Brief advocaat Rob Scholte aan Gemeente Den Helder 11-11-2014

DIRECT IN HANDEN VAN HET COLLEGE

Aan het College van Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Den Helder
Postbus 36
1780 AA DEN HELDER

Vooraf per fax: 0223-671201

Datum 11 november 2014
Van N.S. Commijs, advocaat
Inzake Scholte/Gemeente Den Helder
Dossier 18034/mt/sc/sku/hsi
Uw kenmerk AU14.11530
E-mail commijs@steinadvocatenzwolle.nl

Geacht College,

Namens Rob Scholte benader ik u bij deze in een poging de ontstane impasse in de situatie rondom het oude postkantoor te doorbreken.

Wat is er aan de hand?

1. Rob Scholte heeft het Rob Scholte Museum in het oude postkantoor gevestigd.

2. Rob Scholte heeft een atelier/verblijfsruimte in het oude postkantoor en woont/werkt daar.

3. De gemeente heeft te kennen gegeven behoefte te hebben aan meer concrete invulling van de plannen rondom het Rob Scholte Museum/atelier in het oude postkantoor.

4. Rob Scholte heeft daartoe op verzoek van de gemeente een businessplan ingediend. Dat businessplan is niet in behandeling genomen, althans de gemeente heeft aange­geven op grond van de ingediende stukken niet tot conclusies te kunnen komen.
De gemeente neemt de tijd tot 31 december 2014 om het businessplan te beoordelen en zo mogelijk tot definitieve afspraken over de uitvoering te komen. De opzegging van gebruiksovereenkomsten is door de gemeente bij brief van 30 juli 2014 opge­schort tot en met 31 december 2014. De tijdelijke gebruiksovereenkomsten zijn opgezegd per 1 januari 2015.
Rob Scholte wordt door uw gemeente gevraagd om het businessplan financieel te onderbouwen. Daarvoor heeft Rob Scholte financiële gegevens opgevraagd over de exploitatie van het oude postkantoor. Cijfers die dan betrekking hebben op het gebruik van gas, water, elektra, waterschapslasten, gemeentelijke heffingen, MOP, etcetera etcetera. Desgevraagd worden hem deze financiële gegevens niet ter beschikking gesteld, de hoogte van de erfpacht blijft hem ongewis, veel ruimten met installaties blijven voor hem ontoegankelijk en ook wordt verder gesprek met de wethouder/s hem geweigerd, zoals uit uw laatste brief van 22 oktober 2014 blijkt. Ondertussen stelt uw gemeente dat Scholte tot 15 november 2014 heeft om zijn plan financieel te onderbouwen.
Daarmee is een impasse ontstaan. Een impasse die ertoe leidt dat besluitvorming binnen de gemeente wordt uitgesteld en de datum van 31 december met rasse schreden nadert.

Indien de plannen onverhoopt niet door zouden gaan, moet Rob Scholte vóór 15 november 2014 daarover duidelijkheid hebben, omdat hij eventuele sluiting per 1 december 2014 ruimschoots van tevoren aan het belangstellende publiek moet kunnen mededelen en ontruiming van het muse­um tenminste één maand in beslag neemt (Rob Scholte gaat er vooralsnog van uit dat ontruiming van atelier niet aan de orde is, omdat die gebruiksovereenkomst immers uitsluitend en alleen opgezegd kan worden, indien alle procedures zijn afgerond en het oude postkantoor een andere bestemming krijgt).
Om de plannen toch kans van slagen te geven heeft Rob Scholte, zoals in zijn businessplan van 30 september 2014 werd aangekondigd, deze aan het publiek kenbaar gemaakt tijdens de info-middag in het Rob Scholte Museum op 1 november 2014. De reacties vanuit de poli­tiek in Den Helder zijn bemoedigend. Zo leest Rob Scholte in de Helderse Courant dat wethouder Pastoor met hem in gesprek wil, evenals een aantal raadsleden de plannen een kans wil geven en hem in de gelegenheid wil stellen om de plannen in overleg met de gemeente nader te concretiseren.

Ik stel daarom het volgende voor:

1. Gemeente en Rob Scholte maken afspraken over de procedure die gevolgd wordt om tot een afgerond businessplan te komen, dat voldoet aan de verwachtingen van de gemeente. Het lijkt er nu immers op dat de gemeente zich iets anders voorstelt bij het businessplan dan het door Rob Scholte ingediende. Zijn plan is volgens Rob Scholte voldragen, met uitzondering van de financiële paragraaf.

2. Voornoemde procedureafspraken worden geconcretiseerd in een stappenplan met daarin concrete data. Het is niet realistisch om te veronderstellen dat één en an­der voor 1 december 2014 of 1 januari 2015 voldoende concreet kan worden.
De maand december is in feite – zo leert de praktijk – een feestmaand met veel afwezigen.

3. Om te komen tot een solide plan, waarover ook met financiers gesproken kan worden, stelt Rob Scholte voor om besluitvorming uiterlijk op 1 september 2015 plaats te doen vinden. Met andere woorden: Rob Scholte verzoekt u om de ge­bruiksrechten van het museum tot tenminste 1 september 2015 ongemoeid te la­ten, teneinde hem in de gelegenheid te stellen het businessplan tezamen met de gemeente uit te werken en zodat publiek het Rob Scholte Museum kan blijven bezoeken. Dit stelt hem dan ook in de gelegenheid om met finan­ciers afspraken te maken (financiers kunnen nu geen uitspraken doen, omdat over de financiële exploitatie van het museum en atelier geen duidelijkheid te geven valt).

4. Tijdens de hoorzitting ten overstaan van de commissie voor de bezwaarschriften op donderdag 30 oktober 2014 werd mediation/bemiddeling/aanstellen van een “commissie van wijzen” geopperd. De commissie was kritisch over de bestuursdwangaanschrijving om het wonen per 1 januari 2015 te doen eindigen. Als een zwaard van Damocles hangt de dwangsom per 1 januari 2015 boven Rob Scholte en zijn gezin. Ook om die reden is een nader uitstel voor Rob Scholte gewenst. Er wordt nu teveel gevraagd in een te korte tijdspanne. Als de gemeente Den Hel­der het Rob Scholte Museum een warm toedraagt – wat ik afleid uit diverse uitin­gen in de media – dan is een van de beide bovengenoemde opties (of een combi­natie daarvan) een uitweg voor de ontstane patstelling.

Conclusie
Met deze brief, met daarin praktische oplossingen voor de ontstane problematiek, hoopt Rob Scholte u een handreiking te geven om de voortgang van het Rob Scholte Muse­um en atelier in Den Helder te kunnen realiseren.

Het moge duidelijk zijn dat met het voorgaande ook wordt geprobeerd de situatie te dejuridiseren, of zoals ik ergens las “het moet geen advocatenwerk worden”.

Met vriendelijke groet,
N.S. Commijs