je voor bij mij introk eigenlijk gewoond?
In een huis, Kasper.
Je meent het. Maar waar stond het?
In dezelfde stad als waar we nu wonen.
Ligt het hier ver vandaan?
Wat heet ver, valt wel mee.
Zullen we er een keer samen gaan kijken?
Ik zou niet weten waarom.
Ben je niet benieuwd? Misschien is het erg veranderd.
Waarschijnlijk staat het nog altijd in exact dezelfde klote straat, in exact dezelfde klote buurt…
Dat weet je pas als je er daadwerkelijk gaat kijken.
Goed, jij je zin. Alleen niet nu.

Omdat het huis stilaan een dagje ouder werd, liet zijn geheugen zo af en toe een steekje vallen. Maar een ding wist het absoluut zeker: de oorspronkelijke bewoners waren er, via allerlei ingewikkelde maar noodzakelijke omwegen, al sinds jaar en dag naar onderweg. Okay, ze waren op een dag inderdaad vrij abrupt vertrokken, maar dat was slechts om in de toekomst als herboren naar het door hen zo innig geliefde geboortehuis terug te keren.

Toch was het oude huis best wel belangrijke zaken vergeten. Een voormalige buurvrouw die ze op het station ontmoette, vertelde Stella dat het oude huis op een zeker moment onbewoonbaar was verklaard. Waarna het totaal vervallen, en na veel vijven en zessen, uiteindelijk was gesloopt en in vrachtwagens naar de stortplaats voor grof vuil getransporteerd. Er scheen nu op exact dezelfde plek, overigens een geheel nieuw en volkomen verschillend huis te staan.

Maar goed, tot op heden verkeerde het oude huis nog altijd in de waan dat er nooit en te nimmer iets was veranderd, en dat het er nog precies zo bij stond als toen Stella de deur (met een letterlijk oorverdovende klap) achter zich had dichtgeslagen. Sterker nog, het was in blijde verwachting van de steeds waarschijnlijker wordende terugkeer van de betreffende jongedame. Omdat de bevestiging van zijn bestaan min of meer van haar afhing, was het niet meer dan logisch dat het huis verlangde naar haar wederkeer, haar finale thuiskomst. Zelf wilde Stella, diep in haar hart, ook niets liever dan het voormalige huis op dezelfde vertrouwde plek aantreffen. Desalniettemin bleef ze de hernieuwde kennismaking voortdurend voor zich uitschuiven. Waarom? Ten eerste maakte het deel uit van haar persoonlijke geschiedenis, en die wilde ze het liefst onaangetast laten. Ten tweede had Stella geen bijster geweldige herinneringen aan haar leven van toen. Haar vertrek van destijds had verband gehouden met de bijzonder pijnlijke scheiding van haar ouders. Iets waar het huis weliswaar geen of weinig schuld aan had, althans niet in directe zin, maar toch…
De derde reden vloeide er min of meer uit voort. Ze was zich gaandeweg met het huis gaan vereenzelvigen, met als logisch gevolg dat ze al meer medelijden met het huis gekregen had. Het idee onverhoopt gesloopt te blijken, zonder er iets van gemerkt te hebben, brak haar hart. Ze schrok ervoor terug om dit het huis zowel als zichzelf, aan te doen. Door zolang mogelijk weg te blijven, hoopte ze het zolang mogelijk overeind te houden.