Edzard Dideric – Korte geschiedenis (131) van de allesweter

Mijnheer Tromp had over alles en iedereen een mening en overal verstand van.
Overal?
Overal.
Het leek juffrouw Klok een duidelijk geval van zelfoverschatting. Dat was het echter geenszins volgens meneer Tromp.
Okay, maar hebt u ook verstand van uzelf?
Verstand van mijzelf?
Van uw karakter, bepaalde eigenaardigheden, eventuele ziekelijke afwijkingen, gevoeligheden, et cetera.
Mijnheer Tromp staarde juffrouw Klok niet begrijpend aan.
Uw individualiteit, zei ze. Dingen waarin u zich als persoon van de medemens onderscheidt.
Maar dat doe en wil ik helemaal niet.
U wilt zich niet onderscheiden?
Oh nee, laat mij maar precies zo zijn als iedereen, juffrouw Klok.
En dat houdt in?
Een doorsnee burgerman. Met alledaagse verlangens en doodnormale behoeften.
Ze lachte hem in zijn gezicht uit.
Wat is daar voor grappigs aan?
Niks, al geloof ik er dus geen fuck van.
Hij haalde zijn schouders op.
Dat is uw probleem. Zolang ik het zelf maar geloof.
Meneer Tromp had volgens haar de wijsheid in pacht en kon daarom volgens juffrouw Klok never nooit in de massa opgaan. Iets wat hijzelf ernstig waagde te betwijfelen.
Wie om zich heen kijkt en luistert, kan niet anders constateren dan dat de mensheid voor negenennegentig procent uit allesweters bestaat.
Mm, zoals uzelf dus eigenlijk?
Onderaan de streep komt het daar inderdaad op neer.
Juffrouw Klok knikte en deed er het zwijgen toe.