Edwin Stolk – De debilisering van het cultuurbeleid

Mag ik u even meenemen? Vanuit een sprookjesbos wandelen drie muzikanten die na de vergrijzing en bezuinigingen tezamen nog een fanfare proberen te vormen door het beeld. In een graslandschap waar vooral veel museaal vastgoed wordt gepresenteerd en hier en daar een koe, neemt mevrouw Bussemaker ons mee naar wat volgens haar het Nederlandse culturele landschap moet voorstellen.

Ik weet eigenlijk niet of dit nu de juiste tijd is om het met u te hebben over deze animatie van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Wat ik wel weet is dat een Momentum vaak zorgvuldig is geënsceneerd door samenwerkende partners. Het lijkt een naïef gekozen gelegenheid maar krijgt zo een doordachte snelheid waarmee het slechts zelden door derden van richting kan worden veranderd. Als eenling sla je dit beleidsproces gade, maar op het moment zelf ben je eigenlijk altijd te laat.

Toen de beleidsnota Ruimte voor Cultuur (https://www.rijksoverheid.nl/documenten/beleidsnotas/2015/06/08/ruimte-voor-cultuur) op 8 juni bij mij over de digitale schutting werd geflikkerd zat Minister Bussemaker al aan tafel met ingewijden. Toen ik mijn woorden zorgvuldig had uitgekozen in een open brief aan deze Minister (http://strangemessenger.blogspot.nl/2015/06/open-ruimte-voor-cultuur.html), was iedereen reeds met vakantie. Op een publicatie bij Bureau De Helling (http://bureaudehelling.nl/artikel/open-brief-aan-minister-bussemaker) na, moest ik het doen met de automatic replies van verschillende politici en beleidsmakers die mij in deze standaard berichtjes probeerden te overtuigen van hun drukke bestaan. Misschien wist ik ergens in mijn achterhoofd wel dat niemand mij serieus zou gaan beantwoorden, maar toch. Vandaag zwijgt zelfs het officiële communicatiekanaal van het Ministerie, die mij eerder steeds keurig voorzien had van codes en vertelde op welk bureau mijn brief was aangeland. Mijn beroepsvertegenwoordigers bij de Raad voor Cultuur hullen zich eveneens in stilte, misschien gaan zij uit van mijn grenzeloze vertrouwen in hun kunde & reputatie. Toen bleek ook nog het Twitter-account van Minister Bussemaker vals te zijn. Vandaag lijkt niets meer te zijn wat het is. Misschien dacht iedereen wel stiekem dat ik na hun zomerstop mijn strijdbijl zou begraven…

Bij het Paradisodebat 2015 over de cultuursector (http://www.kunsten92.nl/publicaties/overig/verslag-paradisodebat-2015/) hoorde ik dat de kunstenaarslobby veel beter ontwikkeld moet worden, niet alleen legergeneraals op televisie die pleiten voor meer defensiegeld maar ook kunstenaars aan het woord! Deze noodzakelijke lobby werd herhaald door Birgit Donker (directeur Mondriaan Fonds) in een NRC artikel (http://www.mondriaanfonds.nl/leestafel/prachtig-en-nou-de-kunst-van-nu-graag/) over de aankoop van twee Rembrandt’s. Toen ik in de media (http://nos.nl/artikel/2058945-bussemaker-politieke-steun-belangrijk-voor-aankoop-rembrandts.html) las over de mobiliserende politieke rol bij deze deal van Emilie Gordenker (directeur Mauritshuis), dacht ik enigszins opgelucht dat het zo slecht nog niet was gesteld met de politieke lobby in de kunsten. Voor een moment was ik zelfs hoopvol gestemd. Toen heb ik haar maar gelijk per mail verzocht om samen te werken, ze riep immers succesvol alle fractievoorzitters in één keer bij elkaar om over de brug te komen. Mij lukte het nog niet eens om één mailtje van de verschillende politici te ontfrutselen. Ik schreef haar openhartig en strijdlustig over mijn brief aan de minister en het systematische zwijgen der politici. Dit keer hoefde ik gelukkig niet lang te wachten op antwoord, alleen de inhoud temperde mijn optimisme.

“Ik heb goed over uw email nagedacht, maar ben tot de conclusie gekomen dat ik niet de juiste persoon voor uw initiatief. Natuurlijk zet ik mij in voor de kunst waar ik kan, maar ik vind dat ik mij moet beperken tot zaken die binnen mijn expertise vallen, dwz oude meesters en de schilderkunst. Ik ben bang dat ik onvoldoende kennis heb om te bemiddelen over de situatie van de hedendaagse kunst. Sterker nog, ik zou misschien meer kwaad dan goed doen!”

Enigszins terneergeslagen en gedesillusioneerd kon ik niet anders dan respect tonen voor haar besluit. Maar wat bedoelt ze eigenlijk met meer kwaad dan goed doen? En wie heeft er dan de expertise om meer goed dan kwaad te doen voor de positie van de hedendaagse kunst? Bij het eerder genoemde Paradisodebat gaven politici en plein public te kennen dat zij de discussie met kunstenaars in het veld niet schuwden. Ze benadrukten zelfs dat ze dat ook al regelmatig deden. Misschien was mijn boodschap dus gewoon niet urgent genoeg, want de politici die dit verkondigden hebben namelijk allemaal mijn brief onbeantwoord gelaten. Misschien herkenden zij vanuit dit vlakke landschap met hier en daar een koe en wat museumgebouwen de door mij geschetste realiteit gewoon niet?

Laat ik helder zijn dat het mij in deze blogpost niet om de makers van deze animatie gaat, maar om de politieke keuze deze te presenteren op het You Tube kanaal van de overheid. Ik kon voor deze beeldvorming die ons een beleidsvisie poogt te vertellen geen beter woord verzinnen dan ‘debilisering’ (http://www.encyclo.nl/begrip/DEBILISEREN). ‘Het publiek’ wordt in onze kenniseconomie volgens mij structureel onderschat. Later realiseerde ik me dat ik dit woord had gelezen in een kostelijk artikeltje van Jeroen Boomgaard met de titel: DE NIJNTJEFICATIE VAN NEDERLAND (http://laps-rietveld.nl/?p=5091). Hij schreef dit naar aanleiding van een groot groen konijn wat lusteloos over de rand van het dak van de openbare bibliotheek van Almere hangt.

Daarin stelt hij eigenlijk hetzelfde aan de orde:

“De neiging om tegenwind te omzeilen en tegengeluid bij voorbaat te smoren is tegenwoordig echter zo sterk geworden dat bestuurders kiezen voor een debiliserende benadering in de hoop hun burgers koest te houden. In feite gedragen ze zich als ouders die te grote pluche beesten voor hun ernstig verwaarloosde kinderen kopen, terwijl ze weten dat het gezin al definitief uit elkaar gevallen is.”

Dit gezegd hebbende wil ik u als lezer vragen om nog eens kritisch naar deze animatie Ruimte voor Cultuur te kijken. Let u vooral ook eens op de toon waarmee u wordt bejegend.
https://robscholtemuseum.nl/ministerie-van-onderwijs-cultuur-en-wetenschap-ruimte-voor-cultuur-cultuurbeleid-en-culturele-basisinfrastructuur-2017-2020/

Vanuit een kinderlijk en plat perspectief zien we een losgezongen culturele ruimte. De Minister spreekt tot u over de culturele productie van verrassing en ontroering. Cultuurmakers worden geserveerd als poppetjes die u een spiegel voorhouden. Zelfs de adviserende autoriteiten zien er schattig uit. Het is allemaal één groot feest. Het culturele landschap is volgens deze video los te denken van de samenleving, het heeft daarmee een duale relatie waarbij de een de ander wel beïnvloed maar ze komen nooit tot elkaar. De Minister toont ons een zak geld voor talentontwikkeling terwijl ze dit potentieel al jaren niets fundamenteels te bieden heeft. Het gaat namelijk om meer dan geld alleen. Instellingen en makers zegt zij in staat te stellen om aan hun eigen identiteit te werken. Alsof cultuur het beste integreert tussen de andere merken die wij kennen uit het snoepautomaat. De Minister verschijnt hier zelf als een grappig figuurtje dat ruimte creëert. Wanneer je die geboden ruimte niet ziet ben je waarschijnlijk niet flexibel genoeg.

Met name in de hoogste regionen van de culturele elite is men volgens mij ernstig de weg kwijt geraakt in dit door henzelf verzonnen sprookjesbos. Terwijl de onderkant van het culturele veld op eigen kracht en in de marge op interessante wijze innoveert, meent een Stedelijk Museum met zowel publiek als privaat geld stapels ZERO (https://en.wikipedia.org/w/index.php?title=Zero_(art)&oldid=684240185) werken te moeten upgraden voor een breed publiek in haar kelder. Alsof we met één Lucio Fontana (http://www.tate.org.uk/art/artists/lucio-fontana-1102) niet meer uit de voeten kunnen en deze tentoonstelling enkel verwordt tot het spiegelbeeld van de rotzooi die we van thuis kennen.

Gisteren las ik dat kunstenaars niet zijn opgeleid als lobbyisten (http://theartofimpact.nl/kunstenaars-worden-niet-opgeleid-tot-lobbyisten-), maar agendaloos zouden zijn en daarom ‘impactproducenten’ nodig hebben. Is de minister die dit mogelijk maakt misschien overspannen of onder invloed? Dagelijks vechten cultuurmakers met een volle agenda in-, met- en tegen een geprivatiseerd landschap dat systematisch uitsluit. Bruggen worden hier naar mijn mening niet geslagen met een Impact Award (http://theartofimpact.nl/impact-award/). Innovatie vraagt om een stimulerende en voorwaarden scheppende overheid, of het nu gaat om de ontwikkeling van de farmaceutische industrie, de ICT of de cultuursector. Volgens mij is de Minister dusdanig op het verkeerde been gezet door reclames van bedrijven dat zij een opfriscursus verdient over de betekenisvolle rol van het culturele, het menselijke kapitaal.

#strangemessenger, 27 oktober 2015

http://www.edwinstolk.nl/
http://www.edwinstolk.nl/menu.htm

http://strangemessenger.blogspot.nl/2015/10/de-debilisering-van-het-cultuurbeleid.html