Edzard Dideric – Korte geschiedenis (149) van de eenzaamheid

Desolaat was het woord. Zo kwam ze op mij over. En oud voor haar leeftijd. Al viel dat, de vrouw nooit eerder gezien hebbende, uiteraard niet te bewijzen. Ze zat drie tafeltjes verderop. Staarde eindeloos naar haar koffie. Doopte er toen opeens, met trouwring en al, haar vinger in. Tien seconden later haalde ze hem uit het kopje. Maar dan zonder ring.

De stilte in het restaurant werd verbroken. Zachte orkestklanken zweefden door de ruimte. Ik zag de vrouw een asbak naar zich toe trekken en een sigarettenkoker uit haar handtas opdiepen. Met een sigaret tussen de lippen wachtte ze op een galant persoon die een vuurtje kwam brengen. Toen deze het af liet weten, ging de sigaret terug in de koker. De stoel tegenover haar was en bleef onbezet. Haar vermoedelijke echtgenoot, was al geruime tijd geleden naar het toilet gegaan. Ik vroeg al de hele tijd af waar ie bleef. De vrouw ook, nam ik aan.

Haar blik richtte zich op het tweede kopje, aan de overkant van de tafel. De schaduw van een glimlach gleed over haar gelaat. Dacht ze aan de koud geworden koffie? Ze duwde haar haren omhoog. Haar oren leken op vraagtekens.

De bediening kwam aanzetten met het door mij bestelde konijn.
Wil ik hem voor u snijden?
Graag.
Mee glurend naar de vrouw, zet hij het mes in het vlees.
De klootzak is ‘m allang gesmeerd, vertrouwde hij me toe.
Vertel het haar, stelde ik voor.
Bloed, zei de ober, shit.
Hij had zich in de vinger gesneden.
Hier, zei ik, en reikte mijn servet aan.
Dank u. U krijgt een nieuw konijn. Zonder bloed.
Mijn eetlust is verdwenen, zei ik, geef maar aan die in de steek gelaten dame.
Welke dame?
Ik keek. Ze was verdwenen. Alleen de koffie stond er nog.

Later, al dwalend door de straten, schoot me de ring te binnen. Had ze hem er stilletjes uitgevist, of was ie op de bodem van het kopje achtergebleven?

Meer informatie:
https://robscholtemuseum.nl/?s=Edzard+Dideric