Birgit Donker – Tussen feelgood en huisvlijt

Tweeduizend kunstwerken dongen in de Westergasfabriek in Amsterdam naar een plek in het Gemeentemuseum in Den Haag. De jury besliste in telkens achttien seconden over hun lot.

Woedend pakt Else van der Sloot haar schilderij Made in Holland in beschermend plastic. Het bestaat uit vier keer haar zelfportret, steeds een kwartslag gekanteld. „Ik had een traditioneel portret kunnen meenemen maar ik wilde iets vernieuwends laten zien”, zegt de 52-jarige kunstenares uit Boxmeer. „Kennelijk is deze jury daar niet klaar voor.”

Een kleine tweeduizend kunstwerken werden afgelopen zaterdag en zondag beoordeeld in de Westergasfabriek in Amsterdam. Professionele kunstenaars maar ook amateurs konden werk insturen, in navolging van de eeuwenoude Summer Exhibition van de Royal Academy of Arts in Londen. Een negenkoppige jury, die bij handopsteking de eerste selectie maakte, besloot in achttien seconden of een werk door kon of niet. Dat was vooral tweedimensionaal: schilderijen en fotografie. Een tweede jury zorgde ervoor dat er aan het eind van de dag nog 65 overbleven. Die worden deze zomer geëxposeerd op de Zomerexpo 2011 in het Gemeentemuseum in Den Haag.

Jean-Paul Jennen (30) is tot zijn verbazing toegelaten tot de tweede ronde, met twee grote, ijle tekeningen met het patroon van een Perzisch tapijt en daar omheen confetti. „Ik dacht dat misschien één werk door zou gaan, maar twee… Ongelooflijk.”

Er stonden gisteren en eergisteren lange rijen voor de Westergasfabriek. Mannen, vrouwen, jong en oud, vervoerden hun werk op steekkarretjes, in een kinderwagen, of gewoon in hun armen. Sommigen autodidact, vaak ook volgden ze een opleiding aan een kunstacademie. Half februari bleek dat het aantal aanmeldingen voor de Zomerexpo zo groot was dat de inschrijving vervroegd werd gesloten. Voor de tentoonstelling meldden zich 2.400 deelnemers met zo’n 4.700 werken. In april volgen nog jureringen in Den Bosch en Heerenveen.

„Drie. Twee. Eén… Niet door”, zegt een van de vele vrijwilligers als niemand van de jury zijn hand opsteekt voor een blauw keramiekwerk. „Drie. Twee. Eén… Door.” klinkt het bij een panorama foto van een aantal verwoeste huizen. Op ieder huis staat in rode letters ‘OK’. Het werk Kleine daden… zal ’s avonds met gemak door de tweede jury komen. Foto’s, zegt een van de juryleden, hebben het voordeel dat ze er al snel goed uitzien. In een schilderij herken je veel eerder de vaardigheid van de maker.

Alle werken werden geanonimiseerd voorgelegd aan de jury. Een aquarel van gerenommeerd beeldend kunstenaar David Bade kwam er niet door. Hij had van tevoren gezegd: „Misschien val ik wel door de mand.” Jurylid Ad van Rosmalen, die inmiddels weet dat hij een werk van Bade afkeurde, zegt: „Het zat ’m in de compositie. De ene helft was goed, de andere ook. Maar samen niet.” Volgens de projectleider van Zomerexpo 2011, Carlien Oudes, is zaterdag ook werk van Rob Scholten door de jury afgekeurd.

In 18 seconden een werk goed- of afkeuren is volgens Rosmalen goed te doen. „Je ziet zo of er spanning in zit, of je verder wilt kijken.” Hij vindt dat de deelnemers te weinig kijken naar wat er nu gebeurt in musea en galeries.En hij zag te veel amateurisme. „Veel werken zullen in huiselijke kring goed functioneren. Maar hier niet, het is te vaak huisvlijt.” Dat vindt hij bijvoorbeeld van de Tulpenkoningin van Liesbeth Brouns. „In een huiskamer zou het niet misstaan.” Hij merkt dat veel van de werken alleen met voornaam gesigneerd zijn. „Want vrienden en familie weten onmiddellijk wie ‘Inez’ is. Een achternaam is dan niet nodig.”

Jurylid Kiki Lamers, portretschilder, ziet te veel „dit voelt gewoon goed werk” naar haar smaak. Ze ziet dat het met plezier is gemaakt, maar visie ontbreekt. „Het gaat meer om feelgood dan om een zoektocht van de kunstenaar.” Ze heeft bij maar vijf werken haar hand opgestoken. Kunstenares Elaine Vis ziet te veel navolgers van de modernisten. „Als het dan heel goed is, oké. Maar je ziet dat ze maar in één aspect goed zijn, dat zou je dan wel even tegen ze willen zeggen.” Ze had graag meer eigenzinnigheid gezien, vooral bij de textielwerken. „Sommige dingen waren ronduit lachwekkend, zoals dat werk met die Ajax-sjaaltjes of die man gemaakt van vinyl.”

Joris Luyten mist lef in wat hij ziet. Hij fotografeert alle werken die door de jury komen en die op internet zullen worden geëxposeerd. Hij deed dit eerder voor de Belgische versie van Zomerexpo, de Canvas Collectie. „Ik had meer pit verwacht”, zegt hij. „In België zie ik ook meer gemengde technieken.”

Onverdeeld enthousiast is Jan Jaap Knol, directeur van het Fonds voor Cultuurparticipatie, dat in 2009 werd opgericht om te stimuleren dat zoveel mogelijk mensen zich actief bezighouden met cultuur. Zijn fonds stelt voor drie jaar 600.000 euro beschikbaar voor de Zomerexpo. Een fantastisch initiatief, vindt Knol. „Heel goed dat een professionele instelling als het Gemeentemuseum zijn tempel verlaat en zich openstelt voor deze kunst.” Het hoort volgens hem bij een mentaliteitsverandering in de kunstsector, die opener wordt. „De scheiding professioneel amateur is niet meer zo zwart wit.”

Aan het eind van de avond blijkt dat de tekeningen van Jean-Paul Jennen niet door mogen naar het Gemeentemuseum. „Natuurlijk ben ik teleurgesteld”, zegt hij. „Je wilt winnen. Maar er doen zo veel mensen mee.”

De pas afgestudeerde Marie-Louise Wasiela (26) is wel door met haar schilderij The road of the bears. Ze is „superblij” en had het niet verwacht, want „het is een wild kunstwerk’’. Ze verheugt zich erop dat het straks in het Gemeentemuseum hangt en meer mensen het zullen zien. „Misschien dat daar weer dingen uit voortkomen.”

NRC, 28 maart 2011

https://www.nrc.nl/nieuws/2011/03/28/tussen-feelgood-en-huisvlijt-12007621-a185292